fijnregeling wetgeving
Dezer
Dagen
Gouverner, c'est prévoir
Nalatige overheden? Al te voortvarende overheden? Iedereen
zal klagen
De burgemeester van Koksijde
en de staatssecretaris bevoegd voor asiel hebben de boter gegeten, want ze
hebben bijgedragen tot hysterie over de aanwezigheid van gevaarlijke
jongemannen in het opvangcentrum en het zwembad. Vrouwen en meisjes lopen
gevaar. Aan de andere kant horen we dat deze mensen goed opgeleid zijn en in
hun thuisland tot een zekere middenklasse behoorden. Nobele wilden zijn het
niet, maar gevaarlijke wilden evenmin, wel zeer talrijk.
Intussen blijkt dat men niet
tijdig de lui weet te selecteren die van de exodus gebruik maken om Europa
binnen te glippen, want anders zou hen de toegang ontzegd worden. Via de
Spaanse enclaves lukt het niet en dus komen/kwamen ze via Libië of helemaal via
Turkije en Griekenland. Het geeft ook aan dat men in Marokko aan de weet komt
hoe de hazen lopen en goed zien waar en hoe men dus zonder veel weerstand Europa
binnen kan komen. Dat de migratiebewegingen al een paar jaar bezig zijn, mag
niet verbazen, dat de toevloed van mensen de verbeelding van nagenoeg iedereen
overtreft, mag men ook niet ontkennen. Vraag is dan wat te doen en hoe het aan
te pakken. "Wilkommenskultur" zou gefaald hebben, maar de overheden
noch de vrijwilligers hebben de nodige steun gekregen van de samenleving. Wij
keken toe, niet hoe de hazen liepen, maar op zoek naar redenen om de hele
toestand in de schoenen van de overheid te schuiven.
Dan zijn er de discussies over
de kerncentrales, die verouderde technologie zouden gebruiken - veertig,
vijftig jaar is niet oud, dacht ik - maar ook is gebleken dat men uitermate
zorgvuldig de risico beheerst en weet dat centrales zo gevaarlijk kunnen zijn
dat elke bagatellisering van een incident uit den boze is. Daaruit afleiden dat
de centrales op de mestvaalt moeten, laat onverlet dat men ook nog altijd moet
weten af te komen van het hoogradioactieve afval. Een goede kant zit er niet
aan, wel kan men - bij voorkeur met kennis van zaken - zoeken naar oplossingen
die de vele randvoorwaarden optimaal honoreren en dan staat de veiligheid van
burgers in eigen land en onder de rook van de koeltorens in de buurlanden
voorop.
Of moeten we hebben over het
wanbeleid van de Brusselse overheden, inzake mobiliteit, want gebrek aan
onderhoud van de wegen en tunnels was als jaren een opvallend en beeldbepalend
aspect van wie er gebruik van maakte. De stadsregering was niet bij machte het
nodige te doen, gedurende dertig jaar maar liefst.
Dan zijn er nog die verdomde
mensen die alsmaar ouder worden. Prachtig zegt de ene, want waarom zouden we
geen 120 jaar worden? Maar ja, hoe lang zal dat goed gaan en kunnen mensen voor
zichzelf blijven zorgen? Steeds meer rusthuizen heeft men nodig, maar ook
scholen en wellicht ook ziekenhuisbedden inclusief handen aan het bed,
onderwijzers en leraren bij het bord. Dat laatste kan men oplossen door de rol
van de schoolmeester te beperken tot coaching.
Men kan het ook nog hebben aan
de lobby's die het roken willen beperken en in hun hart verbieden, vergetende
dat een wijs man al eens zegde dat wie van mensen engelen maken wil, vooral
duivels weerom krijgt. Ook weten we toch dat prohibities zelden echt werken. De
discussie over legalisatie van het produceren, verhandelen en gebruiken van
drugs blijft men afhouden, maar de vraag is of de criminele kanalen die de
drugs naar Europa brengen voor ontwrichting zorgen in de regio van productie en
bij de gebruikers. Opvallend is ook, blijkt altijd weer hoe gefascineerd we
naar notoire middelengebruikers kijken en tegelijk menen dat we dat niet moeten
willen. Waarom we het wel aanzien, maar zelf aan de veilige kant blijven, zou
men toch beter in overweging moeten nemen. Hans Fallada kon aan verslavingen
niet weerstaan, was een belangwekkend schrijver, maar voor zijn omgeving niet
altijd even sympathiek. En toch kon hij rekenen om enkele trouwe metgezellen en
ook wel, mensen die hem vaak nog een zetje gaven. Maar goed, hij leefde in
andere tijden.
