Wat we bedoelen met een nieuwe lente
Queeste
Verwarrende tijden
Hoe of
het nu gaat met de dingen des daags
Elke dag, zegt men, is er
nieuws, wat zeg ik, elk uur kan er iets gebeuren dat
Hoe dat zomaar kan valt af te
leiden uit de wijze waarop het koor van commentatoren ons inlichtte en inlicht over
de gebeurtenissen in Egypte. Men sprak na de ommekeer in Tunesië over de
Arabische Lente, maar al gauw bleek het allerminst om een herhaling van de
Praagse Lente te gaan, wel om een proces van geheel eigen makelij. Het punt is
namelijk dat in Praag, 1968, Dubcek en de zijnen een idee hadden van en een
herinnering aan democratie binnen de Westerse wereld, want was Tscjecho-Slowakije
tijdens het interbellum niet een bijzonder stevig gefundeerde democratie
gebleken, pluralistisch en zowel economisch als cultureel een bloeiend land,
dat alles onder sturende invloed van Thomas Masaryk maar wel te danken aan de
burgers van het land?
Zonder iets af te willen te
doen aan de situatie in Tunesië en zeker Egypte, kan men vaststellen dat de
stabiliteit van die landen vaak te wijten was een nogal stug regime dat weinig
inspraak dulden kon. Wellicht is dat deels te wijten aan de Islam zelf, die van
het wereldlijke bestuur weinig meer verwacht dan gedegen administratie en de
traditie van administratie was sinds de Mamelukken altijd wel ergens
volksvreemd geweest. Ook Egypte kende zo een traditie waarbij de legitimiteit
van een bestuur niet gelegen was in een democratische organisatie van de
machtsverhoudingen.
De ruimte die aan het volk
gelaten wordt deel te nemen aan de besluitvorming, via een verkozen parlement,
was en is van cruciaal belang, vroeger of later om moeilijkheden te trotseren.
Maar het betekent niet dat als het economisch goed gaat het land vanzelf rust
kent. De idee is namelijk dat als het echt goed gaat en mensen voelen niet dat
ze mogen delen in de toenemende welvaart, dan kan dat tot opstandigheid leiden.
Omgekeerd als mensen merken dat het niet goed gaat, maar niemand en nog het
minst de regering doet er iets aan, dan kan het ook wel heel erg fout lopen. De
conclusie luidt dan ook eenvoudig dat men niet zomaar kan verklaren wanneer en
waarom er onrust ontstaat, maar ook niet hoe dat zal uitpakken. Wat wel
mogelijk is, zeker ook van buitenaf dat men aan bestuurders die er de kantjes
aflopen of zich nauwelijks betrokken voelen bij de levensomstandigheden van het
volk, of grote groepen mensen binnen de eigen bevolking, aan die leiders kan
vertellen dat ze op die manier niet enkel zelf de hemel op hun hoofd zullen
voelen neerkomen, maar ook anderen kunnen meeslepen. De gebeurtenissen in 2010
en later, die we de Arabische Lente noemen, waren verrassend maar toch niet
geheel onbegrijpelijk. Veel moeilijker is gebleken te peilen naar de gevolgen
van die evolutie en van die revoluties. Dat Egypte nu een tweede revolutie
kent, omdat men de eerste als gestolen beschouwd, door een religieuze groep, de
Moslim Broederschap, lijkt voor velen een kwestie van zorg, maar zoals een
Egyptische dame op de Nederlandse televisie zegde, we zouden ons moeten
verheugen en zelfs partij kiezen.
