Welk boek veranderde uw leven?
Dezer
Dagen
Belang van boeken
La grande librairie en de boeken
die het leven van de lezer
hebben veranderd
Lijstjes, ze duiken altijd
weer op, maar het is wel zo wijs niet te vragen naar het beste boek, maar het
boek dat het leven van een lezer het meest heeft veranderd. Maar wat zou er
veranderen, als men een boek gelezen heeft?
Het beste boek, laat dat
duidelijk zijn, is hier niet aan de orde, wel wat boeken met een lezer, met ons
als lezer en dat kan men moeilijk begrijpelijk maken, want de veranderingen,
dat kan men ook niet altijd benoemen. Dat het initiatief van François Busnel in
Frankrijk enig gerucht veroorzaakte, zal men niet zo onbegrijpelijk vinden,
maar wat een boek doet, of het nu Anna Karenina of de Bijbel, dan wel Nacht
was. Nacht? Van Edgar Hilsenrath hoort men wel eens, maar het is een van die
mensen die het onvoorstelbare overleefd hebben en er nog over kunnen schrijven.
Hilsenrath stond niet bij de boeken, of auteurs die de kijkers als meest indruk
makende en het leven veranderende boek. Net zo min zal men veel vernemen over
Sandor Marai, over W.G Sebald, over Austerlitz van Sebald en de verschillende
boeken van Marai, zoals "De nacht voor de scheiding" maar ook
"Vrede op Ithaka" mag er wezen.
En dan zijn er al die andere boeken, waarvan we er tussendoor nog wel een
zullen vernoemen, maar dat een stuk als dit een kwestie van titels en auteurs
noemen wordt, valt moeilijk te vermijden. Vooral blijft het de weergave van eigen
literaire avonturen, zodat het alles wel zeer persoonlijk wordt en ook nog eens
subjectief. Maar zal men een objectieve benadering van literatuur kunnen
bedenken?
Net de vraag van "La grande
librairie" laat zien dat het bij literatuur niet om objectiviteit te doen
is. Of zou het zo zijn, zoals Karel van het Reve schreef dat een objectief
bedoelde academische benadering van literatuur niet echt zinvol moet heten? Het
gaat om én de vorm én om de vent. Maar toch lijken recensenten vaak te vergeten
dat de leeservaring nu eenmaal subjectief is en dat men een saai boek niet moet
ophemelen, of een boek zonder avontuur. Waarom vond men Blindgangers niet goed?
Het was een ideeënroman met teveel ideeën.
Een andere lezer vertelde me
dat Goethe met zijn romannetje "Wilhelm Meisters Lehrjahre" niets
meer deed dan een hype uit die tijd, rond 1800 recycleren, toen men de
Illuminaten en andere geheime genootschappen zo intrigerend vond, c.q. het
genootschap van de toren... en dus al wat er in die roman staat, is niets meer
dan een Spielerei. Die benadering
doet afbreuk aan de opzet van Goethe, die inderdaad een spel met toenmalige
literaire conventies speelde. Mignon evenwel, kan nog altijd ontroeren en de
aantekeningen van een gevoelige ziel
blijven hangen. In feite kan men dit werk blijven herlezen, omdat er altijd
nieuwe parels gevonden worden, maar dan moet ik wel toegeven dat de laatste
keer dat ik de Wilhelm Meisters al een aantal jaren niet meer echt gelezen heb.
Tijd om dat dus goed te maken.
Maar er is meer, want over de
oorlog, WO I heb ik al vroeg meer aandacht mogen opbrengen, lang voor WO I hot
was en toen stootte ik op figuren als Gabriele D'Annunzio, de dichter en
dictator van Fiume, maar ook bij ons figuren als Marcel Minnaert, Paul van
Ostayen en Jan Albert Goris, ook gekend als Marnix Gijsen. Zij waren inderdaad
activisten, D'Annunzio niet natuurlijk, maar de mensen die in beeld komen als ik
over het leven en de vroege dood van Herman van den Reeck mocht nadenken, waren
wel activistisch, in de politieke zin en in de politiek-historische betekenis
van het bezette België. Ook Ernst Junger ontdekte ik toen en de beschrijving
van de oorlogsroes, net als het lange leven na WO II, als schrijver, bioloog en
nog wel een en ander, alles behalve nazi, want daar wilde hij niet aan, blijven
fascineren.
