Racisme bestrijden of een nieuw verhaal over de republiek
Dezer Dagen
Religie, samenleving,
métissage
streven
naar een ander samenleven
Enkele dagen geleden zat ik in de
abdijkerk van Grimbergen, te luisteren naar het orgelspel van een man die zijn
85ste verjaardag vierde. Bach is wellicht het meest iconisch als het erom gaat
kerkelijke kunst in deze wereld toch betekenis te blijven geven, ook als men
niet meer gelooft. In Knack staat deze week een essay van Joël De Ceulaer over
het bestrijden van racisme, waarbij de man opmerkt dat Links ermee volstond
tegen het VB te strijden om zich niet over racisme te hoeven uitlaten. Een
kritiek die hout snijdt en toch niet ter zake doet, denk ik. De auteur wil ons
ervan doordringen dat we meer en heftiger tegen de hele zooi moeten ingaan,
want racisme kan niet blijven bestaan. Waarom dat zo is? Omdat we anders die
mensen die vergeefs zitten te wachten op erkenning verder tegen ons opzetten en
omdat we meer empathie zouden moeten opbrengen voor hun lot. Ik denk dat de
benadering te beperkt blijft en te weinig ambitie vertoont na te denken over
wat er dezer dagen aan de orde is een samenleven die wellicht onvolkomen zal
blijven maar toch put uit de culturen die nu samen zijn gekomen, lokaal, maar
ook globaal.
Terug naar Bach, omdat die muziek, zijn
wereldlijke en kerkelijke muziek velen kan bekoren, maar die niet altijd een
breder publiek bereiken kan. Nu ben ik zelf er niet de man naar om barok of
hedendaagse muziek boven alles te stellen. Men kan, denk ik dan, maar beter
enigszins omnivoor zijn, enfin, we consumeren de kunst ook niet, maar genieten
die, als uitvoerder of als toehoorder. Wie kan onberoerd blijven bij het lied
van Reinhaldo Hahn, à Chloris? Of een versie van Sheherazade, door Rimski
Korsakov of Richard Strauss en men merkt dat onze cultuur op verschillende
manieren en in verschillende epoches onderhevig is geweest aan metissage, maar
dat lijkt dezer dagen geen item meer.
De samenleving veranderde op vele
manieren, maar als Bart Somers - met instemming van de journalist - zegt dat
hij net zo goed een nieuwkomer is als Sadijah of Mehmet, dan moeten we daar
verzet tegen aantekenen, niet dat we niet zullen moeten leren omgaan met anderen al blijf ik het vreemd vinden
dat we na veertig, vijftig jaar de veranderingen nog maar nauwelijks verwerkt
hebben. De wereld is veranderd, Europa is nieuwer geworden en ook Vlaanderen
leerde andere keukens kennen en nieuwe muziek, maar tegelijk kan men zich afvragen
of we niet ook meer oog kunnen en moeten hebben voor het patrimonium dat door
onze voorzaten werd opgebouwd en dat zowel onvoorstelbare wrede en lelijke
bladzijden kent als andere, bijzonder fraaie. Maar we kunnen toch niet voorbij
aan de evolutie van het denken in allerlei gremia en vormen sinds Karel de
Grote en die onze cultuur een invulling laten geven aan de dingen des daags en
andere zaken die we als waarden zijn gaan omschrijven. De betekenis van Thomas
van Aquino, John Dun Scottus of Petrarca kan men maar moeilijk negeren, maar
tegelijk kan men er ook niet aan voorbij dat die namen slechts namen blijven
als men zich niet op hun werken, hun denken richt en probeert na te gaan of en
hoe ze een tijdgeest vertalen dan wel
heroriënteren. Het is die complexiteit van het denken in Europa, waarbij men de
dialectiek van oorspronkelijke denkers en hun omgeving nooit uit het oog mag
verliezen.