Nou moe, een regering in
Nederland of België die partij kiest? Nu in Lybië blijkt… wat blijkt er
eindelijk in Lybië? U begrijpt het, onze positie, beter, de positie van onze
regeringen zorgt voor enige verwarring, want we willen dat die braven zielen
ook van democratie gaan genieten, maar we willen dat de achtertuin van Europa
rustig blijft. Nu zou men mij eens moeten uitleggen hoe men beter in die
verlangde rust kan voorzien dan door te kiezen voor een bestuur dat door de bevolking
gedragen wordt en dat op een persistente wijze, omdat velen zich deel weten
hebben aan de zegeningen van de vrede en de welvaart. Maar die dame riep ook op
tot meer enthousiasme voor de nieuwe omwenteling in Egypte en voor het feit dat
het volk, al die miljoenen nu op straat waren gekomen. Mij hoeft u niet te
vragen hoe het verder zal gaan, wel hoop ik dat er een aantal mensen inderdaad
inspiratie zullen vinden om enthousiasmerend de zaak aan te pakken en daarbij
niet te vergeten dat ze er niet enkel voor eigen heil zitten, maar ook voor het
landsbelang, voor het belang van de burgers.
Wijl we toekeken naar een
voorlopig slotakkoord van de Egyptische gebeurtenissen, kende men in dit land
een onuitgegeven situatie: de koning, 79 jaar oud, treedt af en eerlang zal
zijn zoon het heft overnemen. Of alleen de positie? Want de koning heeft
overigens alleen zeggenschap over het eigen patrimonium, want als koning staat men
onder curatele van de regering. Volgens opiniepeilingen zou 49 % van de
Vlamingen vertrouwen hebben in de prins. Nadat de pers jaren en jaren lang de
jongeman uit Laken had afgeschilderd als een houten klaas, zonder verbeelding
en zonder flair, moet men toch net niet verbaasd zijn over dit cijfer. Want al
te graag toonde men niet op de buis hoe de prins België vergeleek met een
diamant. De man aanpakken zal ik niet doen, want hij heeft niet eens de
gelegenheid zich te verdedigen. Maar als dezelfde bladen die jarenlang schreven
dat hij het niet kan, nu komen vertellen dat de prins uit Laken interesse heeft
voor filosofie en best toch wel intelligent is, dan breekt mijn klomp. Maar
goed, zoals men weet heb ik geen boodschap aan de koning, ook al zegt Herman de
Dijn terecht, denk ik, dat de constitutionele monarchie ook voor Spinoza geen
inbreuk vormde op de democratie. Het probleem stelt zich volgens mij evenwel
anders: als de vorst en de familie van de vorst niet de taal spreekt van de
meerderheid, geen deel heeft aan de cultuur van diezelfde meerderheid, dat wil
zeggen zich niet vlot kan bewegen in het land van die meerderheid, dan ontstaat
er een probleem. Nu is het verre van mij te beweren dat de meerderheid van de
Vlamingen dezelfde cultuur delen, in die mate dat je mensen hebt die graag naar
grote evenementen gaan en anderen die meer voor kleinschaligheid gaan. Niet
iedereen is opgezet met de literatuurpolitiek van De Standaard om telkens weer
aandacht te besteden aan het spannende boek, maar nog nauwelijks aandacht
besteedt aan historische publicaties van eigen bodem – die van vreemde bodem en
in vreemde talen komt vlotter aan de bak – waarmee we vooral gezegd willen
hebben dat er wel degelijk een zeker cultureel pluralisme bestaat en dat is
maar goed ook.
Net met dat pluralisme gaat
het niet zo goed in de publieke ruimte, want de wijze waarop we vaak
afgeschilderd worden, als conservatieve heikeuters moet toch wel vermeld,
terwijl nog nauwelijks 2 % van de burgers in de primaire sector hun brood verdienen
en bovendien de scholingsgraad en de vertrouwdheid met cultuur, weliswaar niet
per se die van de cultuurpausen tot grote hoogten is opgeklommen. Maar goed,
als ik mij kan vermeien in chansons, dan niet per se alleen de Franse, of niet
alleen de evergreens. Charles Trenet of Maurice Chevalier, Bourville… juist,
het is een mooie wereld, maar waarom besteedt men ook geen aandacht aan Marie
Paule Belle Ramses Shaffy of Wolf Biermann? … jawel, ook een Duitser past in
dit gezelschap, maar hoewel ik zijn muziek al veel vroeger leerde kennen, kan
ik alleen maar vaststellen dat zijn houding tegenover de SED en de DDR mij wel
interessant is gebleken. Er lijkt een verschil te bestaan tussen elitaire
cultuur en echt verfijnde cultuur. Natuurlijk hou ik van concerto n° 26 of
Beethoven 4. Maar er schijnt ook nog van Max Reger een mooi concerto te wezen
en zelfs schijnen we ons niet te kunnen inbeelden iets te missen als het concerto van Francis Poulenc voor piano en orkest.