Het zijn er vele, de boeken
die ik las en toch ben ik er mij van bewust dat bijvoorbeeld 100 jaar
eenzaamheid mij niet echt kon aanspreken. Ik las Couperus, Thomas Mann en
Goethe, maar ook Régis Debray, "critique de la raison politique" en
ik merkte dat er meer te vertellen valt dan het eeuwige verhaal van het goede
links en kwalijke rechts. Dat kon ik ook bij Tony Judt, bij Martha Nussbaum
ontdekken en dan komt een mens tot een andere kijk op het intellectuele leven.
Deze mensen willen niet zomaar een idee verdedigen, maar gaan juist een gesprek
aan over een bepaalde visie en laten de lezer toe er zich iets bij voor te
stellen.
En dan moeten we wel ons
blijvende ongenoegen ventileren, want deze boeken, van Nussbaum, Beard of Henri
Krop, over het spinozisme in Nederland, maar ook Frances Yates over Giordano
Bruno. vinden we allemaal onder het stempeltje "non-fictie", maar met
de meesterwerken van Jeroen Meus of Pascal Naessens hebben ze niet zo heel veel
gemeen. Het gaat om studies, essays die niet als roman of novelle weg gezet kunnen worden, maar ze hebben wel
een zekere betekenis. Essays van Susan Neiman? Non-fictie. Hoe vager kan men
het maken, tenzij dan door de werken gewoon als boeken weg te zetten, terwijl
de uniciteit van de titels, van elk werk toch niet in netten met zo een grove
mazen gevonden kan worden.
En ja, men hoeft niet te
beweren dat een roman die mensen in hun levensloop raakt, maar fictie is, terwijl
een boek over de breekbaarheid van het goede toch wel zeer kan overtuigen nader
te gaan denken over de betekenis van Plato, Euripides en Sophocles. Net zo kan
je toch bij "Die Wahlverwandschaften" - vertaald als
"affiniteiten - een en ander vinden over standvastigheid en trouw. Wat we
lezen, fictie of reflectie - al kan ook dat in de vorm van een novelle of roman
- betreft doorgaans zaken waar we zelf ook iets aan hebben, of waar we door
behekst zijn. Soms komen er ook dingen aan de oppervlakte die een lezer onverwacht
grijpen. Op een dag vind ik een boek: "etudes van troost", over hoe
een vrouw in Theresienstadt kon overleven door zich bezig te houden met de 24
etudes van Chopin en inderdaad een paar keer kon optreden i.v.m. de window dressing
van de nazi's ten aanzien van het Internationale Rode Kruis. Maar zij leerde
die 24 sonates uit het hoofd en vond erin een aandrijfkracht om de moeilijkheden
te overkomen.
Later vond ik een ander boek
met hetzelfde verhaal en nog meer en de vraag komt dan opzetten: heeft zij het
overleefd omdat ze zich met Chopin inliet en met een muziekcultuur die haar
levendig hielden... of had ze domweg geluk en werd dit het verhaal dat ze later
bleef aanhalen. We weten dat mensen als Primo Levi de overlevingsstrijd won
maar vervolgens het gevecht tegen het leven niet kon winnen. We kennen
natuurlijk ook allemaal Anne Franck en Etty Hillesum, Hélène Berr ook, die alle
via nagelaten geschriften voor ons kenbaar worden en zij, maar ook Primo Levi
blijven behoren tot het pantheon van figuren die mij kunnen inspireren.
De Toverberg vormt dan weer,
met "Het kralenspel" een andere toegang tot wat we over het menselijke te
zeggen hebben. Sommigen hebben misschien nog iets in herinnering aan Hesse,
zoals De Steppenwolf, maar doorgaans zijn het geen auteurs waarover veel wordt
gesproken, laat staan dat er aan hun oeuvre veel wordt gezegd. De kranten en
bladen durven het zo te zien niet meer aan de grote klassieken in herinnering
te brengen. En toch, Dokter Faustus van Thomas Mann blijft voor mij een
interessante denkoefening, dat wil zeggen als men weer eens een discussie over
nazisme, fascisme en dergelijke begint, dan zal men toch ook de visie van
auteurs als Mann en Hesse moeten lezen, die geconfronteerd werden met het
regime van Hitler.
