Uitzonderlijk kranig
Kleinbeeld
Ontmoeting met een eeuweling
Van vrijheid, recht en ontplooiing
![]() |
Ieper, voormalige kathedraal, helemaal wederopgebouwd na WO I en pas lang na 1945 afgewerkt. Ontmoeting met een oude kranige heer, die wellicht nog de stad als ruïne heeft gezien, heel jong nog. |
De
eeuw is net niet rondgemaakt, want de man werd geboren in Normandië, aan het
einde van WO I en leefde, groeide op in Ieper. De stad herleefde, maar tot na
WO II duurde het voor het allemaal rond was. De familie van wijlen zijn vrouw
heeft aan die wederopbouw goed verdient, maar dat mag. Ik dacht eraan toen ik
de stad door de Menenpoort was binnengereden en wist wel al de oude heer nog
kranig door het leven gaat en aan de ouderdom weinig lijkt op te offeren.
Laat
het nu maar zo zijn dat er wel enkele woorden gewisseld werd, maar iedereen,
ook wij die hem half mensenleven kennen, naar onze maat, niet de zijne, blijft
emblematisch voor wat de tijd met mensen vermag die niet wegsomberen in een
kamertje, lijdend aan geheugenverlies en erger. Toch mag u ook niet vergeten
dat er wel een gelegenheid was, dat ik even mocht uiting geven aan mijn
verwondering en bewondering.
98
jaar oud worden betekent dat men jong was toen Europa van de eerste wereldbrand
bekwam, volwassen een werkzaam leven leidde en een gezin had, nazaten heeft,
tot in Zwitserland, wat dus vandaag minder ongewoon is, maar tegelijk
weerspiegelt hoe we vandaag kunnen leven. Dat gegeven en het feit dat hij ooit
als onderzoeksrechter kort na de oorlog betrokken was bij onderzoek naar de
aanslag op de IJzertoren, brengt de geschiedenis die hij beleven mocht, ook
weer dichterbij. Aangezien zijn zonen en dochters ook wel iets betekenen in de
samenleving, mee bouwden aan welzijn en industriële welvaart in Vlaanderen,
laat het toe te zien dat een zo een persoon echt wel emblematisch mag heten.
Hoe
hij de wereld veranderen zag, valt slechts met vele pennen te beschrijven, maar
hij gaf de indruk dat het allemaal niet zo erg is, dat we niet regelrecht naar
de verdoemenis gaan, doch beter dan ooit kunnen leven, als we er maar zin in
hebben en het willen beginnen. Zo een kranige heer noem je niet een kras oudje,
want hij ervaart zijn lange leven, ondanks al de mensen die hij zag vertrekken,
niet als een vloek, maar weet dat het wel wat eenzaam kan zijn, als je zo oud
worden mag in goede gezondheid, zeker wanneer je zo goed omringd bent met
mensen die graag naar je toekomen.
Dat
het christendom en vooral het rijke roomse leven veranderde ziet hij ook wel,
zeer zeker, maar je krijgt ook hier de indruk dat hij veel van dat rijke
roomsche leven, zeker de paternalistische aanpak met graagte ten grave heeft
zien dragen. Kortom, u begrijpt met mij ook wel dat je jongere mensen kan
ontmoeten die het allemaal veel zwartgalliger zien dan hij en dat is wel
verfrissend. Je moet de werkelijkheid ook geen geweld aandoen, want doen alsof
er geen vuiltje aan de lucht is, geeft geen pas, maar de lucht ziet er
feestelijk uit met witte, donkerder wolken en hele zones waar het azuur ons
toelacht. Het punt is dat we niet blind mogen blijven voor wat werkelijk zorgen
baren moet, zoals de oorlogen die nu woeden aan de grenzen en ook al eens met
migranten geïmporteerd lijkt te worden, al zal men ook zien dat er zijn die
niet in die heksenketel willen meedansen, migranten en hun nazaten.