Als besturen betekent dat
overheden vooruit moeten kijken, dan blijft nog de vraag van de taakverdeling,
want het ambtelijke apparaat moet uitvoering geven aan wetten, terwijl het
politici zijn die de wetgeving zouden uitdokteren. In de praktijk zijn het
hogere ambtenaren die ook aan beleidsvoorbereidend werk doen en dat moet men
als een goede inbreng beschouwen. Maar ook buiten de politiek zijn er groepen
die aan beleidsvoorbereidend werk doen of proberen de politici tot hun
inzichten te bewegen, al dan niet met snoepjes, maar ook wel eens met de knoet
van namen noemen en hen beschamen. Of het nu om het klimaatbeleid gaat of over
gezondheid.
Tegelijk merkt men dan weer
dat bijvoorbeeld het gezondheidsbeleid - waar we alleen maar zorg voor kunnen
dragen en er de zegeningen van tellen - naast andere evoluties voor een
vergrijzing heeft gezorgd, terwijl de bescheiden babyboom in het eerste
decennium van deze eeuw zorgde voor een zekere vergroening, net als de
immigratie. Het punt is dan dat men al langer wist, sinds ongeveer 1991 dat de
bevolking bekeken als leeftijdspiramide onderdaan licht zou aangroeien maar aan
de top zou verbreden, wat tot vele nieuwe te beantwoorden vragen zou leiden.
Een antwoord was op zeker moment de "Pil van Drion", dat afgevoerd
werd: iedereen krijgt bij zijn of haar 70ste verjaardag een dodelijke pil en
men kan die naar eigen inzicht inslikken. Een mens die men doodt, is een wereld
die men vernietigt, een mens die men redt, is een wereld die men redt.
Aangezien we sterfelijk zijn, zal men zich afvragen hoe lang we ons aan ons
bestaan mogen of moeten vastklampen. De moderne mogelijkheden van de
geneeskunde - mijn verhaal is eentonig - maakt een simpel antwoord onmogelijk.
Bovendien blijkt men bij extreme vroegbevallingen - het woord miskraam is dan
taboe - aan ouders de kans te willen geven dat wezentje al helemaal als een
baby te zien en de nagedachtenis te koesteren. Kan best, maar tegelijk horen we
dan dat abortus beknotten, zoals in sommige landen, Portugal en Polen blijken
daarmee bezig, niet strookt met onze opvattingen.
Ben ik dan tegen euthanasie of
abortus? Ik ben de mening toegedaan dat de wetgeving noodzakelijk was - al
blijkt men ook in Nederland wegen te zoeken om de wet uit te breiden naar
handelingsonbekwame mensen en er is
goede wetgeving gemaakt in Nederland en België, maar men zal zich best ook bij
zichzelf beraden hoe en of we bepaalde praktijken beoordelen. Laat nu net daar
het probleem ontstaan van wat wenselijk zijn zou of goed, dan wel slecht, want
daarvoor hebben we geen onwrikbare criteria die universeel gelden, daar moeten
we het geval dat zich voordoet overzien en daar moeten we het mee doen. De kans
dat er zich vergissingen voordoen, kan niemand uitsluiten, maar of mensen
bewust kwaadwillig zouden optreden, blijft ook nog te bezien.
Voor bestuurders vormt
casuïstiek een glibberig terrein en filosofen hebben wel eens de neiging zich
daar afkerig van te tonen, omdat goede inzichten universeel geldig zouden zijn.
Goede inzichten behoeven geen toetsing aan de realiteit, maar zijn goed omdat
ze goed overdacht zijn. Als we kijken naar de problematiek van de vergrijzing
enerzijds en de gedachte onder ogen zien dat we die vergrijzing mogen wensen,
mits men er rekening mee houdt dat mensen zelf wel mogen kiezen hoe ze leven,
dan ontstaat een ander probleem: volksgezondheid en preventieve geneeskunde
leggen een grote druk op personen om zich aan voorschriften te houden.
