Vlucht over de Oceaan
Recensie
Over bootvluchtelingen
Een
voor ons onbekende geschiedenis
An Rutgers van der Loeff, Voor
een kans op geluk: de vaart van de “Miss Jane” 1953 – Recenter uitgegeven als
Vaart naar de Vrijheid in Salamander reeks. Querido. 1985
Sommige boeken verdwijnen,
vele boeken blijven echter een onverwacht taai leven leiden, zonder dat er veel
over verteld wordt. De reden waarom het boek dat verscheen in volle koude
oorlog toch kan beklijven, ligt uiteraard in de wijze waarop de auteur ons met
de hoofdfiguren weet te verbinden, dat betekent hoe zij de verschillende
protagonisten hun rol laat spelen, zonder ons met hopeloos gepsychologiseer
lastig te vallen. Hoe moeilijk dat wel niet is, valt altijd weer op als men
romans en jeugdverhalen leest, waarin het handelen van personen niet altijd
gericht is op de wisselwerking tussen die personen en de omstandigheden.
Maar hoe zou dat dan zijn, in
een land, Zweden, leven waar men aanvaard werd omdat de omstandigheden in het
thuisland niet van dien aard zijn om er vrij en autonoom te leven. Estland
immers, het thuisland van de hoofdfiguren was sinds 1918 onafhankelijk van
Rusland, maar werd na het beruchte verdrag van Molotov en von Ribbentrop
opnieuw een wingewest van de Sovjet-Russische bezetter. Tot de dag vandaag
blijken de Esten wrok te koesteren jegens dat verleden en blijven de Russen
menen dat het verdrag rechtsgeldig was en de Esten er niet over moeten zeuren.
Een complicatie voor ons, zegt men, vormt het feit dat Esten, zoals ook wel van
Oekraïners is gezegd, maar al te bereid waren met de Wehrmacht en de SS te
collaboreren toen die in de zomer van 1941 Respectievelijk Estland en Oekraïne
zijn binnengevallen, ook en misschien vooral ten aanzien van de Joden. Het valt
moeilijk een land te vinden waar er niet is gecollaboreerd en voor de Esten
betekende de bezetting door de Sovjets en het verlies van de soevereiniteit wel
meer dan de bezetting door de Nazi’s bij ons, als er in dat soort leed al
gradaties bestaan. Maar het verschil lag uiteraard in het Sovjetbewind zelf en
de gevolgen voor de eigen vrijheid van de Esten als land en als individu.
Ik vond het boekje toevallig
en heb het vrij snel uitgelezen, want het leent er zich toe, maar de
belangrijkste vragen die naderhand bij me opkwamen, betreffen de historische
context van het gebeuren: waarom schreef de auteur nauwelijks enkele jaren na
de feiten over de vlucht op eigen gelegenheid van mensen, Esten, uit Zweden
naar de VSA? Waarom vluchtten die mensen ueberhaupt uit een liberaal land en waarom
hebben we van dit soort gebeurtenissen al die jaren nooit iets vernomen?
De vlucht uit Zweden was het
gevolg van het feit dat de Esten daar na het einde van de oorlog met bekwame en
bureaucratische spoed, letter per letter van het alfabet volgend uitgenodigd
werden om de koffers te pakken en naar een aangewezen haven te gaan om daar het
schip naar Estland terug te nemen. De Zweden hadden tijdens de oorlog de
vluchtelingen gastvrij opgevangen en vele Esten werkten er ook, de kinderen
gingen naar school en hadden een geïntegreerd sociaal leven. Waarom stuurde de
Zweedse regering deze mensen terug, terwijl duidelijk werd dat de Sovjets de
Esten geen zelfstandige staat en vooral geen eigen democratisch bestel zouden
gunnen? Churchill had al in maart 1945 een telegram gestuurd naar president
Harry Truman om hem, te laten weten dat de Russen bezig waren hun satellietstaten
naar eigen inzichten in te richten. Pas in 1947 zou naar aanleiding van het
Marshallplan duidelijk worden dat Stalin geen behoefte had aan Amerikaanse
inmenging in die landen ten oosten van de Oder-Neisse. Geleidelijk zouden alle
landen, van de DDR over Polen tot de Baltische Staten en van de DDR – nog in
wording – tot Triëste en van Slovenië – deel van Joegoslavië tot Bulgarije waar
hij heersen wilde. Tot 1989 was de situatie bevroren en wellicht konden de
Zweden geen vrede hebben met hun vergissing en werd er daarom maar meteen ook
over gezwegen. Maar de Esten, Litouwers en andere vluchtelingen begrepen dat de
Sovjet de buit niet uit handen zouden geven.
