Geschiedenis van een beleg
Recensie geschiedenis
Wie wilde Leningrad vernietigen?
ANNA REID,
Leningrad. De tragedie van een belegerde stad 1941-1944.
Vertaald door
Pieter de Smit, Ambo/Anthos, 427 blz., 29,95 €
Oorspronkelijke
titel: ‘Leningrad. Tragedy of a city under siege, 1941-44'
Je kan over het
beleg van Leningrad, bijna 900 dagen dus heel wat vertellen en toch, als ik
sommige recensies lees, lijkt het om een tragedie te gaan die we ons voor de
geest kunnen roepen, maar waar we, net zo min als bij de holocaust alleen de
gruwel van de handelingen zelf niet kunnen vatten. Het boek van Reid is, naast
werken over de processen van Moskou en andere facetten van het Sovjet-bestel
een poging om te begrijpen hoe sommige systemen functioneren, hoe mensen daarin
functioneren.
Hitler wilde
Moskou te pakken krijgen en het vervolgens helemaal vernietigen en daarna zou
hij hetzelfde doen met Leningrad oftewel Petersburg. De echte oorlogsdoelen
hadden te maken met het scheppen van levensruimte en het verwerven van de
controle over de gas- en olievelden van Bakoe en de vrije toegang via de
Kaukasus van de Arabische olievoorraden. De levensruimte, zo fantaseerde Hitler
in zijn hoofdkwartier in de Wolfschans, zou er komen als alle Russen over de
Oeral heen gedreven zouden zijn en de overblijvende bevolking als slaaf zou
werken voor nieuwe eigenaars van de landgoederen. Het leven van een individu of
het voortbestaan van een stad had voor hem absoluut geen betekenis en op zich
is dat natuurlijk de reden waarom hij, Hitler best in de herinnering blijft als
een utopische radicaal die het onmenselijke als middel had uitgekozen om zijn
doel te bereiken.
Aan de andere
kant stond Stalin, die al bewezen had, bij de collectivisering van de
landbouwbedrijven en de aanval op de koelakken, herenboeren die op hun eigen
grote landbouwbedrijven een redelijk bestaan hadden kunnen opbouwen. De beide
bewegingen leiden ertoe dat hele dorpen verdwenen en dat de boeren van Oekraïne
in 1931 - 1932 massaal stierven. Ook voor hem was een mensenleven van geen tel
en een dorp of stad dat vernietigd werd, het was het “du passé faisons tabula
rase”. Alleen zo overigens konden de ingenieurs van de ziel naar behoren
hun belangwekkende taak verrichten, namelijk dat men een nieuwe mens zou
scheppen, de homo sovjeticus.
Orlando Figes
heeft al in vroeger werk over Rusland, sinds Peter de Grote die onstuitbare
energie van de leiders laten zien, waarbij overigens pas aan het einde van de
negentiende eeuw de basis van de samenleving bereikt werd. Pas toen nieuwe
landbouwtechnieken in het geding kwamen, werden de boeren uit hun eeuwenoude
landbouwtradities gegooid en werden nieuwe meer efficiënte landbouwtechnieken
aangewend. Maar pas toen Lenin en vooral Stalin hun ontwerpen hadden
ontwikkeld, kon men de hele samenleving onderuit halen en dan was alle cultuur,
alle gebruiken en zoveel meer verdacht. Liederen, de popes, de eredienst, alles
ging in een grote vlaag van menselijke herschepping op de schop.
Wie zich die
ingesteldheid voor ogen haalt, kan begrijpen dat Stalin aan het begin van de
oorlog niet echt bezig was met het lot van zijn burgers. Toen Moskou bedreigd
werd door Operatie Barbarossa, bleek dat hij niet bij machte was de aanval te
weerstaan. Hij kon geen antwoord vinden, omdat hij zijn legerchefs en
bekwaamste strategen opzij had gezet, doorgaans door executie. Er zou in de
loop van de oorlog met Hitler iets aan de orde komen, dat Stalin naderhand
heeft weten te smoren, maar dat altijd schijnt te zijn blijven leven: de
burgers en soldaten gingen vechten voor Rusland en vadertje Stalin was al even
irrelevant als vadertje Tsaar in het verhaal van Denissow en Nikolai Rostow in
Oorlog en Vrede, toen zij als Napoleon bevochten als partisanen, in ons
taalgebruik terroristen, of moeten we zeggen brigants, die vochten voor altaar
en haard. Het lijkt er na lezing op dat ook Anna Reid tot die bevinding komt in
verband met Leningrad. De burgers ontdekten telkens weer dat de
partijverantwoordelijken zich zelfs tijdens de ergste hongersnood nog te goed
konden aan eten en drinken, terwijl enkele blokken verder mensen
stierven.
Oorzaak en gevolg?