Al vaker liet ik blijken mij te ergeren
aan de verenging die men aan het begrip "Aufklärung" of "Lumières"
wenst te geven, omdat er behalve de inbreng is van individuele filosfen en
auteurs, Montaigne, Erasmus, Simon Stevin of Spinoza, maar ook andere invloeden
zijn, want Spinoza, aldus Henri Krop, had veel zelf bevonden, maar tegelijk was
hij ook kind van zijn tijd, bijvoorbeeld van de Ware Vrijheid, zoals Johan de Witt die vorm heeft gegeven met de
regenten in Nederland tegen de eerder populistische partij der Orangisten - al
is die term dan weer wat anachronistisch. De Verlichting valt niet te herleiden
tot enkele begrippen, zoals men dat placht te vernemen van politici en het
commentariaat. De Verlichting kende bijvoorbeeld een niet te onderschatten
Joodse inbreng, terwijl in de tijd van de Verlichting, zeventiende en
achttiende eeuw, ook bijzondere Godsdienstige bewegingen zag opkomen en soms
weer verdwijnen, zoals het Socinianisme, een beweging die door een Italiaan
werd opgezet en uit Italië verbannen werd en in Polen een beweging opzette waar
ook Hugo de Groot door geraakt werd.
De Verlichting is ook de tijd waarin
ernstig aan het publiek en privaat recht werd gesleuteld, waarbij opgemerkt kan
worden dat mensen als Hugo de Groot, die met "De iure pacis et belli"
een grote invloed had op de wijze waarop staten (in wording) hun onderlinge
verhoudingen gingen afstemmen. Ook Jean Bodin moet men in dit opzicht
vermelden, omdat hij precies de theoretische grondslagen legde voor het begrip
soevereiniteit en verder zowel het vorstelijke absolutisme als de moderne
bestuurscultuur van de republiek vorm gaf.
Kan men in het licht van dit alles - en
alles waar we in stilte aan voorbij gaan omdat anders de zaken wel heel
onoverzichtelijk zouden worden - spreken over Europese waarden? Ja en neen.
Neen omdat we dan zouden moeten erkennen dat we die waarden in de praktijk niet
altijd recht hebben gedaan en er zelf wel eens met genoegen aan voorbij zijn
gegaan. Jawel, men kan spreken over Europese waarden, die in de cultuur van de
VSA en zelfs in Japan ook vorm kregen, uiteindelijk gemundialiseerd werden, zij
het onvolkomen, omdat ze mee de architectuur en het functioneren van actuele
samenlevingen hebben vormgegeven en waar
we in het banale leven van alledag gedachtenloos mee omgaan, maar we van tijd
tot tijd wel handelend mee bezig moeten zijn, als de grondslagen van de
republiek in het gedrang komen. Men denkt dan vaak vooral... zo lijkt het toch
aan het opdringen van de Islam in
onze samenlevingen, maar ik denk dat dit een te beperkte visie is van wat onze
basisconcepten, zoals de uniciteit van het individu of de erkenning van de
gelijkheid ondanks de individuele verschillen, staan ook binnen de zogenaamde
autochtone cultuur op de helling. Dan worden we zelf wel eens de vijand van die
waarden die we hoog in het vaandel voeren.
Mevrouw Karen Armstrong krijgt in Knack
(week van 2 juli) een mooi interview, maar ook zij meent dat de Kerk als instituut
en onze cultuur op een aantal vlakken tekort is geschoten. Ik kan haar visie
wel volgen, maar het blijft moeilijk het verleden moreel te beoordelen, omdat
het onomkeerbaar is. Aan de andere kant begrijpt ook zij, denk ik, dat men niet
alleen de zwarte legende van de Kruistochten hoeft te lezen: het feit dat de
Kruisvaarderstaten in de 12de eeuw vijftig jaar lang konden co-existeren met de Moslimwereld erom heen, maar door een
nieuwe instroom van kruisvaarders, die vonden dat de principes van het
christelijke Europa door die bestaande structuren en aannames met voeten was
getreden die co-existentie op scherp stelden en zo het einde inluidden van die
kruisvaardersstaten, mag ons niet ontgaan. Want co-existeren gaat niet zonder
vormen van métissage, vermenging van culturele kernwaarden en inzichten, maar
ook van dagelijkse gebruiken.
