Dezer
Dagen
Charlie, persvrijheid,
informatie, zingeving
& het leven²
Een lezer, vertelde iemand mij
ooit, leeft tweemaal. Een beetje een flauwe opmerking, vinden anderen, want wie
leest, leeft niet. In de actuele discussies lijken we of het spoor bijster wat
onze cultuur betreft of dat we juist onze
cultuur opnieuw aan het opbouwen zijn, niet vanuit het niets, maar toch, we
blijken enkele gebruiken, inzichten, visies opnieuw aan het toetsen te zijn.
Zou dat het wezen zijn van een cultuurcrisis?
Even kijken naar een fenomeen
als Pegida, vooral naar de idee van het Avondland om onze blik en onze zorg te
focussen. Het "Avondland" klonk aan het begin van de twintigste eeuw anders
dan wij het ons vandaag kunnen voorstellen. Tot 1914 was er een sfeer van duizelingwekkende
wentelingen van het lot, van de samenleving, waren er technologische,
wetenschappelijke, intellectuele noviteiten die we ons vandaag als obsoleet
voorstellen, zoals het begin van de radio, de wetenschappelijke discussie over
het Newtoniaanse wereldbeeld, de Relativiteitstheorie en de chemische producten
die het leven zouden veranderen. Duizelingwekkend, noemde Philipp Blom het en
we kunnen er alleen mee instemmen. Alleen, voor velen onder ons is de periode
voor WO I, voor de Dertigjarige oorlog een paleolithicum, een ver en duister
verleden. Toch nemen we dan weer die idee van het Avondland over, dat bedreigd
zou worden. Maar hoe? door wie? Wat staat er op het spel?
Alleen al de discussie over de
beweging in Dresden, die de islamisering van het Avondland wil tegengaan, laat
zien hoe concreet men een concept wel maken wil. Pediga verzet zich tegen één
bedreiging van het Avondland, maar zo te zien niet tegen andere, zoals de
gevolgen van de technologische revolutie die wij dan weer de afgelopen dertig
jaar hebben beleefd en waar niet iedereen even positief over is. De immigratie
wijzigt onze samenleving, brengen een cultuur binnen die niet de enorme
evolutie heeft gekend die Europa heef doorgemaakt sinds Waterloo. Maar
technologie, nieuwe inzichten veranderen onze leefomgeving ook zeer en dat
zorgt in de andere discussie, inzake migratie en integratie voor spanningen.
Bart Somers zegt dat we in de
samenleving allemaal nieuwkomers zijn, maar dat klinkt fraaier dan het is. Ook
hier staat de migratie en métissage van de samenleving centraal, terwijl dat op
zich niet het enige punt is. De houding van moslims, over kledingvoorschriften,
over sport voor meisjes en andere punten van discussie tussen hen aan de ene
kant en wij aan de andere - men mag dit onderscheid niet (meer) maken - hebben
te maken met de verdergaande verschillen inzake het beleven van de moderniteit.
Overigens, ook wij zijn het onderling niet altijd eens, zoals blijkt bij
discussies over ggo, over toepassingen van medische mogelijkheden, over
gender... en geslachtsverandering. Ook in deze zin zijn we allen in het
ongewisse over wat de toekomst brengen zal.
Een van de opvallendste
facetten van de aanslag tegen de redactie van Charlie Hebdo, waarbij ook
omstanders omkwamen vormt het feit dat we plots menen dat persvrijheid de kern
vormt van de democratie en de persvrijheid moeten we koesteren, maar als het op
het voeren van het debat aankomt zien we dat het onderscheid tussen retorica en
argumentatie niet afdoende onderkend wordt, dat wil zeggen dat men van de
spreker aanneemt dat die ter goede trouw spreekt en dat hij onweerlegbare
argumenten hanteert, terwijl die argumenten juist in een retorische logica
geplaatst zelfs soms nog van teneur kunnen veranderen. Bovendien is de vrijheid
van meningsuiting voor journalisten iets anders dan voor burgers zonder een rol
in het mediabedrijf. Ik denk aan die dame die zich enige tijd geleden, na het
neerstorten van MH 17 in Oekraïne voor Russian TV werkend in een patstelling
terugvond. Plots merkte ze dat ze dingen diende te zeggen waar ze niet achter
kon staan. Haar ontslag op de buis, voor de kijkers, was een vorm van Parresia
die we best koesteren. Want zij loopt het risico ook voor andere mediabedrijven
onbetrouwbaar te zijn. Want zij had de stem van haar meester, Poetin te spreken
en dat deed ze niet afdoende.