Pluralisme bepleiten en
eenduidigheid aan de dag leggen, ligt daar niet de bron van grote verwarring in
onze cultuur, Europese cultuur. Ooit ging ik naar Werchter, maar de massaliteit
– toen al – was mij niet zo aangenaam, het kleine gezelschap daarentegen beviel
me wel. Maar de muziek? Soms kon ik het waarderen, maar andere sets waren mij
eerder een horreur omdat de chaos en de zinloosheid mij tegen de borst
stuitten. Dezer dagen kan men in bijna elk nieuwsoverzicht een item horen of
zien over Werchter en dat vind ik alles behalve noodzakelijk. Het gaat om een
festival en wil mensen een genoegen verschaffen. De bezoekers zullen er wel van
genieten, maar wij, thuis, die met andere dingen bezig zijn. Of is het net de
bedoeling nog meer mensen aan te zetten volgend jaar toch maar een ticket te
bezorgen? Uiteraard. Dat Werchter dat leuk vindt, ligt voor de hand, maar
journalisten moeten toch een beetje kijken wat ze doen. Nu, al jaren doen
journalisten van de openbare omroep dat, met overtuiging zo te zien. Vergeleken
met de aandacht voor andere festivals en andere genres kan zich vragen stellen
over het pluralistische aspect ervan.
Pluralisme op het vlak van de
levensovertuigingen is nog zoiets waar we vandaag relatief weinig van merken.
Zelf ben ik de mening toegedaan dat de wet op euthanasie van 2003 er best mag
zijn en dat mensen daar naar eigen inzicht mee om kunnen gaan. De uitbreiding
tot patiënten die niet per se zelf hun opinie kunnen kenbaar maken, komt mij
gevaarlijk voor, omdat ze vaak niet kunnen argumenteren. Eerder zal men dus
nadenken over de medische zorgen aan het levenseinde, waarbij men medische
hardnekkigheid en zorg voor het comfort aan het levenseinde tegen elkaar
afweegt en dus nodeloze ingrepen… maar juist, wie zal dat bepalen.
Zelfbeschikking is vandaag het slagwoord, maar hoe meer een mens erover
nadenkt, hoe moeilijker het is aan te nemen dat je als niet bevoegde, maar
hoogstens als nabestaande van een terminaal geachte patiënt een juist oordeel
kan vellen. Niet dat we zelfbeschikkingsrecht zouden bestrijden, eerder vraag
ik mij af hoe dat het best tot uitdrukking kan komen. Dan is het geen kwestie
meer van ja of nee, maar van afgewogen omgaan met de situatie.