Wat
is het toch, vroeg ik me af op zondagochtend, wandelend in Ieper, dat wij ons
voortdurend het hoofd breken, vertellen dat andere mensen niets weten, niets
kunnen en intussen brengt een aardig meisje me een lekkere kop koffie op het
terras. Rondkijkend over de Markt, zie je hoe de stad na WO I niet helemaal
blindweg doch met grote zorg weer werd opgebouwd. De eerste aanzet de stad
helemaal her op te bouwen, werd beperkt tot de emblematische gebouwen, zoals de
voormalige kathedraal van Ieper, na de opheffing van het bisdom een dekanale
kerk. Waarom werd Ieper een Bisdom, omdat Vlaanderen toen nog veel verder
zuidwaarts reikte en in die geografische omstandigheid vond Philips II het
raadzaam met de paus af te spreken dat er een bisdom mocht komen in het westen
des lands. De kathedraal was ook de zetel van de voor velen vermaledijde bisschop
Jansenius die bij Augustinus de inzichten vond om van de genadeleer van de
katholieken brandhout te maken, maar zoals de Calvinisten - die dezelfde
Augustinus als inspiratiebron hanteerden - de predestinatie voorop stelde.
Alleen, denk ik, dat zij van de vele werken van Augustinus wel een zeer
instrumentele lezing overhielden. Toch is het belangrijk, denk, bij Jansenius
de inzichten te onderzoeken die hem tot die zwartgallige en onzalige gedachten
brachten. In Frankrijk werd het Jansenisme een groot succes, zeker in
intellectuele middens, zoals het parlement van Parijs en bij de rijkere
handelaren. Gaat deze theologie uit van de gedachte dat de (goede) werken voor
de gelovige geen garantie bieden, dat men alleen kan geloven en hopen dat God
ons motu proprio in zijn genade kan opnemen en dat alles wat we doen te
onbeduidend is, maar dat we, zoals Pascal zou stellen dat we toch maar beter
wedden op het bestaan van God, omdat we anders nog veel grotere risico's op
verdoemenis lopen.
Men
kan zo een denken over Jansenius en zijn invulling van Augustinus behoorlijk
irrelevant vinden, in deze tijd waarin velen aannemen dat de wetenschappen,
vooral de fysica en de biochemie, met een aantal inzichten over onze
voorbeschiktheid voor ziekten, dementie, kanker, hart- en vaatziekten, in wezen
tenderen kan naar een even zo zwaar wegende overtuiging dat wat we ook doen,
hoe we ook leven, aan het einde alleen verderf wacht, niet na de dood, maar bij
leven en dat inspanningen om goed te leven, i.e. gezond leven en volgens
strikte regels ongeluk en ziekte ver van ons bed kan houden. Deze man van 98
bewijst op zijn eentje niet zo heel veel, maar vroeger rookte hij wel
sigaartjes, hij heeft altijd graag een glas gedronken, goede wijn en kon met
overvloedige tafels om.
Voor
Jansenius had hij, als ik mij een gesprek van lang geleden goed herinner wel
eens interesse gehad, omdat het aan Ieper gerelateerd is. Ik was mijn broer en
schoonzus een handje gaan helpen voor een tuinfeest en op een bepaald moment,
wetende dat ik geschiedenis studeerde, kwam hij op die bisschop van Ieper en
vroeg me wat ik wel van wist. Omdat ik al een beetje met Pascal was vertrouwd,
door een paar goede leraren, kon ik al een begin van antwoord geven, maar meer
ook niet kreeg ik toen een kleine les geschiedenis en nam die in
dank aan, want zulke thema's komen zelden aan bod, hoogstens met de bedoeling
de zinloosheid van religie onder de aandacht te brengen. Maar de subtiele en
minder subtiele verschillen tussen stromingen in het christendom kunnen helpen
filosofische discussies dezer dagen te duiden en zo aanleiding geven tot nieuwe
inzichten. Want wie weet nog dat Hannah Arendt doctoreerde op het liefdesbegrip
bij Augustinus, waar zij later op verder bouwde door de gedachte vorm dat geven
dat we van deze wereld kunnen houden? Amor Mundi dus, iets wat de heer L.V.
wellicht een interessante gedachte zou vinden, als ik hem er nu over zou
aanspreken.
