Aquila non fugit muscas
Brief
Over
politieke rekenkunde
Brugge,
6 augustus 2013
![]() |
Prokgevel van het Vlaams Parlement |
Aan
de heer Ivo Belet en het kruim van onze politieke journalisten
We
lezen in de krant van heden 6 augustus 2013 hoe het u behaagt heeft uw
activiteiten in het Europese parlement te verruilen voor een mogelijk zitje in
het Vlaams Parlement, niet omdat u het moe zou zijn in het Europese parlement,
want daar volgt Villa Politica u minder – terwijl het programma regelmatig
zittingen van het plenum verslaat. Neen, u zet uiteen en de journalist van
dienst leent er zich toe, lijkt zelfs begerig uw zielenroerselen over uw
gehypothekeerde toekomst uit de doeken te mogen doen.
Dat
er in de politiek uiteraard enige calculatie aan te pas komt is niet nieuw en
iedereen die biografieën van politici volgt, weet dat sommige wel eens meer
chance dan wijsheid in pacht hadden. Anderen konden de tijd verbeiden en wisten
hoge toppen te scheren ondanks de wetmatigheden. Want zij begrepen beter dan
wie ook wie hoe begeerte in de politiek het goede inzicht kan belemmeren. Maar
ook begrepen zij, ach mevrouw, zij zijn zeldzaam, dat men zich wel eens tijdig
of tijdelijk terug moet trekken, want de impact van de besluitvorming moet haar
tijd hebben.
U
begrijpt, vermoed ik, mijnheer Belet, dat uw positie met deze démarche, die dan
wel getuigen mag van politieke eerlijkheid, de politiek en vooral het
hoogstaande ambt van volksvertegenwoordiger geen goed doet. Een van uw
beleidsdomeinen is sport, waarover we u de afgelopen tijd wel eens mochten
horen, vooral over de pogingen de voetballerij financieel eerlijker en
transparanter te maken, door de schuldenlast van clubs en verenigingen als
doping te beschouwen. Op zich is dat waardevol, maar het spelletje kan nu
eenmaal niet zonder oliemannetjes die een pak biljetten meebrengen. Eerlijkheid
in de sport, het blijft een lastige topos, omdat er niemand iets tegenin kan
brengen, maar het is net zo goed mogelijk vast te stellen dat de
commercialisering van de sport – waarbij we de rol van Murdoch dezer dagen niet
vergeten – ertoe geleid heeft dat alle water naar zee blijft stromen.
Nu,
u bent ook verantwoordelijk voor energie en hoewel Europa vandaag, door keuzes
van de Amerikaanse overheid inzake schaliegas een achterstand heeft opgelopen,
heb ik in de publieke media, behalve voorzichtige artikelen om het proces
van winning van dit gas en kritiek op
het gevaar van vervuiling van grondwaterlagen en zo verder… niet altijd goede
afwegingen gevonden.
De
discussie over het ontginnen van Schaliegas blijft voorlopig beperkt tot voor
en tegen, wat ik een stap te vroeg vindt. Het kan zijn dat de kostprijs in
ecologisch opzicht zwaar is, maar we hebben vergeten dat de honger naar energie
onstilbaar is gebleken, redenen waarom men in de VSA deze energievoorraad heeft
aangeboord. Het vraagt aandacht om de verschillende opties echt te onderzoeken
en te overwegen dat men mensen niet zomaar hun levensinzichten en gebruiken kan
afnemen.
De
balans tussen verschillende sectoren van ons bestaan valt niet in een mum op te
lossen. Het gebruik van grondstoffen voor goederen die ons leven aangenamer
maken vergt energie en levert ook afvalstoffen op die we stilaan weten te
recycleren. Maar het valt iet gemakkelijk het onderscheid te maken tussen wat
levensnoodzakelijk is en wat luxe, omdat grenzen verschoven zijn.
Geachte
heer Belet, waarom horen we van politici zelden diepgravende analyses? Omdat de
media geen ruimte-tijd bieden? Het kan deels een verklaring zijn, maar ook ligt
het eraan dat en anderen, er zijn uitzonderingen, zelden een uitgesproken
gedachte uiten en er ook voor gaan. Ik denk overigens dat ik u niet te hard
moet aanpakken, hoe duidelijker of liever, hoe doordachter een politicus
inzichten aandraagt hoe moeilijker het voor journalisten wordt om er een
evenwichtige analyse van te maken. Maar die compliciteit noemt wel gemakkelijk
populisme, nietwaar.
Dus
denk ik ook dat het wat sneu is dat u in
volle komkommertijd u verhaaltje komt doen over uw politieke plannen en uw
overstap naar het Vlaams parlement bekend maakt. Wat uw berekenen zijn voor uw
loopbaan? Wie heeft er belangstelling voor? Overigens, onrechtmatig is het
niet, maar het is niet belangrijk voor het debat en ook zullen er altijd wel
kandidaten zijn die het al fijn vinden campagne te voeren.