Visie met een kijk op de
toekomst, ik hoor het een minister-president nog zeggen en herhalen, altijd
maar herhalen en kwam tot het inzicht dat politici soms te veel greep op de
samenleving willen krijgen. De enorme stroom van oorlogsvluchtelingen met grote
verwachtingen over een beter leven, had men niet kunnen tegenhouden. Wie het
anders zegt is vergeten hoe die stroom op gang kon komen, zonder dat politici
of journalisten er echt erg in hadden, want het eerste wat we zagen en hoorden,
ging over spoorlopers, maar dan vergeten we de doden voor de kusten van
Lampedusa. En ja, er zitten gelukszoekers tussen, het zijn per definitie
gelukszoekers, ook al zagen wij het liever anders. Maar wat dan?
Wij zijn ten slotte verheugd
om onze welvaart en zijn panisch dat het minder wordt. Bekeken over een periode
van dertig jaar is het wel duidelijk dat we nog altijd een hoge levensstandaard
kunnen aanhouden en dat jongeren vele kansen hebben. De rapporten over
toenemende armoede bij onder meer jongeren, waardoor men beleidsveranderingen
wil bewerken, hebben een pervers gevolg, want bij discussies hoort men om de
haverklap dat die nieuwkomers, jonge asielzoekers de armoede-inspanningen
bedreigen. Niet dat er geen armoede is, maar men merkt dat organisaties die van
het bestrijden van armoede altijd weer hun core business maken de werkelijkheid gemakkelijk
overschatten, terwijl mensen in armoede vaak met de vraag zitten, wie naar hen
toe zal komen. Mensen kunnen tussen administratieve raderen terecht komen en
aan het eind machteloos en berooid uit de mallemolen komen.
In Vlaanderen is de
werkgelegenheid ondanks de crisis nooit echt in het gedrang gekomen, met
uitzondering van de regio rond Genk en dat mogen we niet onderschatten. Maar
als politici al in 2004 riepen om "jobs, jobs, jobs", dan gaven ze
geen blijk van goed zicht op de werkgelegenheid; bovendien kan men de Borains
niet helpen als men hen niet maatregelen op maat kan aanreiken of aanvaarden
zal dat Collectieve Arbeidsovereenkomsten niet op nationaal vlak moeten
besproken worden, maar meer op maat van de regio en dus afhankelijk van de
regionale parameters moet bekeken worden.
Natuurlijk kunnen politici
maar beter proberen de werkelijkheid goed te analyseren, maar ze zullen er zich
hopelijk van bewust zijn dat hun benaderingen zelf de uitkomsten bepalen,
terwijl maatregelen vaak goed ogen, maar evenzeer hun doel voorbij schieten of
veel ongewenste neveneffecten kunnen meebrengen. Het geeft geen pas om die
redenen politici voor dom te houden of te beweren dat het alleen maar
zakkenvullers zijn. Ook burgeractivisten kunnen de bal behoorlijk mis slaan,
zoals in het dossier van Oosterweel en de mobiliteit in en om Antwerpen is
gebleken.
Overigens, het hele
mobiliteitsdebat gaat gebukt onder de aanname dat de auto de vijand is, die men
zoveel moet buiten houden. Onze steden zouden wel eens kunnen sterven en zeker
de historische binnensteden dreigen vooral een museale betekenis te krijgen,
maar zonder nog een beetje leven. Kindercrèches in de stad? Te veel lawaai dus
vinden we wel een rechter die de sluiting beslissen kan. Of die klagers zelf
van de voorziening gebruik hebben gemaakt, mag dan niet in het geding gebracht
worden? Ja, die crèche in de stad kan voor veel mensen veel tijdwinst opleveren
en ze hoeven dan niet per se met baby of kleuter op de achterbank drie of vier
km verder te rijden. Auto's maken deel uit van onze beschaving en geven ons,
gaven ons vleugels om naar verre stranden te rijden of de kunstschatten in
Firenze te ontdekken terwijl er onderweg nog een en ander bezocht kon worden.
Nu wil men, ondanks de claim democratisch te zijn, mensen mobiliteit ontzeggen.