Zou
kennis rond het dispuut tussen de kerk en de Jansenisten alleen maar een weetje
zijn voor een straffe quiz, dan kan men bedenken dat die hele
ideeëngeschiedenis zonder betekenis en dan bestaat het gevaar dat we ons eigen
denken over de dingen niet meer kunnen afmeten aan bepaalde criteria. Want men
kan van het Calvinisme en ook wel van het Jansenisme zeggen dat het mensen
inspireerde het beste van zichzelf te geven, dat het de samenleving veranderde,
maar ook dat het onze kijk op succes ging sturen, zoals Max Weber beschreven
heeft in "de ethiek van het protestantisme en de geest van het
kapitalisme". Bedenkende dat we in deze tijd, waar we de secularisering
als een verworvenheid zien, hebben we zonder dieper gaande kennis van de
ideeëngeschiedenis geen instrumenten om onze denkbeelden zelf te evalueren.
Zoals
Mary Beard laat zien dat de Romeinen zichzelf als begenadigd door de godheden,
maar ook dat iedereen Romein kon worden, als men zich in die samenleving
inschreef, zo liet Weber zien dat het protestantisme, zeker het Calvinisme een
verinnerlijking van de uitverkorenheid formuleerde, want de predestinatie lijkt
een aansporing te bieden de randjes er feestelijk af te rijden en zich net aan
god noch gebod te storen, terwijl het tegendeel net het geval was en is, want
Protestanten van velerlei obediëntie hebben doorgaans de idee dat ze, wegens
geen sacrament van de biecht, zichzelf aan de voorschriften moeten houden, soms
met een grote mate van scrupulositeit.
In
dat gesprek van lang geleden, vertelde de rechter bij het arbeidshof me ook dat
hij in de zaken die hij te behandelen kreeg vaak tot het inzicht diende te
komen dat werkgevers, maar ook werknemers, elkaar net dat gebrek aan
nauwgezetheid in het volgen van de regels verweten, wat logisch zou moeten
zijn, maar het ging niet altijd om de regels die de arbeidswetgeving in het
leven heeft geroepen, maar in de interpretatie van de jobomschrijving en de
wederzijdse teleurstelling dat de andere het niet leek te begrijpen. De
winstmaximalisatie op zich was vaak minder de aanleiding tot een conflict dan
men zou denken, maar de mate waarin gehoorzaamheid en leiding geven niet altijd
op passende wijze tot goede arbeidsverhoudingen aanleiding gaf. Na al die jaren
blijven enkele inzichten inspireren, net omdat arbeidsconflicten ook met macht
te maken heeft, niet enkel vanwege de verantwoordelijke of leidende figuur in
de hiërarchie, maar ook vaak meent de werknemer dat die leidinggevende soms
ondermaats de organisatie leidt. De wetteksten die dan te berde gebracht
worden, vernam ik, zijn dan vaak hoogstens argumenten maar niet de grond van de
zaak.
Het
blijft merkwaardig vast te stellen dat zo een bisschop, Jansenius, voor sommige
mensen nog altijd iets betekenen kan, zonder dat de man daarom een aanhanger
kan heten, wel integendeel. Maar ik begrijp nu nog beter dan toen, hoezeer we
ons vaak inzichten eigen maken die voor ons a priori een rechtvaardiging van
onze eigen attitude mogen heten.