De keuze van deze mensen die de vrijheid en welvaart in Zweden, hoe
bescheiden die hen ook toevielen, hadden leren kennen, was hen te dierbaar
geworden; de organisatie van de vlucht was een grotere en moeilijker kwestie
dan de vraag of ze zouden vluchten.
Een ervaren zeeman en een
voorheen welvarende zakenman met zeilervaring en jongere lieden, zelfs een oude
oma vonden een plaats op het schip, een zeiljacht dat goed was voor de Zweedse
wateren maar dat geleidelijk een aantal zwakke en zelfs rotte plekken bleek te
hebben. De opvarenden komen welwillende beambten van douane tegen maar ook
strenge marine-artsen die hen in quarantaine willen zetten. De hulp is wel eens
een deus ex machina of het scheelt niet veel, maar toch, misschien is het in
leven ook wel zo dat men weldaden kan ervaren en tenenkrullende pietluttigheid,
al hangt dit laatste wel eens af van het perspectief. In elk geval, de
opvarenden halen de overkant van de VSA, niet zonder zware stormen onder kust
van New Jersey, waardoor het schip weer dieper op zee wordt geduwd en bijna
verliezen de mensen het pleit omdat ze door de mondvoorraad heen zaten. Een
schip van de marine redt hen met voedsel en medische hulp. Zijn het dat soort
ontmoetingen die levens redden? De zeelui aan boord hadden te zeilen, koers uit
te zetten en bestek te meten, zodat ze wisten waar ze zaten. Met andere
woorden, kustvaarders kunnen dit avontuur niet zomaar aan.
Bij het natrekken van gegevens
over de route en van mogelijk stormweer voor de kusten van New Jersey merkt men
dat de auteur blijkbaar goed de zaken had bekeken en over de kwaliteiten van
het schip, over de gebreken vertelt ze ook een vrij realistisch verhaal. Het
moeilijkste blijft het te verhalen hoe mensen zich gedragen in omstandigheden
als deze. Het zijn avonturiers tegen wil en dank, maar ook mensen die blijkbaar
de kansen hebben afgewogen. Afgezien van het typetje, de grootmoeder, lijken de
mensen zich door de gebeurtenissen te slaan zo goed en zo kwaad als het kan.
Het ligt niet voor de hand om reacties uit te meten van mensen in extreme
omstandigheden, gewoon omdat we al niet zo goed weten wat zeeziekte doet of een
lekkende schuit waarmee men 500 halen per wacht moet pompen om lens te blijven,
boven water dus en in staat te zeilen.
Toch is het boek, zoals we
zegden, misschien vooral tekenend voor de vergetelheid over humane rampen, die
mensen elkaar aandeden en aandoen. Ik denk aan de mislukte vlucht uit Europa in
1939 van mensen die vreesden dat ze een nieuwe oorlog niet zouden overleven,
maar ze vonden nergens onderdak, noch in de VS noch in Argentinia, tot het
probleem in humaan opzicht al te erg werd. Het valt wel op dat het moeilijk is
de juiste zoektermen te vinden om het schip op het spoor te komen dat mensen
uit Europa naar de VSA of Argentinië wilde brengen, omdat ze vreesden voor hun
leven als ze in Europa bleven. Maar, het is evengoed duidelijk dat ook andere
mensen op enig moment moesten vluchten, want zij ook werden in het
persoonlijke, fysieke en morele integriteit bedreigd: was het niet door de
nazi’s dan toch door de Russen en blijkbaar, als een soort tussenschakel, de
Zweden.