Sinds een aantal jaren
proberen ngo's bij ons de plaats van afwijkend gedrag, zoals dat dertig jaar
geleden nog genoemd, werd in de samenleving aanvaardbaar te maken. Het is goed
dat homoseksualiteit niet meer strafbaar is en dat mensen die aangerand worden
of afgerost om die reden inderdaad klacht kunnen neerleggen. Hun seksualiteit
mag hen niet minder rechten geven dan andere. Maar in het kader van het
programma, dat men uit de geest van de Verlichting heeft afgeleid, dat elke
vorm van lijden aan ziekten of afwijkingen die men niet zelf onder controle
heeft, komen er nu steeds meer berichten over mensen die van geslacht willen
veranderen, omdat ze, als man geboren, zich eerder vrouw zouden voelen en
omgekeerd kan het ook. Als het medisch kunnen er iets aan kan verhelpen moet
het ook. Sommige vrouwen laten hun derrière zo sculpteren dat ze helaas te
lijden krijgen aan een verrotting van het spierweefsel. Had men het kunnen
voorzien? Ik weet het niet. Moet ik er ernstig over nadenken of leedvermaak aan
de dag leggen? Het laatste past niet, maar het probleem is wel dat men mensen
niet hoort wijs te maken dat borstvergroting/borstverkleining of het verbouwen
van neus en kaakbeen automatisch tot meer geluk zullen leiden. Maar dat blijkt
een afwijzing van de moderniteit te zijn, want als iemand lijdt omdat ze grote
borsten heeft of ze wil een aquilijnse neus in plaats van het mopsneusje dat
haar zo schattig maakt, dan moet dat weg gewerkt. Soms kan de boezem inderdaad
hinderen en het leven ernstig bezwaren en dient men eraan te verhelpen, maar
als het om louter esthetische inschattingen gaat, dan blijken sommige vrouwen,
maar ook wel mannen zover te gaan dat ze blijven sleutelen en toch geen
welbevinden ervaren. Edoch, kritiek leveren op zulke mensen, hoe triest ze er
soms ook aan toe zijn, heet moraliseren en daar doen we niet aan. Maar moet men
dan mensen in nood geen helpende hand toesteken?
Het valt op dat we wel het
verhaal krijgen van jongemannen die naar Syrië gegaan zijn, die geloven dat het
beter zou zijn te leven in het huis van de Islam, dan hier in deze ongelovige
wereld vol misbruik, mistrouwen, gebrek aan rechtgelovigheid en wat al niet
meer. Zo een Younes die vertelt dat hij het leuk zou vinden in zo een
Islamitisch land te leven, maar intussen wel vrijheden en luxe geniet die velen
in de Arabische wereld ontzegd wordt als ze hun deviante opinie verkondigen, er
zweepslagen voor krijgen en gevangenisstraf, verbaast mij helaas niet, wel ook
hier komt de verwondering boven dat niemand met hem serieus aan de praat gaat.
Hij zal zijn opinie niet veranderen, zegt men. Meer nog, hij mag dat denken en
dat klopt, tot op zekere hoogte.