Maar
ook de mediamensen hebben vergeten dat ze aan dit verhaal niet hoeven deel te
nemen dat ze wat hun zegslieden vertellen kunnen onderzoeken, niet enkel of
de feiten waar zijn, maar ook of het
belangwekkend genoeg is. Het valt op dat we de keuzes die voorliggen,
bijvoorbeeld over het organiseren van faire competitiesport slechts mondjesmaat
krijgen, al kunnen we daar al heel wat mee. Want het fundamentele probleem van
de mediabedrijven en de nieuwsgierige lezers, luisteraars, kijkers bestaat er
tot dusverre in dat de het aanbod – zeker als het over de politiek gaat – nogal
eenvormig uitpakken. Het valt wel op dat het inzake wetenschappen nog wat
moeilijker is.
Een
voorbeeld van de wijze waarop de openbare omroep wel eens werkt is, liet de
discussie over de reportage over de opening van een koffiehuis in Antwerpen
zien, waar enige kritische afstand afwezig was. Hetzelfde kan men kan aan de
orde stellen over het Historium in Brugge. Toerisme is voor de stad van belang,
daar niet van en ik ook dat het een verdienstelijke poging is geschiedenis
levendig te brengen, maar ik denk wel
dat het beter had gekund, maar hier spreekt iemand met grote interesse en een
zekere kennis, niet blind voor de wijze waarop mensen soms gemakkelijk een
mooie voorstelling genieten.
Ten
gronde kan men vandaag van politici noch van journalisten een grote
intellectuele bewogenheid verwachten, zegt men mij. Van journalisten hoorde ik
dat het eerst maar ook werd het al vaker zomer en winter dan ik mij kan
herinneren dat men mij dat ook over politici zegde. Er waren er wel zeker, die
een boek schreven, er waren er die belangwekkende kwesties op hun betekenis
onderzochten en erover schreven, zoals Hugo Schiltz en ook wel Herman Van
Rompuy…sommigen deden dit niet maar geven maar gaven er in hun politieke werk
blijk van wat ten zeerste aanbevelingswaardig is.
Men
kan u niet verwijten, mijnheer Belet dat u over uw toekomstige loopbaan
nadenkt, maar zouden sowieso in januari, februari lucht krijgen van de grote
discussies in alle partijen over de zekerheden en de strijdplaatsen, daar kan
een burger zich niet in vergissen, dat maakt terecht deel uit van het politieke
gebeuren. Daarom is dit nieuws nu een beetje onhandig en maakt duidelijk wat er
leeft bij u en uw collegae (overigens vernamen we al eerder dat een
EU-commissaris in de rats lijkt te zitten met een mogelijke plaats op de lijst).
Met Hugo De Ridder denk ik dan dat politici van deze importantie hun
onzekerheden toch niet moeten luchten in de media, zo ver voor de lijsten op te
stellen. Sommigen, zo heb ik wel vaker gemerkt, hebben de zomer voor de
aankomende verkiezingen weten te gebruiken om een interessante gedachte te
brengen, uitgewerkt in een boekje, waarin een maatschappelijke kwestie aan de
orde komt, zoals het statuut van de kunstenaar, de vraag of we ons moeten laten
leiden door een consequentionalisch beleid, waarbij bijvoorbeeld veiligheid ten
koste van de persoonlijke vrijheid kan worden doorgevoerd. Of men kan schrijven
over de kwaliteit van de rechtsbedeling, zowel in het strafrecht als in het
burgerlijk of administratief recht want ook daar zien we wel eens een
correlatie tussen moeilijkheden bij justitie en onvrede vanwege burgers ten
aanzien van politici, terwijl het vaak genoeg gaat om een niet zo doorzichtige
en door een overtal aan regels geregisseerde rechtsbedeling. Dat men dan
proceduretijgers van de balie met de vinger wijst, wordt wel moeilijk te
begrijpen. Of zo kan men ook begrijpen waarom rechters gaan twijfelen of te
lang slepen met het redigeren van een met redenen omkleed vonnis.
Om
zo een zaken te schrijven moet men goed ingevoerd zijn in het proces van
regelgeving en van de toepassing ervan. Ik denk, in alle bescheidenheid, dat
onze regelgevers zich hiervan niet altijd afdoende bewust blijken, want anders
zou men bij het uitvaardigen van nieuwe regelgeving beter nagaan hoe of de
gevolgen ervoor de rechtzoekende zullen uitpakken. Het gaat met andere woorden
om een anders soort kritiek dan het liken.
Het
weze u vergund voor uw zielenroerselen het luisterend oor van journalist (m/v)
te vinden, maar ik denk dat we ten gepaste tijde zullen merken dat u uw status
van alfa wilde bevestigd zien. Sans rancune, maar dit is rijkelijk te vroeg en
dient vooral gestaafd door uw werkzaamheden. Die vallen wel mee, maar u
begrijpt, er is veel keuze in het politieke veld, waardoor het allemaal wat
onzeker wordt, maar dat is het nu net om te doen, zoals eenieder begrijpen kan.
Vale,
Bart
Haers
PS
Bart Brinkman ligt in DS van 7 augustus het doopceel van de N-VA als een
mannenbrigade, maar volgt weinig van het werk van sommige dames in de fracties.
Aquila non fugit muscas…
Reacties
Een reactie posten