modulaties van en variaties op een thema
Recensie
De haat verdwijnt in snaren
Annelies Verbeke in de polderklei
Annelies Verbeke. Dertig Dagen. Roman., Uitgeverij de Geus
Hoe
sterk kan een boek zijn als je je naderhand afvraagt, als je het einde hebt
bereikt, hoe met al die mensen die het bevolken verder is gegaan? Het boek
speelt, zo te zien terwijl er in het reële leven Ebola heerst op de kusten en
in de binnenlanden van West-Afrika, terwijl Afghanen concurrentie krijgen van
Syriërs om het beloofde land te bereiken maar het beloofde land wil er niet van
weten en dus zoeken ze heul in barakken en oude loopgraven in het achterland,
maar toch dicht genoeg bij de toegangswegen naar de kanaaltunnel. Er is veel in
dit boek en reminiscenties schieten vele kanten op. Maar nog eens, na afloop
merk je dat de personages iets zijn gaan betekenen. Waarom wilde de auteur dit
boek schrijven? Hoe kwam ze tot deze opbouw, wat is het thema dan? De klassieke
vragen die een recensent zich stelt en tegelijk, je kan niet zomaar volgens een
eenduidig systeem een roman behandelen en al helemaal niet als de roman veeleer
ingenieus in elkaar is gezet.
Een
kwestie van inventies is het inderdaad. Dat Verbeke een verhaal dat ze schreef
voor Humo op een aangepaste wijze in de roman giet, dat vele episodes elkaar
soms associatief opvolgen, maar de omstandigheden wel geleidelijk een dwingend
karakter krijgen, mag ons niet ontgaan. Want we merken hier dat de eigenheid
van het kortverhaal in de roman de ruimte schept voor variaties op een thema.
Dat thema is de liefde voor mensen, niet voor de mens, vanwege Alphonse, de
hoofdrol en dat Kat, zijn geliefde, jongere vrouw, de dochter ook van een
diplomatenkoppel met gelijk opgaande carrières, bij wie Alphonse met zijn
moeder was opgegroeid. Zijn moeder was in Senegal de huishoudster geweest van
Jean-Marc, terwijl diens echtgenote en dus Kats moeder toen ergens anders was
geweest. Alphonse kreeg een behoorlijk goede opleiding maar was enige Afrikaan
op zijn school, toen immigratie de stedelijke bevolking nog niet zo had
gewijzigd en dus ook de scholen nog niet had gekleurd.
De
vertelde tijd blijkt gecondenseerd, zodat we de indruk hebben Alphonse op de
voet te volgen, terwijl we vooral die gebeurtenissen meekrijgen die het kader
van het verhaal schragen. Zoals het hoort wordt vaak pas na een aantal zinnen
duidelijk waarom deze episode al of niet meekrijgen en vervolgens zien we dat
alles zich afspeelt in een vrij gewoon dagelijks leven, dat dan weer met soms
losse streken uitgewerkt wordt of net omgekeerd vrij gedetailleerd.
Dat
de dingen van het dagelijkse leven de roman kleuren, daar gaat het wel om,
natuurlijk, maar het zijn dertig dagen waarin Kat en Alphonse elkaar dreigen te
verliezen, maar elkaar vooral terug vinden. De ouders van Kat hebben hun
tribulaties en verder komt Alphonse keer op keer mensen tegen die een verhaal
te vertellen hebben, waar hij zich niet aan kan onttrekken. Het eigenaardige
verloop van de gebeurtenissen ligt eraan dat Verbeke heel goed weet hoe ze met
herhalingen kan omgaan. Een aantal verhalen raken met elkaar verweven en men
kan zich wel eens afvragen of het wel kan, maar een oude leraar van een
college, een gewezen niet zo gelukkige leerling van diezelfde school die aan de
drank raakte en het verhaal van een priesterleraar die niet geheel zuiver op de
graat was. Maar niets is duidelijk, zo laat de auteur zien, al is er zeker iets
mis met de man geweest.
