Hoe Sombermans de politiek misleidend uitlegt
Dezer Dagen
Klachten
over de regering
Politiek
verdient betere aandacht
Politicus, Krantenbaas, geleerde
en dus een universele geest,
maar die ook geraakt werd bij
zijn politieke strijd voor de
Vernederlandsing van de
Vlaamse samenleving.
Kan men nog een domein of zelfs punt van beleid vinden
waar we het als samenleving enigszins over eens zijn? Debat is van belang, maar
men lijkt er niet meer toe te komen op een gegeven moment de beslissingen te
aanvaarden en de hand aan de ploeg te slaan om de onderneming te laten slagen.
Een klaagzang over de sociale media ligt dan voor de hand maar is heilloos en
zonder voorwerp. Mensen spreken, schrijven waarover ze willen, maar willen zij ook
wel weten hoe de vork aan de steel zit? Onderzoeksjournalistiek, wat houdt dat
in? Daarvoor moeten we kunnen rekenen op de media en dat ligt gevoelig, want
mediakritiek klinkt algauw als onoirbaar, een blijk van wantrouwen tegen de vierde
macht. Maar er zijn ook nog de experten, die doorgaans zwijgen en als ze
spreken, zoals tijdens de Coronapandemie krijgen ze bakken kritiek over zich
heen, of die kritiek op kennis en inzicht is gebaseerd of niet. Hoe moeten we
dan verder?
Ik ben nog steeds verbaasd hoe de media en dan vooral
de brede media ons uitleggen hoe het nu zit met Ventilus, het grootschalige
project om elektriciteit, geproduceerd op zee aan land te brengen en bij de
gebruikers. Ventilus is grootschalig, dat is zo, maar de onderneming is ook
complex omdat er meerdere parameters in het oog gehouden moeten worden, zoals
gezondheidsrisico’s en jawel, het moet erkend, ook wel het landschap dat niet
geschaad mag worden. Maar ja, de gustibus et coloribus non disputandum esse dicitur,
waarna we het uiteraard ook over de invloed op de natuur van dat kabelnet
moeten kijken. Of vergeten we dan de prijs voor de gebruiker en de economische
gevolgen van een onzeker elektriciteitsnet, zodat de afwegingen niet in een tweedimensionaal
kader te vatten vallen, laat staan in een Ja of Nee, O en 1. Of nog, wil men de
volksgezondheid te allen tijde laten voorgaan op andere (noodzakelijke)
prioriteiten, dan wordt het moeilijk de volksgezondheid alsnog te garanderen.
Wat menig Sombermans niet lijkt te overwegen, ligt in
de weigering de zegeningen van onze tijd in overweging te nemen. Het is wel zo
dat er een en ander aan het schuiven kan gaan, maar het is niet zo dat alles
naar de verdoemenis gaat. Men kan de kwaliteit van de gezondheidszorg vandaag
niet vergelijken met de mogelijkheden die artsen en patiënten dertig, laat
staan zestig jaar geleden ter beschikking stonden om ziektes te genezen. Maar
de ene Sombermans zal er dan op wijzen dat we nog altijd nergens staan met de preventieve
geneeskunde terwijl een andere zal vloeken omdat hij niets meer mag eten of
drinken zonder ervan verdacht te worden met zijn – sombervrouw klinkt niet zo
lekker, dus ’t kan ook een zij wezen – gezondheid te spelen en niet het geluk
te kennen van een lang leven. Maar goed, tot nader order weten we dat velen op
hoge leeftijd, gezond geleefd hebben of niet, toch een paar jaar gaan sukkelen
en in zelfvergetelheid terecht komen. Maar Sombermans moet ook rekening houden
met het milieu natuurlijk, met gezonde lucht en een levendige ondergrond, waar
de wormen kunnen gedijen. Sombermans mag daarom niet te veel met de auto
rijden, of het moest een elektrische
zijn en dan nog, daarvoor zou men wel eens mangaanknollen op de diepzeebodem
kunnen halen, wat ook weer nefaste gevolgen zal hebben. Sombermans en kornuiten
kijken dan ook niet meer zo vaak naar het journaal. Want ja, een zonnebad nemen,
dat kan toch uitlopen op melanomen, ons aangepraat door zeer befaamde dermatologen.