Voor het eerst
hoorde ik van de 900 dagen van Leningrad toen ik mij, student Geschiedenis,
voor de vraag gesteld zag wat die mensen van bij ons, de soldaten die voor de
Duitsers gingen vechten tegen het bolsjewisme en het goddeloze communisme - ook
de SS was goddeloos - daar wilden bereiken. Een beleg van 900 dagen? Ook
Oostende kende in de periode 1601 tot 1604 een lang beleg, dat eindigde in de
zo goed als totale vernietiging van de stad en de dood van bijna alle
belegerden. Het was een fase in de 80-jarige Oorlog tussen Spanje en de
Nederlanden, c.q. de Republiek, gesteund door Britse troepen. Het nieuwe Troje,
heetten de publicaties die toen over Oostende tijdens en na het beleg werden geschreven.
Maar goed,
Oostende telde in 1600 wellicht zo een 20.000 inwoners en was een havenstad.
Leningrad was de oude Rijkshoofdstad en telde in 1941 zowat 3 miljoen inwoners,
met het ommeland erbij ging het wellicht om 4 miljoen inwoners. Bovendien
vochten de Finnen mee aan de zijde van de Duitsers, na het voor Stalin fout
gelopen offensief in Karelië. Leningrad ligt aan het uiteinde van de Oostzee,
heeft een uitgebreide vlootbasis en grote fabrieken. Petersburg, zoals de stad
door haar stichter was genoemd, had een strategische betekenis, maar ook en
vooral een cultuur-politieke uitstraling die moeilijk van tafel geveegd kon
worden, alle zielsingenieurs ten spijt. Voor Stalin was Leningrad en de
mentaliteit van de Leningraders een belangwekkend probleem, omdat het geloof in
de revolutie er misschien wel wortel schoot, maar de stad was indachtig de
Europese roeping die de tsaar en later ook Catharina de Grote haar hadden
meegegeven, altijd een buitenbeentje gebleven in het grote Rusland.
Het valt op dat
we geen oog hebben voor de houding van de leiders van de SU voor het welzijn
van hun volk. Jawel, we weten dat de revolutionairen een utopisch concept
hanteerden en de mensen waren daarbij de opnieuw te kneden zielen die men nodig
had om een nieuwe wereld te stichten. Maar hun voorgeschiedenis was maar van
tel in de mate dat ze hinderlijk konden zijn bij dat project. Dus leden van de
oude adel, van de bourgeoisie en de herenboeren dienden te verdwijnen en soms
zelfs gewoon de boeren op het uitgebreide, eindeloze platteland.
Dus kan men er
dan ook niet over verbaasd zijn dat Stalin zelf de bijstand aan de bevolking
van Leningrad tijdens het beleg zelfs niet op gang wilde brengen. Pas toen de
NKVD - de voorloper van de KGB - rapporten naar Moskou stuurde om te laten
weten dat de partij zich ongeloofwaardig maakte, lijkt men er werkelijk werk
van te hebben gemaakt, maar toen waren al zo een 580.000 inwoners gestorven.
Maar zelfs wie via evacuatie kon ontkomen, bleek naderhand niet zeker over het
eigen lot.
De vraag die
men zich wel stellen moet is of het beleg van Leningrad zo lang heeft geduurd
omdat Stalin eerst de hoofdzaak wilde redden, Moskou en zijn eigen lot, dan wel
of hij bewust de belegerde stad liet uithongeren? En wat was zijn
beweegreden?
Geschiedschrijving
als reflectie
Anna Reid
schrijft niet zomaar over het lot van de inwoners van Leningrad tijdens dat
lange beleg. Het is er haar om te doen aan te tonen dat er veel zeer
verschrikkelijk mis was in de toenmalige Sovjet-Unie. De soldaten aan de
fronten rond de stad gingen steeds meer als partizanen opereren, omdat men de
strijd zelf niet kon winnen. Pas na de eerste winter en de talloze doden werd
de stad weer wat leefbaarder, maar toen was het grote onheil ook geschied. Hoe
kan men zich dat leven in de belegerde stad voorstellen. Vandaag zien we nog
wat er van de pracht en praal van de stad restte, waarbij men kosten noch
moeite gespaard heeft om de stad en de monumenten te herstellen. Toen de stad
niet vernietigd bleek, diende men de sporen van de pogingen tot destructie te
vernietigen. Een museum door de Leningraders zelf opgesteld mocht niet blijven
bestaan, want overduidelijk kwam de vernietigende onverschilligheid van Stalin
en de partij eruit naar voor.
Nu we merken
dat actoren op de wereldmarkten zich nauwelijks zorgen maken over wat de
gevolgen van hun handelen kunnen zijn, hoort men links wel eens verzuchten
waarom ze niet opnieuw een oplossing kunnen brengen voor de ellende van deze
crisis. Misschien kan men in overweging nemen dat de bureaucratische realisatie
van het socialisme voldoende duidelijk gemaakt heeft dat ook Links niet zomaar
een antwoord heeft op de vermeende grote vragen van de tijd.