We
zouden op die manier het hele verhaal stukje per stukje kunnen fileren, terwijl
ze wel degelijk verbonden blijken. Het werk van Alphonse, klusjesman die gaat
schilderen, muren plamuren en parketten herschilderen, laat hem binnenkomen in
levens van mensen. Dat de man een Afrikaanse, Senegalese oorsprong in wezen een
Nederlandstalige Belg is die ook nog eens goed Frans kent, ontdekken mensen
maar als ze hem leren kennen. Voordien speelde die muziek speelde in een groep
en kreeg er plots genoeg van. Niet van de muziek want in deze roman krijgt het
spelen van muziek, op bas of op Kora, een Senegalees instrument dat op een
gitaar lijkt, maar eerder bespeeld wordt als een harp, een centrale plaats. Wie
kan vertellen dat het spelen van een instrument haat tempert en woede temt? Het
spelen geeft nieuwe inzichten en na lectuur dacht ik aan mystieke oefeningen.
De
weemoed van de Westhoek
Dan
moeten we toch het decor, de Westhoek in kaart brengen dat wil zeggen: is het
louter achtergrond, of speelt de Belgische, Vlaamse Westhoek een eigen rol, een
hoofdrol? Dorpen, plaatsen worden anders zelden genoemd, maar het dubbeldorp
Abele (In Frankrijk en Vlaanderen) kan best aan de orde zijn. Maar even
opvallend als het gegeven dat de geschiedenis van de streek, vooral in de
wereldoorlog wel aan de orde komt, zoals bezoeken aan oorlogskerkhoven, maar
ook dat ene feit, de Vrede van Utrecht in 1713 dat een einde maakte aan de
oorlogen die Louis XIV had gevoerd. Het is een vrede die ook de grenzen tussen
de Nederlanden en Frankrijk vastlegden en bovendien de aanwezigheid van de
Republiek bevestigden, via het uitbreiden van het aantal barrièresteden. Nu
goed, niemand spreekt dezer dagen nog over dat verdrag en zelfs de gevolgen
ervan blijven doorgaans onbesproken.
Kantiaans
Men
kan deze roman ook lezen als een poging aan te geven dat iemand wel degelijk
kantiaans het goede kan doen, zonder er iets voor terug te verwachten, de don gratuit. Alphonse
ontmoet via zijn werk als klusjesman, soms wordt hij wel afgewezen, omwille van
zijn huidskleur en afkomst. Ook ontmoet hij wel eens onbedoeld of ongewild
racisme, vragen als: waar kom je vandaan. Hij kan dat duiden en bovendien er
zijn mensen genoeg die hem zijn verhaal vertellen en waar hij van toehoorder
evolueert tot actor, al blijkt het niet altijd eenvoudig het juiste te doen.
Maar het goede lukt wel. Het belangrijkste in de visie van Immanuel Kant was de
gedachte dat wie het goede doet, geen
beloning mag verwachten en die zelfs moet afwijzen. Men doet het goede omdat
het moet. Alphonse blijkt wel in staat te doen wat moet, maar soms krijgt hij
onverwacht beloningen, zoals een verhaal van een auteur die valt voor een stukadoor
en het ook nog eens in de praktijk brengt. Is het een beloning of een last?
Maar gewoonweg het goede doen, doet men dat ook onbewogen?
Seconde
naïvité
Het
lijkt vreemd, maar we vragen ons af, in ons dagelijks bestaan of we niet te naïef en goedgelovig optreden. Verbeke laat
haar protagonist zien als iemand die weet dat anderen niet a priori van goede
wil zijn, maar dat men wel kan uitgaan van de gedachte dat mensen doorgaans niet
van kwade wil zijn. Paul Riqueur heeft op dat vlak een gedachte vorm gegeven
die nogal strijdig is met wat evolutionair biologen ons plegen voor te houden,
en afgezien van de feiten aanvaarden velen dat mensbeeld wel grif. De tweede,
of gelouterde naïviteit krijgt in discussies over bijvoorbeeld zorg, maar ook
over professionalisme niet echt een plaats en dat tart toch wel enigszins de
werkelijkheid, zoals die arts van Médecins du monde laat zien.