Merkwaardig genoeg, al zal
niemand dat verbazen, kom ik in verband met de aandacht voor het recht op
zelfbeschikking uit bij de opvoedingspraktijk en vooral het onderwijs. Hoor je
docenten lamenteren over de kwaliteit van de studenten, dan kan men zich
bedenken dat er altijd wel al hypochonders waren die de neergang van de cultuur
afmaten aan het gebrek aan vaardigheden van studenten hun inzichten
schriftelijk of mondeling naar voor te brengen. Natuurlijk, er waren altijd wel
beunhazen die een examen pro forma invulden, maar complete nonsens aan het
papier toevertrouwden. Maar als men leest in de pers dat de decaan van de
faculteit psychologie vaststelt dat minder dan een kwart van de eerstejaars
slaagt voor de examens, dan wordt het wel pijnlijk, want van die faculteit mag
men verwachten dat ze toch wel enige interesse hebben gehad voor het
onderwijsbeleid en dus ook voor de vele grote en kleine hervormingen. Het feit
dat overigens dat de hoogste ambtenaar bij de Federale Overheidsdienst Sociale
zaken meent dat elke afstuderende van het leerplichtonderwijs een diploma
haalt, ongeacht de lading die zo een vlag dan zou moeten dekken, stelt ons voor
een vraag van gewicht: beoordelen leerkrachten dan enkel de output, of kijken
leraren nog echt naar wat de leerling ervan bakt. Eerlijk is eerlijk, dat
diploma sowieso verstrekken lijkt de gelijkheid te ondersteunen, maar zou wel
eens de zelfachting van jongeren kunnen aantasten.
Duidelijk is dat we in
verwarrende tijden leven, al doen velen alle inspanningen van de wereld om het
tegendeel te bewijzen, dat alles aan het licht gebracht zal worden en dat die
ene visie boven elke twijfel verheven is. Analyses? Natuurlijk, als het
resultaat maar uitkomt bij wat we willen. Wie in een juridische kwestie een
belang wil verdedigen kan zo een benadering wel velen, maar er zijn vele
domeinen waar de analyse wel meer open zou kunnen zijn. De discussie over het
economisch beleid en het budgettair beleid van de EU en de lidstaten laat
duidelijk zien dat men vertrekt vanuit een a priori, dat niet altijd de toets
der kritiek kan doorstaan. Hoeven we het nog te hebben over de geschiedenis van
die economen van Harvard die aantoonden, dachten aan te tonen dat als een staat
een schuld heeft ten belope van 90 % van het BBP, die staat op weg is naar het
bankroet, op basis van een rekenmodel dat naderhand enkele foutjes leek te
bevatten. Ach, wetenschappers… ik hecht nochtans aan wetenschappelijk
onderzoek, maar heb wel eens de indruk dat dezer dagen het onderzoek niet meer
gericht is of het verkennen van de werkelijkheid, maar het vorm geven van de
werkelijkheid moet dienen. Hoever staat men dan nog af van de literatuur?
Nog zo een bericht waar je
even over gaat nadenken: een artikel moet terug getrokken worden omdat er met
de verwerking van de data een probleem zou zijn. Men kan niet aantonen dat de
verwerking manipulatie van de data inhield, maar het resultaat was te goed om
waar te kunnen zijn. We weten het wel, het gaat om een therapie om slachtoffers
van seksueel misbruik te helpen, door op het scherm de setting van het gebeuren
na te bouwen. Dat lijkt mij een interessante toepassing van nieuwe technologie.
Maar die dame moest dus in een artikel aantonen dat haar therapie werkt. Nu
dienen ook therapeutische technieken onderworpen te worden aan strenge
methodologische onderzoeken om die methode ook te kunnen valideren, want anders
komt SKEPP op de voorgrond: alleen de strengste wetenschappelijke toets kan die
therapieën geldigheid verlenen. Dat er in de sector van de psychologie en
psychotherapie al eens weinig onderbouwde therapieën zouden aangeboden worden,
zegt men, kan immers niet omdat de patiënt er geen baat bij heeft, er schade
van kan ondergaan. De vraag werd door Ignaas Devisch opgeworpen: wat is de zin
van dat meten. In het geval van therapieën om trauma’s te verwerken, kan men
immers niet stellen dat elke nulmeting, meting bij aanvang van de therapie
gelijk is aan de andere nulmetingen. Dus valt het moeilijk aannemelijk te maken
dat elke therapeutische behandeling dezelfde onweerlegbare resultaten moet
opleveren, want mensen behouden toch wel hun (relatieve) uniciteit.