Als we op de houding van de
Zweedse overheid wijzen anno 1945, dan enkel omdat dit zo paradigmatisch blijkt
voor de houding van regeringen ten aanzien van immigranten – zeker als het gaat
om politieke vluchtelingen. Eens de noodsituatie opgehouden is, kan men die
mensen terug naar huis laten gaan, hen vriendelijk uit te nodigen zich aan te
bieden bij de emigratiediensten… We merken dat vandaag mensen uit de EU van
Nederland naar Polen terug gestuurd worden, ook al is er een ziek kind
(Leukemie zou in het geding zijn). De vraag is, denk ik of men de twee belangen
met elkaar kan verzoenen: mag een regering mensen terugsturen naar het land van
herkomst, als de noodsituatie die hen op de dool dreef verdwenen is, maar de
situatie ante quem nog niet hersteld? Mag men van die vluchtelingen enige
meegaandheid verwachten? Er is geen passend antwoord, omdat de regering van het
gastland de eigen bevolking belooft geen overlast te zullen aanvaarden vanwege
de vluchtelingen. De vluchtelingen hebben inderdaad ook hun recht op
persoonlijke integriteit en zijn vaak bereid een hoge pijngrens aan te houden,
zoals ook de mensen in het boek van An Rutgers van der Loeff.
Want toen de regering van
Zweden en de administratie het terugkeerbeleid op gang brachten om de Esten
naar Talinn terug te sturen, was het nazisme inderdaad van de kaart geveegd.
Over het communisme, laat staan het Stalinisme wist men alleen dat het de Grote
Vaderlandse oorlog had gewonnen. Over de Goelag’s, over de collectivisatie en het
terugdringen van de persoonlijke vrijheid hadden maar weinig bezoekers aan de
USSR bericht. Het valt mij op hoe moeilijk het is in retrospectief te begrijpen
wat men wist over het communisme als ideologie en de praxis van het Stalinisme.
Tony Judt heeft in een van zijn laatste geschriften De Geheugenhut laten zien hoe we met auteurs als Althusser en
Sartre de verblinding hebben geaccepteerd. Pas toen Arendt, tot ergernis van
velen het ene totalitarisme tegen het andere afwoog, werd voor sommigen in
Europa duidelijk wat ook Judt aan het einde van zijn leven zou vaststellen, dat
het lood om oud ijzer was en dat fellow travellers, lui die de Sovjet-Unie
gunstig bejegenden zonder zelf communist te zijn, de beeldvorming, maar vooral
de waarheidsvinding geen goed hebben gedaan. Het doet me wel eens denken aan de
wijze waarop na het einde van de Sovjet-Unie intellectuelen en vooral
journalisten zegden teleurgesteld te zijn geweest over de houding van de
beroemde banneling Alexander Solzjenitsyn, auteur van het “Kankerpaviljoen” en
van “De Goelagarchipel”. De schrijver was blij dat het regime over was, maar
kon slechts blijk geven, zegt men, van een obstinaat nationalisme. Maar die
journalisten wisten niet veel af, zo te zien, van de hongersnood in Oekraïne en
ook wel weinig van het beleid van de Sovjets tijdens en na de oorlog in de
Baltische staten. Ik weet er, voor de goede orde en om simpele zielen niet op
een dwaalspoor te brengen, ook niet veel meer van, dan er te lezen valt. De
recensie in De Standaard over het boekje van Judt is dan ook vooral een
respectloze aankondiging, net omdat Judt echt wel doordringt tot de problemen
die de ideologie, die hijzelf had met enig en groeiend voorbehoud had
aangenomen, had gesteld met name hadden het socialisme en het communisme voor
vergissingen van gewicht gezorgd, onder andere in hoofde van Louis Althusser –
wie zegde ook weer dat de balans van het communisme “globalement positive”
uitviel? Maar die (intellectuele) discussie blijkt vandaag zonder grond. Het
boekje van An Rutgers van der Loeff laat zien dat men er wel degelijk van
bewust kon zijn, dat mensen liever in Zweden bleven, maar zeker niet naar de SU
terug wilden. Toen het niet anders kon, kochten ze zich een boot, proviand en
zeekaarten en hoopten ze op hun goed gesternte. De reis had mis kunnen lopen,
maar dankzij de welwillendheid van Zweedse ambtenaren, zelfs Britse douaniers
in de haven van Inverness: die ambtenaren geloofden het verhaal van de
opvarenden niet, maar wisten blijkbaar dat het nergens toe zou leiden hen tegen
te houden, want dan zat het UK met die vluchtelingen. Alleen een sanitair
ambtenaar in Port au Prince vond dat hij volgens het boekje had te handelen,
maar ook daar waren er anderen die begrepen dat dit nergens op sloeg.