Of Onderwijsbeleid? De
speeltuin van elke intellectueel, die zijn of haar eigen kindertijd is vergeten
en ook wel de kleine vreugden van het schoolse leven. Men wil voortdurend weer
beter onderwijs, terwijl men de verdiensten van leraren m/v nauwelijks in kaart
brengt en niet ziet hoe Nederland, dat zeer voortvarend het onderwijs heeft
vernieuwd nu geplaagd wordt met een hoog aantal jongeren die functioneel analfabeet
zijn. Oh ja, vernieuwing moet er zijn, maar sinds 80 jaar is het onderwijs
zowel inhoudelijk veranderd als inzake methodes, maar men bleef redelijk
vasthouden aan bepaalde normen en criteria. Nu blijkt, zowel in Frankrijk als
in Nederland dat leerlingen uit sociaal zwakkere groepen en minder geschoolde
kringen het beduidend lastiger hebben om gemotiveerd naar school te blijven
gaan.
Het beeld van de politiek
krijgen we vaak in donkere termen voorgespiegeld, maar de grondslagen van onze
instellingen zijn op zich wel het koesteren waard. Het probleem ontstaat, denk
ik, dat we niet genoeg kunnen hebben van perfectie en beheersing. Verwacht het
onverwachte? Tja, dan moet men vooral ook de dingen enigszins op hun beloop
kunnen laten. Men ontvangt 40.000 nieuwkomers en vraagt dat ze zich van vandaag
op morgen integreren en ons geen last berokkenen. Hoe de samenleving zal
evolueren, of deze mensen zich al dan niet een gunstig beeld van onze vrijheden
en voorzieningen krijgen en van hoe wetten en regels uitgevoerd worden de
voordelen inzien, hangt ook van u en mij af. De exodus is er gekomen en we
hebben het bloedende Syrië in de greep van geopolitieke overwegingen laten
sterven.
Men zegt dat de fiscaliteit
rechtvaardig moet zijn, waarbij niet de rechtvaardige behandeling van de
belastingplichtige aan de orde is, maar het feit dat men via de fiscaliteit de
financiële ongelijkheid wil wegwerken. Nu is er wel een probleem dat een aantal
mensen zeer snel grote fortuinen hebben kunnen opbouwen, maar met de
verliezers, zoals bijvoorbeeld Lernout en Hauspie hebben we geen medelijden,
maar nog minder hebben we oog voor het feit dat lokale, nog ambtelijke
ondernemingen, die we vaak broodnodig hebben, zich ook wel eens onbillijk
behandeld kunnen weten, omdat anderen wel aan fiscale optimalisatie kunnen doen,
vaak door bestaande wetgeving interpreterend op te rekken. Men moet niet zeggen
dat wetgevers zich daar niet van bewust zijn, maar het valt zo moeilijk te
vermijden dat wetten handig gebruikt worden, des te meer naarmate ze een
idealistischer van snit.
Vooruitzien? Het is altijd een
moeilijke, doch boeiende en noodzakelijke onderneming, maar laten we dat niet
aan trendwatchers overlaten, die graag alleen voor het nieuwste oog hebben, of
het nu idiote spielereien blijken of inderdaad zeer goede ontwikkelingen, zoals
elektronisch ondersteund rijden over onze lastige wegen of betere therapieën
voor alle mogelijke aandoeningen. Vooruitzien betekent ook dat men beproeft na
te gaan of de voorgestelde maatregelen wel de gewenste uitkomsten zullen
brengen en bevredigende resultaten opleveren. Kant ik mij tegen elke
vernieuwing? Geenszins, wel denk ik dat we ons meer met finetuning moeten gaan
bezig houden, lichtjes bijstellen waar het fout zou lopen. Een paar domeinen,
zoals justitie en fiscaliteit vergen een eerder doortastende aanpak, maar de
discussie over de vennootschapsbelastingen zijn nu al gehypothekeerd omdat ze
in het licht zou moeten staan van meer rechtvaardigheid. Meer rechtvaardigheid
voor wie? Niet voor de zelfstandige ondernemer met of zonder personeel, wel
voor de anderen. Dat kan toch niet billijk heten?
Bart Haers
Reacties
Een reactie posten