Verwarrende tijden zijn het
dus en voor velen lijkt dat een probleem, maar behoort het niet tot de gang van
deze wereld dat vele zaken zich voordoen, onafhankelijk van elkaar en soms
zelfs helemaal zonder dat we er ons onmiddellijk van bewust zijn. Dat
intellectuelen die verwarring willen wegpoetsen, terwijl het misschien wel het
meest kenmerkende is van de moderne samenleving, verbaast me nog steeds en
tegelijk lijkt men er zich geen rekenschap van te geven dat dit alles te maken
heeft met de pluraliteit van opinies en inzichten. Nu Mohammed el-Baradei
benoemt werd – maar uiteindelijk bleek men die benoeming tegen te houden,
vooral de religieuze fracties - tot interim premier, zal blijken of men een
meer pluralistische politieke cultuur kan ontwikkelen. De heftigheid van de
tegenstand tegen Morsi heeft velen verrast, maar of die reactie er ook toe zal
leiden dat men aanvaardt dat de politieke elite een beleid ontwikkelt dat enige
tijd en respijt krijgt om dat moderne project te realiseren komt ons voor de
belangrijkste vraag te zijn. Duidelijk werd ook dat de legitimiteit die de
stembus oplevert wel eens kan botsen op andere facetten van legitimiteit, zoals
de feitelijke beleidsbeslissingen bij het publiek. Ook Erdohan heeft dat in
Turkije ervaren en misschien is het dat wel, dat het publiek, de burgers in
Turkije en Egypte niet meer zomaar om de tuin geleid kunnen worden. En dan
blijkt dat wat men een Arabische Lente noemde, vooral een democratisch ontwaken
mag heten. En dat terwijl de premier van België iedereen vertelt dat dit land
weer een zou worden, over het hoofd ziende dat de Minister-president van
Vlaanderen zich niet te beroerd voelt een motie van wantrouwen aan diens te adres in te dienen. De politieke verhoudingen
in Europa zijn nauwelijks minder complex, want Cameron laat in het Lagerhuis
een wet stemmen die een referendum voorziet, terwijl men voortdurend verder
blijft gaan de vermeende negatieve facetten van de EU in het licht te zetten,
zonder ook maar een keer de baten onder de aandacht te brengen. Maar men liet
mij weten dat ik over de EU moet zwijgen -?- alsof een blogger niet zou kunnen
vertellen wat hem of haar goed dunkt Waarom zou ik dat nu doen, als ik nu
precies de mening toegedaan ben, op goede gronden dat de baten en lasten tegen
elkaar afgewogen leiden tot een batig slot. Zonder moeilijkheden zal het nooit
gaan, maar dat het project Europa sinds 1945 ontzettend boeiend is gebleken en
vooral op vele terreinen voor burgers moeilijk te berekenen baten heeft
opgebracht, maakt het voor sommigen gemakkelijk in een luie zetel van alles te
beweren. Alleen al de landbouwpolitiek, niet zozeer van begin af door de EEG
ontwikkeld, maar door Siko Mansholt op poten gezet, een man uit de
graanrepubliek, een man met een socialistische achtergrond, maar die vooral
wilde voorkomen dat Europa nog ooit eens met een Hongerwinter te maken zou
hebben, iets wat wij ons in België niet zo goed kunnen voorstellen maar in de Nederlandse
provincies die tot mei 1945 bezet zijn gebleven wel een realiteit is geweest,
die lang is blijven hangen. En toch, men blijft over details en zelfs over
structurele aspecten van de EU zeuren, terwijl men er zich geen rekenschap van
geeft dat de Benelux – die ook op de schop wordt genomen, wegens geen nut – er
wel bij heeft gevaren. We eindigen dus met de vaststelling dat de grootste
verwarring in onze samenleving bestaat over de zin van het nut, of zelfs het
nut van het nut. Onze cultuur zou wel erg verschralen als er alleen nog dingen
van nut, alleen nog mensen van nut zouden zijn.
Bart Haers
Reacties
Een reactie posten