De schrijfster laat weten dat
zij zich goed had gedocumenteerd en vernoemt haar bronnen, over deze en andere
vluchtelingen, waarop ze haar verbeelding had losgelaten, gecontroleerd
natuurlijk. Ons, mensen van een latere generatie lijkt dat boekje toch nog iets
te zeggen, maar zoals ik al schreef in
verband met de recensie – wat is een recensie? – over Tony Judt, kan men de
betekenis van een boekje in zoete complimenten verdrinken. Er was een humane
bewogenheid die haar dreef, 8 jaar na de feiten, het verhaal te vertellen. Dat
we nog nauwelijks weet hebben van de houding van Winston Churchill tegenover de
dreiging van de USSR en Stalin voor de mensen in Midden-Europa, lijkt ons te
ontgaan. Ook Harry Truman moet begrepen hebben dat een vergissing met dit soort
vluchtelingen niet meer aan de orde was. De schaduw van de Koude Oorlog?
Precies de waarschuwingen van Churchill aan diens adres hebben Truman wel
geraakt maar de Rede van Fulton, van de voormalige Britse Premier en toekomstig
Nobelprijswinnaar over het neerlaten van het IJzeren Gordijn zal de bakens wel
duidelijk gezet hebben: Churchill vreesde voor de vrijheid en de mensenrechten
in de SU. Nog eens, nog voor de oorlog hadden belangwekkende intellectuelen, op
Gide na de samenleving in de SU in vriendelijke termen gegoten. Men had dus
gewoon geen idee van kampen en Koestler, die Darkness at Noon schreef in 1940, wist zelf als gewezen
correspondent in Moskou hoe het eraan toeging.
Heeft het zin bij een
jeugdboekje als dit, dat vlot wegleest zoveel belastende informatie mee te
geven? Laten we aannemen dat de bewogenheid van de schrijfster te maken had met
haar humanitaire bevlogenheid, want zij schreef wel vaker over mensen die een en
ander te verstouwen hadden en zware fysieke uitdagingen niet konden ontwijken.
Daarom denk ik, kan een beknopte reflectie op dit boekje, eerst verschenen als
“Een kans op geluk” best kan in deze komkommertijd. Want de vragen wat
vluchtelingen drijft, blijven geldig en kunnen ons niet zomaar onberoerd laten.
De houding van de overheid kan legalistisch zijn, kan bureaucratisch vorm
krijgen in een terugkeerbeleid – wat een mooi eufemisme – als men niet begrijpt
dat dit een tajku – dit is een acroniem voor een zin die betekent: de profeet
(Elia) geeft antwoord op vragen en twijfels – moet heten, een situatie waar
geen goede oplossing voor bestaat. De verlangens en wensen van de vluchtelingen
zijn legitiem, de verzuchting van de overheid, c.q. de politici en ambtenaren
de samenleving voor overlast te behoeden al evenzeer. Humane oplossingen zoeken
vergt dan ook veel verbeeldingskracht. De mensen die An Rutgers van der Loeff
op het schip zette, kozen voor dit avontuur omdat ze geen heil zagen in de
uitnodiging van de Zweedse overheid braaf terug naar Talinn te keren waar de
oude kosmopolitische samenleving verdwenen was en de Sovjets het heft in handen
had. Kan men hen dat verwijten? Gelukkig kon Truman die vlucht en die van
andere Esten velen en kregen ze verblijf in de USA. Nu zoeken de autoriteiten
in de VS ook hoe om te gaan met een nieuwe emigratie uit het Zuiden en blijkt
een humane oplossing moeilijk te vinden. Persoonlijke wensen en de belangen van
de samenleving vallen niet zo vaak samen als we wel zouden wensen.
Bart Haers
Reacties
Een reactie posten