En ja de politicus of politica die niet naar de Heren
Sombermans en Sombermans luisteren, weten niet wat ze nu moeten zeggen, de huik
hangen naar de ene die zegt dat het beleid niet zorgvuldig genoeg omgaat met de
volksgezondheid of net de andere, die zweert bij vrijheid blijheid, of net
niet, die vindt dat de verkeerde mensen, namelijk de Sombermansen, aangesproken worden. Stikstofdepositiewaarden?
Ik ben geen boer, mevrouw, zegt Sombermans, maar we moeten toch zelf ons
voedsel kunnen produceren, nietwaar? En Sombermans beseft dat er geen redding meer
mogelijk is, dat alleen de genade van de Heer over hem mag komen, zodat hij aan
zijn somberheid ontkomen kan.
Het valt altijd weer op, wanneer we nieuws consumeren,
dat er nergens geen goed nieuws meer te halen valt. Maar het is ook niet meer
mogelijk een aantal blauwdrukken te ontwikkelen, die ons kunnen helpen opnieuw te proeven van het goede leven. Sombermansen
zijn er bij de vleet en als een politicus spreekt, klinkt het vaak genoeg dat
de anderen, de regering of coalitiepartners of anders Europa niets zouden doen.
Of als ze iets ondernemen, dan is het “konteverkeerd”, want ze raken de
bezitters van oude huizen, die nog niet gerenoveerd zijn, dan wel de bezitters
van oude diesels, wat mensen in hun bestaan dieper kan raken dan de Sombermansen
aan de universiteit kunnen bevroeden, omdat ze een zeker inkomen hebben, een
mooi inkomen, misschien zelfs een energieneutrale woning.
Empathie zal in deze niet volstaan, omdat het
verduiveld moeilijk is achter de voordeur van mensen te kijken. Was de Pandemie
allesbehalve heilzaam – laat niemand het omgekeerde beweren – dan maakte het
gedrag van burgers wel duidelijk dat het mogelijk is mensen ervan te
doordringen dat zo een pandemie dodelijk kan zijn voor grote groepen mensen en
voor een samenleving, een economie. Hebben mensen in de eerste lockdown de regels
gevolgd of niet? De beste methode omdat aan de weet te komen is het aantal pv’s
dat geschreven is, wetende dat die pas geschreven werden bij veelvuldige of
ernstige vergrijpen. Later werd het iets moeilijker, maar toch mensen bleven
ten gronde begripvol de basisregels accepteren en – met enig gesoebat –
naleven. En dan was er de heisa over de vaccinaties, in feite een oprakelen van
een ouder probleem, zoals de weigering door ouders om hun kinderen tegen
mazelen in te laten enten. De processies naar de inentingscentra en het feit
dat in Vlaanderen de inentingen werden geaccepteerd, tot 85 % bij de eerste
dosis en 84 % bij de tweede dosis, de eerste booster werd door 70 % gehaald de
2de booster 44% maar toen was het dwingende eraf en was de doelgroep
eerder de ouderen en kwetsbaren.
Met dat al is duidelijk dat ondanks de kritiek en ook
wel de traditionele angsten de dekkingsgraad welhaast gehaald werd, terwijl dat
in Brussel en Wallonië niet het geval was. Wij deden dat om pragmatische
redenen, maar ergerden ons aan de virulente tegenstanders, maar ook aan zij die
vonden dat men nog harder kon en dat de overheid nog wat meer had door te duwen.
Het doel van de vaccinatie was voorkomen dat mensen alsnog covid opliepen en
vooral, om het normale sociale leven weer te hernemen en mogelijk te maken
zonder dreiging. De virulente tegenstanders kwamen met allerlei verhalen, zeg
maar complotfabels over de hyperelite als en vooral Gates en uiteraard figuren
als Hillary Clinton die verdacht worden van alle onheilsdaden die eeuwen
geleden aan joodse mensen werden toegeschreven. Van enige redelijkheid is
daarbij geen sprake.