Zingeving, zegt men moet
kunnen, maar het moet wel volgens een bepaald wetenschappelijke manier en wil
men iemand iets vertellen over de Tien Geboden, dan dient dat objectief te
gebeuren. Neutraal spreken over het verhaal van Mozes die aan het hof van de
Farao opgroeit en dan naar Midian vlucht, heeft dat voor ons betekenis? Neutraal
spreken niet, maar zinvol is het wel want het laat toe na te denken over hoe we
worstelen kunnen met rechten en plichten en ethische gevoeligheid. Hij verdedigt
eerst een Hebreeër tegen een Egyptische opzichter, die hij dus als hoveling zou
moeten steunen. Maar hij slaat de opzichter neer en doodt hem, begraaft hem
heimelijk in het zand en hoopt dat niemand het weet. Maar als hij enige tijd
later twee Hebreeërs die met elkaar vechten uit elkaar houdt dan krijgt hij
voor de voeten geworpen dat hij een buitenstaander is en dat ze weten dat hij
de opzichter heeft gemold. Maar vervolgens probeert ook Farao, vrezende dat
Mozes de orde zou verstoren, te doden en Mozes vlucht naar Midian, waar hij een
dochter van de hogepriester aan de haak slaat, maar ook daar hangen dan weer
verhalen omheen, over periodes van zeven jaar en beproevingen.
Allemaal menselijk, al te
menselijk en net daarom zo interessant om over na te denken. Het lezen van
"Joseph und seine Brüder" van Thomas Mann heb ik dus aangesneden en
ook daar merkt men hoe zo een bijbelverhaal ver boven de gemiddelde detective
of polar kan uitstijgen.
In verband met Younes kregen
we ook te horen van hemzelf dat hij zich tot de Islam wendde omdat zijn leven
nergens duidelijk vorm kreeg, waarbij hijzelf van ontucht sprak. Prachtig toch
dat zo een jongeman dat woord hanteren wil. Maar dezer dagen blijft er weinig
ruimte over om het woord in de mond te nemen, hoogstens kan men het wat
ironisch hanteren als men het over dames en heren heeft die in de boekskes hun
nieuwe liefjes voorstellen en boos worden als de relatiebreuken aan het licht
gebracht worden.
Niet iedereen zal Thomas Mann lezen, willen
lezen, zoals ook niet iedereen Erwin Mortier leest of Annelies Verbeke. Het
opvallende is dat ik in "Vissen Redden" een authentiek verhaal van
deze tijd herkende, waarin het zoeken naar zin en het vinden van een weg om dat
leven ook zin te geven weliswaar schipbreuk lijdt, maar dat het standpunt van
de auteur er een is van begrijpen wat Monique, haar hoofdfiguur drijft. Dezer
dagen proberen velen ons uit te leggen dat religie afgedaan heeft en vooral
oorzaak is van veel ellende en geweld. Het antwoord? Er is veel gebeurd in naam
van God door mensen die dachten God te moeten dienen zonder zich om het leed
dat ze zo veroorzaakten en veroorzaken te bekommeren. Het nobele en grootse van
een Franciscus van Assisi, maar ook van Bartholemeus de Las Casas, die de
Indianen een ziel toekent, maar niet de mensen uit Afrika, die al als slaaf
werden ingezet die ziel gunt, mag ons ook niet ontgaan. Religies kunnen mensen
een grote kracht geven, maar kan hen ook verleiden tot morele superioriteit.
Velen dezer dagen hongeren en dorsten naar wijsheid, inzicht, zingeving.
Met Camus ben ik het eens dat
men de zin van het leven in het leven zelf moet vinden en vorm geven - wat
juist aanhangers van een utopisch islamisme juist doen, maar niet zo dat ze
anderen ruimte om te leven laten.. Maar Albert Camus meent niet dat we de
anderen als de hel moeten beschouwen, als hinderpalen voor onze vrijheid.
Vrijheid is niet relatief in die zin dat als men geknecht wordt men inderdaad
niet vrij kan zijn. Maar vrijheid is wel relatief in de mate dat we er gebruik
van kunnen maken. De discussie over positieve vrijheid waaraan onder anderen
Isaiah Berlin en Leszek Kołakowski bijdroegen en waar ook Alicja Gescinska over
schreef, bereikt te zelden de publieke sfeer. De moeilijkheid zit hierin dat
positieve vrijheden een ontoelaatbare invloed op het vrije individu veronderstelt.