Er bestaat een
oudere traditie in Europa, verwoord in onder andere het plakkaat van Verlatinge
waarin de Staten-Generaal van de Nederlanden Philips II van de troon vervallen
achtte, omdat hij in meerdere opzichten aan zijn rol als vorst verzaakt had. De
vervolging van de protestanten was erg, heel erg, maar dat hij soldaten had
ingezet tegen de goede burgers van de steden en dorpen in de Nederlanden en dat
hij dus boven alles niet de zorgzame vader geweest was die de koning hoort te
zijn.
De bestuurder
die eigen doelstellingen nastreeft en daarbij het welzijn van zijn medeburgers
ofwel onderdanen niet in overweging neemt, vormt wellicht het grootste verraad
dat een regeringsleider of staatshoofd tentoon kan spreiden. Toch lijkt vandaag
een vergeten inzicht van zowel de schade die het Nazisme en het Leninisme-Stalinisme
hebben aangericht, zoals we telkens weer merken, want zeker voor het
Marxisme-Leninisme lijkt te gelden dat het doel goed was, misschien de leider
wel goed wist waar het om ging, maar de kwestie blijft dat de mensen niet
deugden die het allemaal moesten realiseren.
Het werk van de
partij, van de geheime diensten zou ons toch tot een zekere afstandelijkheid
moeten bewegen. De onverholen spot met het regime in Noord-Korea ten spijt, mag
men zich afvragen of we er wel een goed zicht op hebben, op het cynisme van
partijbureaucraten en de negatie van de integriteit van de persoon. Die
reflecties merken we helaas te weinig in de reacties op dit boek van Anna Reid.
Men kan het blijkbaar, 20 jaar na de val van de Sovjet-Unie nog altijd niet
erkennen dat het regime van begin af aan de overtuiging huldigde dat de
geschiedenis Lenin en de anderen wel gelijk zou geven.
Wat dan wel?
Ook nu lijken
sommigen de misdaden van het Stalin-regime dat zich zo succesvol tegen de
Nazi’s zou hebben verzet te willen relativeren. Maar men kijkt niet naar de
Fjodors en Helena’s die in Kolima terecht kwamen of mee groeven aan het kanaal
van de Witte Zee naar Petersburg en waar officieel 25.000 doden vielen maar
waar 100.000 anderen werden verdonkermaand en waar ook de schrijver Maxim Gorki
als propagandist bij betrokken was. Het mag duidelijk zijn dat de zaak niet
echt blijk geeft van respect voor de individuele persoon. Toch blijft men dit
alles van ondergeschikt belang vinden.
Voor de
duidelijkheid, de houding van Reagan of Busch jr in de afgelopen decennia was
er ook wel vaker een waarbij men twijfels kan uiten over het humanisme bij de
leiders. Reagan vertelde dat de SU het rijk van het kwade was, maar dat kan
niet voldoende zijn om zichzelf als de behoeder van het goede voor te stellen.
Veel van de verwezenlijkingen van de voorgaande decennia werden immers op de
helling gezet, onder andere het onderwijs, maar ook de gezondheidszorg en zo
verder.
Men kan het
boek van Anna Reid dan ook vooral zien als een poging aan te tonen dat het
regime van Stalin door en door rot was, want men weigerde zelfs een stervende
stad effectief te hulp te komen, toen het nog kon. De ervaringen van de Russen
was bovendien zo dat velen de helpende hand zouden hebben afgeslagen. Maar het
alternatief voor Stalin en co is wellicht niet zomaar het kapitalisme, maar wel
een regeringsvorm waar de overheid wel degelijk verantwoordelijk gehouden kan
worden voor haar vergrijpen tegen individuele personen en hele groepen, Joden,
boeren oftewel Koelakken, bourgeois. De staat hoeft zich niet te bekommeren om
het welzijn van al die kleine pierkes, maar moet zorgen dat er veiligheid is,
vrede en rechtszekerheid. Ook de uitbouw van de sociale zekerheid kan men
alleen maar als een verdienste zien, al dient men wel het aanwenden ervan goed
te controleren. Finaal zal de vraag aan bod komen of de regering, in welke vorm
dan ook, er alles aan gedaan hebben om onheil zoveel als mogelijk en redelijk
is, te hebben gelenigd. Als we de ramp in Japan bekijken, die voor de beruchte
tsunami zorgde die de kerncentrales vernietigde, dan is duidelijk dat de
regering niet bij machte was het nodige te doen. Net zoals het geval was in New
Orleans, toen orkaan Katharina toesloeg.
Nadenken over
het falen van Stalin tegenover zijn burgers zal er allicht toe leiden dat men
ook nadenkt over het beleid van Georges W Busch en zijn administratie en dan
wordt duidelijk dat we ook vandaag nog steeds met problemen te maken krijgen
die we niet helemaal kunnen bevatten. Het gaat om de politieke orde en om die
andere grote vraag van de 20st eeuw, wat met de massasamenleving.?
Bart
Haers
Reacties
Een reactie posten