We kunnen de oorzaak zoeken in slecht beleid, maar dat
valt nog te bezien, omdat we er vaak geen idee van hebben wat de overheden doen
en realiseren, zodat wij min of meer zorgeloos kunnen leven. Hoezo zorgeloos
leven? Het komt mij voor dat we niet altijd begrijpen dat de overheden via hun
administraties heel wat op orde brengen, maar dat het nu wel zo is, dat we vooral de gaten zien die
vallen in het onderwijs, gezondheidszorg, openbaar vervoer. In zekere zin
hebben politici, burgers en ook de media het overzicht verloren op wat er
mogelijk is in onze samenleving, want al valt er veel te zeggen over het recht
en de rechtsbedeling, tegelijk blijkt er nog veel wel te werken. Maar het
terrorismeproces is wel veelomvattend en jawel, advocaten maken in opvallende strafzaken
rond drugs gebruik van de mogelijkheden van de complexe wetgeving om hun
cliënten uit de gevangenis te houden – wat voor kleinere garnalen, de
straatdealers niet altijd het geval is.
Sinds 1979 toen Maggy Tatcher premier werd van het UK,
heeft men de staat vaak voorgesteld als een geldverslindende moloch, zonder
onderscheid te maken tussen noodwendigheid en opportuniteit. Moet de overheid
in het economische leven optreden? Het was tijdens mijn studietijd en lang
daarna een belangrijk issue en tegelijk werd het bijna altijd apodictisch
beslecht. Regelgeving vermijden als bedrijven door goede richtlijnen aan
zelfregulering doen, wat wel eens wil tegenvallen. Toch denken economen dat de
grote spanningen over marktmacht de rol van de overheid cruciaal is om een
gelijk speelveld te waarborgen voor grote spelers en kleinere. De kwestie was
ten tijde van Ronald Reagan en Margret Tatcher een neoliberaal economisch model
aan belang won, maar dat niet altijd vast te stellen valt of de aannames wel
degelijk sporen met de werkelijkheid. In de Verenigde Staten werd de samenleving
grondig opgeschud, maar ook bij ons werden nieuwe krijtlijnen getrokken. Weliswaar
werd vastgesteld dat de overheid (namens politici) bij tijd en wijle manna moet
uitstrooien, maar de kosten van het overheidsapparaat dienden omlaag te worden
gehaald, al is niet duidelijk, vermoed ik, of men gezien de verplichtingen die
de staat op zich geladen had en de beloften aan de bevolking gedaan zoveel zou
kunnen besparen, als men wenste. Dan was economische groei een betere waarborg
voor het nakomen van de beloften en wetten. Vergeten we ook niet dat Tatcher
met veel gevoel voor theater verklapte dat er niet zoiets als een “society”
bestaat, terwijl een regering toch wel voor een bepaalde samenleving werkt want
dat de fractie gekozen is door die maatschappij. Opvallend evenwel is dat ook
links wel eens denkt dat de politiek niet voor de samenleving verantwoording
verschuldigd is, maar slechts voor de armen of de hoog geschoolde middenklasse politiek
bedrijven. Enigszins overdreven misschien, maar toch kan men zich niet van die
indruk ontdoen.
Maar voor politici
in een democratie is niets eenvoudig en al zeker niet het vinden van de juiste
kwesties waarop men zich richten zal, want het
moet ergens nog passen bij de beginselen der partij, maar ook moet men
nog eens een verhaal hebben. De uitdaging is dat de problemen ook als ernstig
worden ervaren door de burgers, die er oor naar willen hebben. Maar de
samenleving veranderde en merkwaardig genoeg duurde het lang voor we inzagen
dat onze samenleving welvarend geworden was, wat niet betekent dat er geen
armoede zou zijn, maar men strijd vaak wel tegen armoede maar te zelden voor
mensen in armoede. Het feit dat burgers klanten werden en met gelijke rechten
zouden aankloppen bij de overheid, maakte de zaak er niet eenvoudiger op. Maar
ook is het zo dat mensen in armoede net wel tegen een morele meetlat werden en
worden gelegd, maar zelden wordt gekeken naar wat de rechtssociologie zou
kunnen leren over de machteloosheid tegenover werkgevers. Heeft succes vele vaders,
dan heeft (maatschappelijk) falen er ook vele, maar die doen wat ze moeten doen
en voor de arbeidsrechtbank laten ze zich bijstaan door solide advocaten. Zal men
dan klagen over de boosaardige werkgevers? Men kan maar beter weten wat er echt
gebeurd is, voor men kan oordelen. Het
gaat er vooral om dat mensen wel eens speelbal blijken van allerlei krachten,
waar ze geen vat op hebben en als het gaat spannen, hun woede op de overheid
richten. Terecht, maar niet altijd.