Niet voor niets begon ik deze gedachteoefening bij Pegida en de notie van het
Avondland. Want onder meer Spengler en zeker ook Johan Huizinga stelden zich
vragen bij de vooruitgang. Ortega y Gasset had het over de gevaren van de
horden. We begrijpen vandaag de discussie niet meer op dezelfde manier als y
Gasset of Huizinga, maar hun houding wordt gemakkelijk als cultuurpessimisme
weggezet. Ook de discussie over de positieve vrijheden zet men weg als een weg
naar zich onderwerpen.
Laat nu net Theo Van Gogh
vermoord zijn omdat hij een film met die titel maakte, die nauwelijks te zien
is geweest. Het heeft mij ervan overtuigd dat we opnieuw bij Erich Fromm kunnen
kijken om enerzijds te begrijpen dat mensen zo onzeker worden van zichzelf dat
ze gaan onderduiken in de massa, zich onderwerpen aan een strenge leer omdat ze
zelf niet geleerd hebben vrij te wezen en desnoods eens de mist in durven gaan.
Alicja Gescinska schreef over de verovering van de vrijheid, door onderricht,
door zich te informeren en ook door een aantal materiële voorwaarden vervuld te
weten, namelijk een inkomen, huis, eten en kleren. Fromm toonde al vroeger aan
dat veel mensen bang waren en bang zijn voor de vrijheid.
Wie dus meent dat opvoeding
niet mag inhouden dat men zo een jongen of meisje een levenshouding mag
bijbrengen, een visie, zeker geen religie, vergeet dat we ons menszijn niet
meekrijgen bij de geboorte. Naast de natuurlijk gegevenheden van de soort zijn
er ook nog de kenmerken eigen aan persoon, die bijvoorbeeld een hormoonprobleem
kan hebben dat zijn leven niet zichtbaar beïnvloedt, dankzij gepaste medicijnen
maar toch invloed uitoefent op allerlei facetten, blijft er het feit dat we
moeten leren leven. Kunnen we het er over eens zijn dat opvoeding en vorming
van node zijn om mensen de kans te geven zich te ontplooien, met zichzelf en
met anderen te leren omgaan, door bijvoorbeeld enige discipline te ontwikkelen,
te begrijpen dat men soms aan een onweerstaanbaar verlangen kan weerstaan omdat
de schade te groot zou zijn. Moet men dan angstig gaan leven? Geenszins, maar
de angst voor het smelten van al het ijs op aarde wordt er aardig ingepompt,
angst voor mijn Equadoriaanse hulp of de hangjongeren op de metro, het wordt
ons ingegoten, helaas. Jawel, ik had eens bonje met zo een groepje, maar
tegelijk, het was maar een keer.
Het leven² laat ons toe niet
enkel de dingen te realiseren of te bereiken maar ook erover te reflecteren,
onze keuzes af te wegen, zonder verloren te lopen in een woud van verlangen.
Dat woud is prachtig, maar de tuin van verlangen, het paradijs heeft ook charme
en dat komt door mensenhanden tot stand, of met machines. Daarom is het nuttig
dat mensen ook kennis krijgen die ze niet per se wensen, maar ook dat men
gaandeweg leert om te gaan met wat hem of haar niet zint. Verdraagzaamheid is
een deugd die alleen tot volle beleving komt als men verleid wordt onze eigen
inzichten te doen gelden en botst met anderen. In die zin ontbreekt het
filosofisch liberalisme wel eens een dimensie: leven met de anderen in een
concrete omgeving, blijft altijd achterwege. Maar men kan zich niet onderwerpen
aan de massa, aan de heersende opinies en eigen inzichten achterwege laten.