Geen
stoïcijn
Alphonse
komt in deze roman zichzelf vaker tegen dan men eerst lijkt te moeten denken:
hij aanvaardt immers zoveel en soms ook zo lastige persoonlijke betrokkenheid
dat men denkt met Thijs Glorieux te maken te hebben, de mens van goede wil die
Gerard Walschap heeft nagelaten. Wie zou
het weten te verdragen en toch behoudt hij een apert gevoel van levensblijheid.
Maar krijgt zijn geliefde een melding van de arts, waar ze dan over liegt: ze
is bang hem te verliezen als ze genezen zou blijken, dan brengt de Kora
geleidelijk soelaas, en neuken, natuurlijk, ze vrijen hun onenigheid weg, ook
al stuit hij daar op de rand van zijn mogelijkheden. Ook in andere
omstandigheden staat hij niet boven wat er om hem er heen gebeurt, maar leeft
hij het intens mee. Midlifecrisis? Hij vreest het zelf en daarmee logenstraft
hij meteen ook het cliché dat Verbeke meegeeft, de altijd lachende Afrikaan.
Levenswijsheid
en -blijheid
Deze
roman confronteert de verschillende figuren met de problemen van deze tijd, dat
wil zeggen, het gaat om universele kwesties die alleen in het dagelijkse leven
hun volle lading krijgen, zoals overspel, zoals rancune en ressentiment.
Nu
blijken men mensen die redeloos vrolijk door het leven stappen wel degelijk
redeloos en van gezond verstand verstoken. Maar misschien dragen zij een
wijsheid mee die de moraal, begrepen als een systeem van normen en waarden die
gelden zonder meer, overstijgt. Net schreef Michel Onfray daarover een nieuw
boek: "Cosmos. Vers une sagesse sans
morale", dat evenwel, voor zover ik de man begrepen heb, donkerder en
minder levensblijheid uitstraalt dan wat Annelies laat zien. Overigens, bij
haar komen vooroordelen, fatsoensregels en hypocrisie er ook wel bekaaid af,
maar in een andere toonaard: Alphonse, Kat en enkele andere lui in het verhaal
hebben afgezien van de veiligheid die normen kunnen bieden en zekerheid die geëxpliciteerde
waarden lijken te bieden.
Slot
Ik
kan niet anders dan meedelen dat deze roman mij echt wel kon aanspreken en
erover schrijvend blijken er details te zitten die me wel aanspreken, de lezer ontmoet mensen van deze tijd en wijl
we ook emotioneel meegenomen worden, laat de schrijfster niet na een ironische
distantie aan de dag te leggen, die ik in lang niet heb gevonden. Als het
eerlijk zou wezen het boek te plaatsen in een bepaalde traditie, dan denk ik
dat het dicht bij Clem Schouwenaars staat, niet enkel omwille van de ontmoeting
van de stedeling met de Westhoek, maar nog meer omdat beide auteurs zonder te
oordelen naar de mensen kijken en de clichés moduleren tot een scherper
inzicht.
Het
is de vraag of een recensent het boek alleen mag bekijken zoals het er ligt en
belichten waarom het boek goed of slecht zou zijn. Ik denk niet dat dit zinvol
is. De roman mag fraai gecomponeerd heten, de vele aspecten ervan die ons in
het oog sprongen, laten onverlet dat er nog facetten in taal en bejegening aan
de orde komen, die ons wel zeer boeiend voorkomt. Schrijvers in residence, het
lijkt op de onderzoekers uit Vissen Redden die voortdurend confereren en
vergeten fundamenteel onderzoek te doen. Een schrijfster op zoek naar een
onderwerp? Zo racet ze door het boek, maar intussen schreef ze wel een
eigenzinnig werk.
Bart
Haers
Reacties
Een reactie posten