En toch, denk ik dan
onmiddellijk, kan men niet nalaten over J.Stalin te gaan nadenken, Leven en
Lot, van Vasili Grosman, maar ook "Alles stroomt". Maar waarom zouden
we dan ook niet nog even denken aan "goede mensen" of aan "In
tijden van afnemend licht"? Meer hedendaagse romans die toch ook verweven
zijn met de epoche. Margreet den Buurman laat ons dan weer zien hoe Thomas
Mann, maar ook zijn hele familie, zeker dus ook Erica en Klaus in de
turbulenties van de tijd overeind proberen te blijven. Moreel lukt dat wel,
maar Klaus gaat ten onder aan drugs en pleegt zelfmoord. Toch blijft ook zijn
biografie best indrukwekkend.
Ik heb bij dit alles niet of
nauwelijks de Nederlandstalige letteren aangeroerd, omdat die kwestie pas
helemaal oeverloos wordt. Welke Nederlandstalige Boeken hebben mijn leven of
mijn kijk op het leven veranderd? Het zijn er vele en sommige boeken, die anderen
dan weer belangrijk vinden, zoals "het verdriet van België" hebben me
in die zin beïnvloed dat ik de visie op de oorlogstijd in België niet meer door de bril van Claus en anderen
kon zien, die vonden dat Vlaanderen nazi was tijdens en katholiek voor en na de
oorlog. Ik kon namelijk niet rijmen dat mensen die ik kende en zich op sommige
terreinen modern en vooruitstrevend gedroegen, in hun beroepsleven,
geinteresseerd waren aan nieuwe wetenschap, vrij menselijk met vrouw en
kinderen omsprongen, dat zulke mensen zomaar bereid waren geweest de eed van
trouw af te leggen op het vaandel van het VNV. Dankzij het doctoraat van Bruno
de Wever werd mij inderdaad duidelijk dat het VNV de autoritaire gedachten zeer
verkleefd was, maar ook dat behalve bij de verkiezingen van 1936 - in tijden
van grote politieke en economische turbulenties - de partij niet echt kon
overtuigen. Deels met dank aan de kerk en de colleges, denk ik, maar vooral
omdat vele Vlamingen wel vooruitgang wilden inzake de taalrechten,
promotiekansen en meer maatschappelijk aanzien, maar dat ze niet zomaar van
elke duivel steun zouden aanvaarden. Het feit dat het VNV al vlug na de
bezetting door de nazi's de concurrentie aanging - moest aangaan - omdat nog
radicalere organisaties sneller gehoor leken te vinden -, mag ons niet ontgaan,
want dat heeft het autoritaire dat er wel al was doen verkeren in een
totalitaire beweging, maar ze kregen nooit echt voldoende steun om dat te
realiseren. Toch valt op dat we in Vlaanderen zelden kijken naar gebeurtenissen
in de buurlanden. Anna Seghers, "Het Zevende Kruis"? Een spannend
verhaal en intriest. La femme de nos vies? Over hoe iemand de gevolgen van
operatie T4 ontdekt en hoe mensen hun leven waagden. Maar het zal wel niet zo
goed geweest zijn, want ik vernam van het bestaan van deze roman via LGL.
Finaal kan men stellen dat de
bereidheid tot collaboratie in Vlaanderen niet zo groot was, maar helaas wel
significant, dat wil zeggen dat de bezetter op deze mensen beroep kon doen om
hun doelen te dienen. Anders dan in Nederland bestaat in Vlaanderen nauwelijks
literatuur over het verzet of over onderduikers. Nochtans waren die er wel
geweest en van mijn vader (°1923 - 2005) weet ik dat hij na zijn retorica in
1943 - hij had het zevende en achtste studiejaar moeten doen in Eeklo, omdat
hij van Sint-Margriete kwam - had geprobeerd a) niet naar Duitsland te moeten
voor de arbeidsinzet en b) niet het risico te lopen later niet meer te kunnen
studeren. Men wist dus wel, blijkbaar, dat de regering in Londen Besluitwetten
had uitgevaardigd over die kwestie. Men wist dat zelfs meewerken in het lokale
bestuur iemand kwalijk genomen kon worden. Het enige wat restte was
onderduiken. Behalve dat je - in dat geval - een jaar niet kunt gaan en staan
waar je wil, maar vooral uit de statistieken en registers van de bezetter moest
zien te blijven, betekende onderduik ook verveling... De onderduik van joodse
mensen in België was ook lang geen onderwerp van gesprek en toen ik al lang en
breed over Jacques Presser had gehoord, kwam men er hier toe wat meer duiding
te geven over wie de vervolgden onderdak wilde bieden. Op dat vlak kan museum
aan de kazerne Dossin wel nog een interessante rol spelen.