Ik heb het niet altijd gehad
voor het lukraak afbreken van taboes omdat het soms nogal kunstmatig leek en
lijkt. Aan de andere kant kunnen taboes wel degelijk onze levenswijze ernstig
beinvloeden en onze vrijheid beknotten. De mensen van Charlie Hebdo vonden dat
ze alles moesten aanpakken en dat anarchisme beviel me wel, omdat ze zichzelf
ook voldoende te kijk durfden te zetten. Maar als men een taboe doorbreekt waar
men zelf aan hecht? Als men bijvoorbeeld zou menen dat ook subliminaal machisme
moet sneuvelen en wij mannen ons op een aantal terreinen, zoals ons van hoerenbezoek
moeten onthouden, dan blijkt dat veel wrevel te veroorzaken die niet
uitgesproken wordt. Als hoerenbezoek al af te raden valt, dan inderdaad om de
reden dat die vrouwen en jongens vaker wel dan niet uit vrije wil die
activiteit uitoefenen. Moeten we dan niet overweging nemen dat dit instituut
ook kan zorgen voor meer veiligheid voor andere vrouwen. Misschien moet men ook
in rekening brengen dat die vrouwen anders moeilijk aan een job komen. En was Keetje Tippel, Neel Doff geen dame
geworden, wonend in een villa in Genk, toen ze stierf? Levens zijn zo
onvoorspelbaar soms, dat teveel normering soms kansen kan verstikken. Daarom
gaf ik de titel mee "leven²", omdat het zo goed weergeeft dat het
mogelijk is ons leven ver boven het banale uit te tillen, zonder ons te
verliezen in onderwerping aan een leer, uit angst voor de vrijheid. Of nog, de
massa bestaat niet meer als mensen de kans krijgen hun vermogens zo te
ontwikkelen dat ze niet tot onderwerping geneigd zijn en indien ze toch
begrijpen dat die anderen best wel bijdragen tot ons welbevinden zoals wij dat
ook voor anderen kunnen, zelfs als we er ons niet van bewust zijn.
Bart Haers
"Wie dus meent dat opvoeding niet mag inhouden dat men zo een jongen of meisje een levenshouding mag bijbrengen, een visie, zeker geen religie, vergeet dat we ons menszijn niet meekrijgen bij de geboorte." Aldus Bart Haers. Bizar. Volgens de heer Haers krijgen we dus ons menszijn niet mee bij de geboorte. Als we ons menszijn niet meekrijgen bij de geboorte, wat zijn we dan wel bij de geboorte, mijnheer Haers? Alvast geen mens dus. Dieren?
BeantwoordenVerwijderenVolgens de Rooms-katholieke leer wordt zelfs aan een onzichtbare bevruchte eicel het menszijn toegekend. Maar katholieken liggen van een of meer inconsistenties niet wakker Er is een wezenlijk verschil tussen opvoeden en indoctrinatie, maar religieuze fanatici, katholieken, islamieten enz. vermengen dit. Er is wel degelijk een opvoeding mogelijk zonder indoctrinatie. En jawel hoor, opvoeding vereist een moreel houvast, en dat is zonder religie best mogelijk. Moraal heeft geen religie nodig, mijnheer Haers.
Juist, perfect. ik ben het niet oneens met u. Ik denk namelijk dat onze menselijke natuur onze natuur meegeeft, maar juist voor mensen is dat niet afdoende. Susan Neiman laat in haar essay over morele herlerheid nu net zien dat we dat gaandeweg pas goed kunnen ontwikkelen. U spreekt mij aan en ik denk niet dat dit problematisch is. Wel is problematisch dat u lijkt te ontekken dat we zomaar mens worden kunnen. Waarom denkt u dat ik telkens weer een lans breek voor de humaniora? Omdat nurture zo belangrijk is als nature.
BeantwoordenVerwijderenMoraal heeft geen religie nodig, wel een overdachte levensbeschouwing denk ik. Mag ik verwijzen, nog maar eens, naar Susan Neiman, die in haar boekje "Afgezien van de feiten" aangeeft dat evolutionair biologen en dito psychologen voortdurend onderzoeken hoe elke vorm van altruïsme toch uiteindelijk weer egoïsme zou wezen. Haar bezwaar is dat we niet alleen zijn wat de natuur ons heeft meegegeven. Ook wreedheid komt uiteindelijk weer uit het al te menselijke.