Toch is het niet zonder betekenis dat Pieter Omtzigt
zoveel aandacht besteedt aan het onbeheersbare administratieve bestel. Politici
beseffen op zeker ogenblik dat er een ergens een probleem is, wachten met een
aanpak tot het niet langer kan en geven dan zoiets als een blanco cheque om het
probleem op te lossen, waarna een nieuw probleem ontstaat, namelijk dat er ongewenste
neveneffecten zijn, die men maar niet opgelost krijgt. Het gaat dan niet enkel om de Toeslagenaffaire. Ook Paul
Frissen besteedt al langer aandacht aan het probleem dat de overheid mensen
voor zoveel onheil wil behoeden dat burgers zich steeds meer bekneld voelen
door het veiligheidsbeleid in allerlei geuren en kleuren, waarvan de overheid én
de media menen dat de burgers dat willen. In de Fatale Staat van Frissen kan
men lezen hoe de overheid nogal eens dingen op stapel zet en de dan de aandacht
verliest, maar die gevolgen hebben waardoor die veiligheidsobsessie ergens
verdwijnt en toch steeds weer gevoed wordt door de bevoegde instellingen, want
het is een opdracht die ze hebben meegekregen en waarover ooit eens Kamervragen
gesteld zullen worden.
Ten gronde kan men vaststellen dat de overheid heel
veel taken toegeschoven heeft gekregen, maar we weten niet altijd meer waartoe die
nu ingezet worden. De stikstofcrisis past in een complex beleidsplan rond
biodiversiteit, waarbij onder meer de zo belangrijke bijenkolonies alle belangstelling
krijgen, maar het gaat om meer dan dat. De landbouwers eisen dat hun belangen
erkend worden en nogal wat mensen willen ook dat lokale landbouwers voor
voedsel kunnen zorgen, want de import zou wel eens onder druk kunnen komen te
staan. Plots worden we ons bewust van het feit, lijkt het wel, van de omvang
van de wereldhandel en de onderlinge verwevenheid van handelsblokken en
economieën. Het Europese landbouwbeleid heeft de boeren wel stevig ondersteund,
vanuit de vrees van onder meer Sicco Mansholt, die geen nieuwe hongerwinter
wilde meemaken. Dat heeft ook geleid tot de ruilverkavelingen, maar dat lijkt
dan weer tot erosie van de vruchtbare toplaag te hebben gezorgd en het verdwijnen
van houtkanten vormde een aanslag op de biodiversiteit.
Zo kan het gebeuren dat we ons massaal gaan bezig
houden met stikstof, terwijl niet altijd duidelijk is, waar die vandaan komt, of
welke methode de beste is om de stikstofdepositie onder controle te houden ten
einde de biodiversiteit te herstellen. Het politieke gesteggel in de Vlaamse
Regering laat onverlet dat sommige oplossingen aanvaardbaar zijn omdat ze
andere vervuilende entiteiten uit het systeem halen. Voor de boeren blijkt het
beeld niet zo helder te zijn als milieuorganisaties zo graag aanklagen, want
blijkbaar is de milieubelasting van de melkproductie minder schadelijk dan
gedacht.
Het valt evenwel te betreuren dat die kennis niet zo toegankelijk
is als men zou verwachten, aangezien discussies vaak in media res tot ons
komen, omdat een partij, de industrie, de
agro-industrie, milieuorganisaties er baat bij hebben de discussie
daadwerkelijk op het publieke forum
gevoerd wordt, op hun terrein dan nog het liefste. Van de media mag men dan verwachten
dat er ergens een status quaestionis wordt opgesteld om te zien hoe het
probleem zich aandient en wat de strijdpunten zijn. De media, journalisten
noemen zich graag de vierde macht, waar ook iets van aan is, maar dat brengt
ook verantwoordelijkheden met zich mee. Dan kan men er niet mee volstaan één
klok te laten, horen, zoals inzake het onderwijs het geval is geweest. Inzake de klimaatverandering dreigde
dat ook menigmaal het geval te zijn, maar naarmate men met degelijke kritiek
kwam, diende men wel nieuwe data in het geding te brengen. Dat de mensheid de
klimaathuishouding op aarde, de biosfeer maar ook de hogere luchtlagen van de
atmosfeer heeft gewijzigd, met allerlei bijkomende nieuwe ontwikkelingen, zoals
het dooien van het permafrost kan men nog moeilijk op een ernstige manier in
twijfel brengen. Nam het aantal mensen op goed 50 jaar toe van 3,5 miljard naar
8 miljard dan is dat niet enkel een rekenkundige toename, de intensieve groei
van voedingsgewassen en vlees, ten koste van tropisch en ander woud, het
leegvissen van de oceanen, waar kabeljauw, tonijn en andere soorten het
slachtoffer zijn, maar ook het landgebruik en uiteindelijk de uitbouw van het
industriële productiesysteem om al die miljarden mensen te voeden, heeft ook
gevolgen, net als de ontginning van fossiele brandstof, van steenkool tot
aardgas en de transportorganisatie moet dan nog in rekening gebracht worden.