Als ik in contact kom met mensen die
migratie-achtergrond hebben, Algerijn of Marokkaan, Turk of Rwandees, dan merk ik
dat die métissage wel mogelijk is, waarbij we merken dat beide partijen soms
vertwijfeld tot de vraag komen waarom we bepaalde aannames zo hard willen
onderscheiden van die van de anderen. Joël
De Ceulaer, die zegt van de harde wetenschap te zijn, merkt blijkbaar niet dat
die mensen die in andere culturen hun wieg hadden staan, maar nu hier onder en
met ons leven die wetenschap juist zeer kritisch of afwijzend negeren, althans
als we het hebben over de Big Bang of de evolutietheorie. Nu gun ik hem, zoals
ook anderen hun, zijn eigen kleine en
grote inconsistentie gun, maar toch, als hij zich verzet tegen het racisme
dezer dagen, denk ik dat zijn oplossing nergens toe kan leiden.
Ten eerste zal men toch wel eens moeten
meegeven wat we verstaan onder racisme, wanneer racisme schadelijk wordt voor
de slachtoffers maar ook voor degene die aan racisme zou lijden, als was het
een ziekte. Maar de belangrijkste reden is dat de man van Knack alles inzet op
empathie en daar, denk ik, loopt het fout. Empathie is op zich ethisch
neutraal, omdat men datgene wat empathisch omgaan met de andere, zowel gunstig
kan aangewend worden om te begrijpen wat die andere heeft te ondergaan, maar
ook kan men die empathische ervaringen inzetten om mensen nog meer te kraken.
Een beetje pester, valt te vrezen, gaat zeer empahtisch te werk.
Compassion is het begrip
dat Karen Armstrong is daarom een betere kaart om uit te spelen als het erom
gaat de negatieve spiraal die racisme kan veroorzaken tegen te gaan of in te
perken. Maar racisme in het geding brengen kan tot zelfhaat leiden bij
intellectuelen die vergeten dat mensen ook onder invloed van emoties staan.
Emoties worden doorgaans verbonden aan populisme en afkeer, haat, maar Martha
Nussbaum laat zien dat men ad primum emoties als iets menselijks moet erkennen
dat er dus negatieve en positieve emoties zijn, maar zelfs angst en afgunst
niet per se negatief zijn. Haar advies kwam in het maatschappelijke debat over
het tegengaan van racisme niet aan de orde, namelijk dat politici,
commentatoren en intellectuelen, maar ook eeniegelijk die er zich mee inlaat,
emoties a priori negatief invullen, terwijl angst soms wel degelijk een goede
leermeester kan zijn en meer nog, wanneer men de angst van medeburgers
onderkent, respecteert, kan men hen er ook toe brengen de gegrondheid van die
angst te betwijfelen. Maar dat gaat niet als men de pastoor van vroeger
imiteert en met hel en verdoemenis dreigt. Dan is het advies van Karen
Armstrong wel degelijk ook ter harte te nemen: geen zoetsappig medelijden, maar
een betrokken mededogen, enige lankmoedigheid en tegelijk de discussie aangaan,
kan veel verder reiken.
We hadden het hoger over métissage,
omdat ik, met dank aan een goede vriendin heb leren inzien dat de acceptatie
van andere culturele inzichten en praktijken ons ook verrijken kan - maar dat
lijkt me een egocentrische benadering - maar vooral een nieuw verhaal kan
mogelijk maken. Het probleem dat we moeten oplossen en waar sinds de twaalfde
eeuw aan gelaboreerd is, bestaat hierin
dat we het samenleven van velen die elkaar niet kennen en hoogstens via
stereotypes kennen, toch als medeburgers zullen moeten omarmen, niet
letterlijk, maar in gedachten. De ware tolerantie? In meer dan een opzicht
vergt de moderne republiek, dat wil zeggen de samenlevingsvorm die zowel een
staat als een natie impliceert en van bestuurders verwacht dat zij iedereen gelijk
acht voor de wet, maar tegelijk voor een aantal probleemsituaties gerichte
voorzieningen instelt.