Het was een mooi programma
over de Franse letteren, maar niet enkel de Franse, want ook Tolkien, Patrick
Süskind en Anne Frank kregen een eervolle vermelding. Het ging dan ook niet om
een lijstje van Beste Boeken, wel om boeken die lezers zeer hadden aangegrepen
en hun leven hadden kunnen veranderen. Men had ook Tolstoj verwacht en jawel,
er zat een boek bij van Dostojewski: Schuld en Boete/Misdaad en straf. Maar
goed dat literatuur echt wel iets intiems is, omdat het lezen en verwerken
doorgaans een boeiende, solitaire bezigheid blijft en toch, in de
verwerkingsarbeid kan een goed gesprek best wel helpen. Laat nu net dat het
probleem zijn dat mij het meest raakt, dat is het gesprek over boeken in de
publieke ruimte. "Vrij Man"? Iemand? Niemand dus, in Vlaanderen toch,
want Nelleke Noordervliet beschreef met dat boek een stuk cultuurgeschiedenis,
namelijk hoe mensen aan het eind van de gouden eeuw er zich toch niet goed
thuis voelden en naar de Nieuwe Wereld trokken. Maar vooral laat de auteur,
Noordervliet, zien hoezeer de samenleving toen in Nederland in beweging was en
mensen in beweging waren. Er heerste grotere vrijheid dan in andere landen,
maar toch bleek een reis naar de nieuwe wereld de beste manier om het leven
naar eigen inzicht uit te bouwen. Maar zoals gezegd, ook dit boek, dat uiting
een periode van de vroege verlichting onder de aandacht bracht, kreeg hier niet
zo heel veel aandacht. Meeslepend geschreven, dat wel, maar uitleggerig en met
veel storende herhalingen. Uitleggerig? Alsof zelfs goed ingevoerde lezers
zomaar weten wat mevrouw Noordervliet wil vertellen?
Wat we nu hebben is dat
kenners op de hurken gaan zitten en niet gewoon vertellen wat zij belangrijk
achten. Want dat viel op, dat zij die daar zaten echt over boeken, niet hun
eigen boeken, wilden vertellen. En ja, De kleine prins heeft het gehaald, maar
zou men daarom het hele initiatief afwijzen? Er werd over literatuur gesproken
en hoe die kan aanspreken. Er kwamen dus voortdurend nieuwe titels aanrollen
als golven, van Dode Zielen van Gogol tot Rilke, brieven aan een jonge dichter.
Waar het dan ook om gaat? Dat men niet
zeurt over teloorgang van geletterdheid, over barbarij van deze of gene zijde, maar
gewoon eens spreekt en met genoegen over boeken, een concreet boek. Het boek
dat iemand kan raken.
Alleen hebben we soms weinig
tijd, om te spreken en geen zin om te luisteren. Wat is het thema, de plot, de
hoofdfiguur? Is het leesbaar.. en verder blijft men rustig doen alsof daarmee
alles gezegd is. Want wat er verandert na het lezen van een boek? Als het goed
is, een beetje meer inzicht in het eigen zielenleven, in de interacties met
anderen en in de grote thema's die ons leven in het ondermaanse bepalen. Wat
dat betekent? Dat is afhankelijk van zoveel, maar toch, leest men een boekje
meer, spreekt men er ook over, dan kan het sensibele leven intenser worden.
Maar jawel, leven van dag tot dag kan ook inzichten brengen, uiteraard, maar
misschien helpen de verbeelding en het nawerken van een boek het wat levendiger
te maken.
Bart Haers
Reacties
Een reactie posten