België, Vlaanderen kunnen op dat gigadomein niet veel
uitrichten, maar moeten wel zorgen dat onze leefomgeving leefbaar blijft en tegelijk
zijn er weinig politici die bijvoorbeeld in dat kader het behoud van de kerncentrales
willen hardmaken. Nu er twee gered zijn, moet men zich afvragen of men in het
licht van de toenemende behoefte aan betaalbare elektriciteit of er niet meer
gedaan kan worden, om de CO²-uitstoot zoveel mogelijk te reduceren. Neen,
zeggen de groenen, met zonnepanelen en windmolens komen we er wel. Maar is dat
ook zo? En wat het bestaande elektriciteitsnetwerk en de beperkingen die er
zich nu voordoen. In Nederland hebben bedrijven wel eens last een nieuwe entiteit
op het net aan te schakelen, zeker als ze ook stroom willen leveren. Dan is een
project als Ventilus toch geen overbodige luxe. Bovendien blijft het bizar dat
men wel eens meldt dat er een zonnepanelenweide wordt aangelegd om datacentra
te voeden, wat erop wijst dat we nog niet goed kunnen bepalen hoeveel
elektriciteit er rond 2035 nodig zal zijn.
Men moet in een democratische rechtsstaat met een
representatieve volksvertegenwoordiging aanvaarden dat mensen al eens met
inzichten komen waarvan men zelf het eerste begin nog niet snapt, maar het is
ook aan de media ervoor te zorgen dat ingewijden hun inzichten niet voor zich
houden bij de besluitvorming. Want dat is wat gebleken is uit de politieke
tribulaties na het publiceren van de Pentagon Papers, nadat Daniel Ellsberg die
had bezorgd aan de New York Times. Het probleem
is vaak genoeg dat de regering en de hofhouding erom heen de idee zijn toegedaan
dat de mensen op straat er niets van afweten, maar zij net wel en dat willen ze
zo houden. Goed, er zijn arcana imperii, staatsgeheimen, die inderdaad best
niet aan het licht komen, maar evengoed zijn er zaken die net wel publiek
gemaakt moeten worden. Is de aanwezigheid van kernwapens op ons grondgebied een
militair geheim? Wellicht wel omdat niemand er baat bij heeft dat ze open en
bloot hier zouden zijn, maar ook niet als de NAVO die wapens zou weghalen. Ik was
niet tegen de plaatsing van de nieuwe nucleaire inzet van de NAVO, wat mij wel
een paar vrienden heeft gekost, maar het NAVO-dubbelbesluit behelsde ook
onderhandelingen en dat vond de vredesbeweging een lachertje. Na verloop van
tijd kon men er niet meer over gedachten wisselen, want wie voor dat besluit
was, was voor oorlog. Begrijpe wie kan? Het probleem was dat de informatie niet
evenwichtig binnenkwam, dat de keuze van de regering om mee te gaan met het
Dubbelbesluit als een farce werd afgedaan, waarbij vooral de positie van de VSA
niet ernstig genomen werd. Wie dus aan de toog onder toogfilosofen het NAVO-Dubbelbesluit
ook maar het minste voordeel van de twijfel toekennen wilde, werd afgedaan als
naïeve boerenkloot. De betogingen tegen de plaatsing van Kruisraketten waren
een succes, maar bleken na 1985,1986 zonder voorwerp, want de SU stuikte in
elkaar en de geschiedenis nam een totaal andere wending.