Dat
men nu Vlaanderen graag als voormalig katholiek beschouwt, ligt niet enkel aan
de leegloop van de kerk, maar aan het feit dat we niet meer weten dat het Calvinisme
niet in Nederland het eerste grote succes had, maar dat het in Vlaanderen en
Brabant was, dat Brugge (1578 -1584) en Gent enige tijd Calvinistische
republieken werden, die zeer nauw de regels van Jean Calvin invoerden en vaak
grondiger dan de Beeldenstormers van 1566 tot 1567 te werk gingen bij het
zuiveren van de kerk van beelden en ongeoorloofd geachte afbeeldingen van
heiligen. Vervolgens werd het kerkelijke leven met grote gestrengheid op de
leest van Calvijn geschoeid en werden andersdenkenden niet zachtzinnig
behandeld doch met gepaste gestrengheid. De godsdiensttroebelen en -oorlogen
roept men vaak in als argumenten tegen welke religie dan ook. Maar waar
Schiller aan het einde van de achttiende eeuw die onderwerpen verwerkte in
toneelstukken, zoals Maria Stuart, zien we vandaag dat er nog nauwelijks
nagedacht wordt over de grond voor de verschillen in inzichten. Als we dan bij
Spinoza te rade gaan, die stelde dat God en Natuur samenvallen, zonder dat men
daarom de hele natuur moet gaan vereren, maar wel vooral dat we mensen onder
elkaar zijn en zo goed mogelijk met kennis en inzichten moeten omgaan. Spinoza
wilde zijn inzichten enkel in het Latijn uitleggen en uitwerken, omdat hij vond
dat men niet zomaar met subtiliteiten van het denken te koop moet lopen, want
het zou allemaal wel eens in verkeerde handen terecht kunnen komen. Zelf was
hij door zijn Sefardische gemeente in Amsterdam uit de gemeenschap verbannen
met de zwaarste banvloek waarover de rabbijnen en de gemeente konden
beschikken.
De
levensvreugde die deze oude kranige heer uitstraalde op het huwelijksfeest van
zijn kleindochter, deed niet enkel mij goed, zo te zien en liet ons toe te
bedenken dat we over het leven en zelfs het oud, heel oud worden niet hoeven te
wanhopen. Zoals ik bij het overlijden van Helmut Schmidt had bedacht, blijkt
dat voor veel mensen nu net het probleem te zijn, dat alles een probleem is.
Ook deze heer van stand bleek zaterdag vreugdevol vast te stellen dat de wereld
waarin hij nagenoeg een eeuw geleden het licht zag, een wereld van oorlog,
diepe haat en jusqu'au boutisme plaats mocht maken voor een lange periode van
vrede, die hij helemaal mee mocht leven en maken. Toch zal men nu opwerpen dat
we weer een tijd van haat beleven, van oorlog, maar dan aan de grenzen van
Europa en dat velen minstens in hun denken van het jusqu'au boutisme een
kwaliteit menen te moeten maken.
Gezien
de ontspannen sfeer, waar Zwitsers, Vlamingen, een Algerijn zelfs en ook Zweden
heel rustig met elkaar omgingen en praten over de dingen dezer dagen, zou men
ook kunnen bevroeden dat wat ons voortdurend verteld wordt, dat mensen wel
degelijk de hoffelijkheid aan de dag kunnen leggen over die wel degelijk
grondige verschillen inzake levensovertuigingen en religies heen te stappen.
Een oecumenisch huwelijk, katholieken, atheïsten en agnosten, protestanten en
ietsisten, ze zaten en praten aan tafel en nadien dronken we de biertjes,
wijntjes en andere vruchtensappen graag en gulzig, vanwege het uitzonderlijk
mooie en warme weer. Maar zoals ik gisteren nog hoorde, was het ook voor
anderen een feest dat huwelijksfeest waarbij elkeen voelde hoezeer daar toch
weer iets hoopvols gloorde voor een nieuwe tijd. De oude heer en grootvader van
de bruid droeg er evenzeer toe bij als de baby's die ook even het feest hebben
opgevrolijkt, wellicht over 98 jaar, als geen grote rampen ons treffen, geen
oorlogen die het gevolg zijn van ondoordacht handelen en van de eigendunk van
slaapwandelende bewindvoerders, politici, religieuze en andere leiders, op
fotootjes hun aanwezigheid zullen tonen aan hun kleinkinderen,
achterkleinkinderen... Zo gaat niet de glorie van deze wereld ten onder, maar
blijft ze steeds nieuwe vormen aannemen, in steeds weer nieuwe mensen, die van
de levensvreugde hun credo maken. Ad multos annos? Natuurlijk.
Bart
Haers
Reacties
Een reactie posten