Het onderwijsprobleem waarbij jongeren
uit bijvoorbeeld Marokkaanse gezinnen onderpresteren kan men niet oplossen door
hen de illusie te geven dat ze in een nieuwe onderwijsstructuur beter zouden
meekunnen. Hier merkt men dat scholen die ook aandacht besteden aan wat Boris
Cyrulnik "veerkracht" noemde, wellicht betere aansluiting van de
jongeren kunnen bereiken. Helemaal zeker is dat niet, omdat onderwijs iets
anders is dan het vetmesten van varkens. Het resultaat hangt af van wat
individuele leerlingen aanvangen met de leerstof. Dat sommigen uiteindelijk
kiezen voor een afwijzing van de Westerse waarden - ut supra - mag ons niet
doen vergeten dat velen wel degelijk die waarden waarderen en ze vorm geven in
een mengvorm, waarbij ze religieuze praktijken van de Islam niet loslaten.
Metissage, mededogen en betrokkenheid,
het blijven maar naakte woorden, daar geef ik mij ten volle rekenschap van. Het
zal ook niet altijd vanzelf gaan. Maar ons handelen, nog eens, ik denk hier aan
de omschrijving die Arendt eraan heeft toegekend, politiek optreden in de res
publica, kan wel ertoe bijdragen dat we erkennen dat we onze Europese waarden,
hoe diffuus en veelomvattend ik die ook benader, iets bereiken wat Nussbaum ons
in haar essay over politieke emoties voor ogen hield: dat we met erkenning van
variatie, zelfs deviant gedrag moeten omgaan omdat het eigen is aan complexe
samenleving, maar tegelijk kunnen we zo ook een grotere cohesie in de
samenleving bewerkstelligen. En ja, soms moet men daarom voorbij het cynisme of
realisme tot een "seconde naïvité" zien te komen.
Wellicht zal ook die gedachte van Paul
Riqueur nieuwe vragen oproepen, want hoe kan men naïef naar zo een groot
probleem als racisme kijken? Wel, zijn tweede, volwassen naïviteit erkent de
ontoereikendheid van onze betrachtingen, van onze inzichten en dat we de
donkere zijde van de medaille onderkennen en toch geloven dat we als
samenleving zonder grote conflicten kunnen samenleven zonder in
onverschilligheid te verzanden. Het wordt dus een tocht tussen Scylla en Charibdis.
Ik weet dat ook dit een cliché is, maar soms zijn die oude mythen verdomd sterk
als het erop aan blijkt te komen gewenste resultaten te boeken zonder al teveel
ongewenste neveneffecten te bereiken. Naïviteit zal racisme niet bestrijden,
maar mijnheer De Ceulaer, de strijd tegen racisme waarbij het doel duidelijk is
mensen hun gevoelens of negatieve ervaringen in een kwaad daglicht te stellen,
zal vooral de zelfhaat bevorderen bij intellectuelen in het wel ingerichte
koekoeksnest in de wolken.
Métissage, zo zegt het woordenboek,
betekent rassenvermenging. Moeten we dat negatief duiden of net accepteren als
een noodzakelijke voorwaarde voor een levensvatbare samenleving. In de fokkerij
weet men dat teveel binnen een beperkte bloedlijn kweken inderdaad bedenkelijke
gevolgen kan hebben. De culturele métissage vormt voor mensen in hun anonieme
samenleving de mogelijkheid eigen inzichten te berde te brengen en na te gaan hoe
we met die visies gezamenlijk iets kunnen aanvangen: wat we van waarde achten
komt dan extra in schijnwerpers te staan. Racisme onderkennen betekent nog niet
die vergoelijken, of verschonen, maar de erkenning dat mensen met hun emoties
af te rekenen hebben. Vanuit het koekoeksnest kan men hen voor dom houden, of
hen met mededogen aanspreken en hun emoties niet als een hinderpaal zien voor
een goed samenleven. Finaal is opnieuw de klassieke
humaniora in het geding.
Bart Haers
Reacties
Een reactie posten