Intussen kende Europa een nieuwe fase en ging
vervellen van EEG naar EU wat in het Verdrag van Maastricht in 1992 werd besloten
in het EU-Verdrag, waarover vanzelfsprekend hard onderhandeld werd, maar de
burgers leken het opzet ervan niet te begrijpen, omdat politici noch media er voldoende
de inzet en het belang voor de burgers werd uitgelegd. In de Franse media was
Maastricht een veel belangrijker issue dan in de Vlaamse, waarbij vooral de
tribulaties tussen de staatshoofden en regeringsleiders als een schouwspel werd
gepresenteerd, niet als een voor de burger belangrijke overgang, ook al omdat
er soevereiniteit zou worden overgedragen. Toen vond ik de “covering” van de EG-top
in Maastricht beschamend minimaal. Veel bleef, zoals Ellsberg had opgemerkt,
binnen de hofhoudingen van de respectieve regeringen hangen, want men vreesde
afwijzing als alle details werden geopenbaard. Intussen vergat men wel dat in
Vlaanderen (ook bij de VU) een stevige aanhang voor een “ever closer and closer
European Union” leefde en het Europese proces van samenwerking wel
ondersteunde, om allerlei redenen, ook ideële.
Politieke discussies naspeuren, om te weten waar ze beginnen
en hoe ze verlopen, dat zou men het werk van politieke wetenschappers kunnen
noemen, maar in de brede media krijgen we daar zelden een echo van te horen.
Het geeft de Sombermansen onder ons alle reden om triomfantelijk hun gelijk te
verkondigen en dat is nergens voor nodig. Net daarom is het voor (jonge)
burgers nodig om te begrijpen dat discussies niet alleen met nobele doeleinden
gevoerd worden. Het onderwijsdebat gaat al tijden over gelijke kansen, maar dat
zoiets als “volksverheffing” ook een redelijk doel is, lijkt men al te zijn
vergeten, laat staan dat het nog over emancipatie zou gaan, het onderwijs dus
als lift voor sociale opgang, want ja, dan komt er toch weer ongelijkheid uit
voort. Het gevolg is dat de kwaliteit van het onderwijs onverwacht zoveel achteruit
gekacheld bleek, terwijl men in de kwaliteitskrant De Standaard alsmaar over “verouderde
onderwijsvormen” had gesproken en de leraren v/m zelfs verweten had hardhorig
en koppig de zegeningen van het moderne, vernieuwende onderwijs af te wijzen.
Maar een debat over wat goed onderwijs dan behelzen moet? Geen grammatica of syntaxis
meer, geen dictee noch steloefeningen meer. Meer nog, de leraar v/m hoeft zich
niets in te beelden, want gezag is out. Terwijl kinderen en jongeren wel
gegrepen kunnen worden door meeslepende leraren bij het bord. Het is niet
altijd de overheid, want het onderwijs valt onder de grondwettelijke vrijheden
en dus zijn de inrichtende machten die vroeger elkaar beconcurreerden met
discipline en goede resultaten aan de universiteit, terwijl het nu om welbevinden
gaat en vermijden van trauma’s. Is daar
ooit een groot publiek debat over gevoerd? Wel veel gegrom in de leraarskamers
en ook wel thuis waar de kinderen klagen over te weinig uitdagend onderwijs. Oh ja, en Wiskunde? In televisieshows veegde men
er ijverig de vloer mee aan.
Tot slot. Burgers klagen over politici en hoe ze niet
altijd voluit stellen waar het op staat, of, voortdurend mensen angst zouden
aanjagen. Veel van wat de overheid doet, werd ambtelijk geregeld en daar hoeven
politici, tenzij het mis gaat, zich niet druk meer over te maken. Toch zien we
politici wel eens zoeken naar een onderwerp, terwijl duidelijk is dat men kan
opvallen door gestaag dossiers goed te bestuderen en als er nood toe is, de
zaak op tafel te leggen. Het gaat dan inderdaad om bewust mistasten van de
overheid, zoals in de Toeslagenaffaire, maar ook inzake de problemen met de
kinderopvang bij ons. Men moet zo een dossier goed in de vingers hebben, om
oorzaken van beleidsfouten goed te zien en aan te geven waarom het zo fout is.
Te vaak komen politici en ook wel commentatoren aandraven met kwesties, die
nergens toe leiden of probeert men tegen beter weten belangen te verdedigen,
zoals in het geval van de stikstofcrisis, waarbij men veel energieverlies oogst
en tijd verliest om goede antwoorden te bieden.
Bart Haers
Reacties
Een reactie posten