Brugge en Bruggelingen uitgeperst
Kleinbeeld
De stad slaapt in
Handelszaken sluiten
hun deuren en verhuizen
Steden
zijn centra van uitwisseling, ruil, handel en als men de toegang tot de steden
beperkt, dan moet dat ergens voelbaar zijn. Of anders: wil men van onze steden
echt alleen nog pretparken maken?
Ik
krijg van de burgemeester een brief met het aanbod van Lijn 10, die vlakbij
passeert en die ik al regelmatig neem, om naar de stad te gaan, maar het is
allemaal niet (meer) zo duidelijk, want vroeger kende je het traject van elke
lijn die door de stad ging, nu is het vragen en gissen. Op een nieuwjaarsdag
werd het hele systeem dat lof kreeg omdat het zo helder en bruikbaar was,
omgegooid en kunnen mensen bepaalde trajecten niet meer nemen. De burgemeester,
de heer Renaat Landuyt had beslist dat er teveel bussen door de stad gingen. Ik
weet nog altijd niet of dit geen gevolgen had voor het frequenteren van het
stadscentrum, want er kwam geen publiek gemaakte evaluatie van het nieuwe plan
van de Lijn. Zegt een schepen enige tijd geleden dat de stad weinig greep heeft
op de Lijn, dan blijft het wel zo dat de burgemeester burgers een gratis ticket
toestuurt. Maar de dienstverlening verbetert niet, zeker niet des avonds.
En
intussen blijken er neringdoeners genoeg van te hebben en hun zaak te
verplaatsen naar een betere locatie, met meer parkeergelegenheid en zullen wij
in de stad moeten zoeken naar een goede fotografe. Eethuizen genoeg en
gelegenheden om de innerlijke mens te versterken nemen toch ook niet meer toe.
Ook kon men lezen dat de scholen in de binnenstad geleidelijk leerlingen
verliezen, wat tot significante wijzigingen in het onderwijsaanbod leidt,
zonder dat men er ook maar een keer aan denkt dat ook hier de
mobiliteitsbeleidsmakers een keer te veel de toegang hebben dicht geknepen. Het
ergste is tot slot dat het aantal gedomicilieerden in het Ei, de Brugse
binnenstad ook afneemt, ondanks pogingen de bewoning te versterken. Wat echter
als je plots je auto op een zaterdag niet mag buitenrijden uit de garage?
De
afkeer van auto's neemt bespottelijke vormen aan, want elke keer als een
autobouwer een plant sluit, schreeuwt links moord en brand en is het de fout
van het neoliberalisme, zoals ook de verdere afbouw van Bombardier Brugge voor
veel gedoe zorgde, maar in wezen heeft men geen vat op het besluitvormingsproces
binnen bedrijven. Aan de andere kant bouwt men de mobiliteit in de eigen stad
en zelfs binnen de stadstaat Vlaanderen af. Laten we niet de vergissing begaan
en de vele werkzaamheden accepteren als noodzakelijk, want men heeft
decennialang bespaard op onderhoudswerken en dat laat zich voelen. Grondige
herstellingen brengen de voortgang wel eens in het gedrang, maar we weten
waarom en dus is het acceptabel.
Anders
is het gesteld, denk ik, met de aanleg van ontsluitingen die zich al dertig
jaar geleden uit de data lieten aflezen en waar we nog niet veel verder mee
gekomen zijn. Als straks de autoweg van Zeebrugge naar de E-34 opengesteld zal
zijn, ik dacht dit aan het einde van de maand definitief het geval zal zijn,
zal men de Expressweg gedeeltelijk ontlast zien, maar toch, dat zal wellicht
nog een tijd een weg voor doorgaand verkeer van en naar Zeebrugge blijven. Dat
men daarom niet die andere ontsluiting, via de binnenwateren ernstig neemt,
blijft verbazen. De spoorwegen leggen een tweede spoorbundel aan tussen Brussel
en Brugge, maar die werken vorderen onvoorstelbaar traag. In beginsel kan men
zelfs dat nog begrijpen, want men moet onteigeningen doorvoeren en tegelijk
bepaalde historische gebouwen en landschappen vrijwaren, maar als men merkt dat
zelfs tegen de aanleg van bijkomende spoorbundels mensen in het geweer komen,
dan wordt de houding van de locale overheid in Brugge helemaal onbegrijpelijk:
zij stimuleren mensen om hun eigen hoogst particuliere rechten te vrijwaren.
Dat moet kunnen want men geen wederrechtelijk beslag leggen op particuliere
eigendom. Wat wel niet kan, is zonder meer mensen in hun mobiliteit beperken.
Het verbod op parkeren in de binnenstad wordt steeds verder doorgevoerd, zodat
mensen liever hun boodschappen doen aan de invalswegen, waar schoenen torfs en
electro Vandenborre naast andere warenhuizen hun stek gevonden hebben.
Is
het dan niet aangenaam wandelen in de stad, als er geen auto's passeren. In
Granada verbleef ik met famlie onlangs in een touristapart, in de wijk Albaicin,
aan de voet van de heuvel waarop het Alhambra is opgetrokken. Langs de Darro
ligt een weg die op sommige mensen te smal is en er mogen inderdaad geen
particulieren van buiten de stad langs die weg rijden, maar als er busjes of
taxis langs komen, moet een toerist zich wel smal maken. Maar goed, het blijft
best aangenaam toeven net omdat het allemaal goed georganiseerd is, al blijkt
het aantal toeristen voor de stad niet altijd gemakkelijk om dragen.
Zelf
heb ik het altijd ergerniswekkend gevonden als men in Brugge de toeristen met
minder fraaie termen bedacht, terwijl ze toch gewoon het recht hebben de stad
te bezoeken. Eerst had je hotels, vervolgens kwamen er B&B's bij en
vervolgens AirB&B en andere formules, die het mogelijk maken gemakkelijk te
verdienen aan toeristen. Telkens diende de overheid nieuwe regels op te leggen,
van fiscale aard, van kwalitatieve aard en om overlast te voorkomen. Maar het
toerisme is nu eenmaal een activiteit waar we ons graag voor openstellen... op
een ander, maar waar we liefst geen last van hebben. Een twijfelachtig voordeel
heeft Brugge wel: de afwezigheid van enig nachtleven die naam waard,
vergelijkbaar met Amsterdam of Barcelona. Ook Granada heeft wel een en ander te
bieden aan gelegenheden, waar men de nacht kan inzetten, maar ja, daar begint
de avond ook pas rond de klok van tienen.
Brugge
biedt veel rust zegt men en daar valt iets voor te zeggen, maar de leegloop van
de binnenstad is geen goede zaak en het doodt ook de aantrekkelijkheid om er te
leven. De warenhuizen hebben er een eigen filiaal neergepoot, maar goede
bakkers en beenhouwers verdwijnen geleidelijk en geluidloos, ook al omdat
politici menen dat wij toch naar de Lidl of Colruyt gaan, terwijl we wel graag
eens kwaliteitsvoeding willen kopen. Eendeborst kopen bij de poelier is nog
iets anders dan hetzelfde stuk pluimvee bij de grootwarenhuizen, wat men er ook
van beweren mag.
Mijn
fotografe zal zich in Loppem vestigen om beter bereikbaar te zijn, maar het is
alweer een verlies voor de stad. Laten we dus eens ernstig gaan nadenken over
wat voor bedrijvigheid we wensen in de oude stad. Meer houdt het niet, maar als
men mordicus alles autoverkeer blijft afremmen, wordt het een pretpark, maar
wordt het leven uit de stad geperst.
Bart
Haers
Reacties
Een reactie posten