Il Gardellino in concert in 't Leieland
Kunstleven
Muziek in en napraten
bij een kerkje aan
de Leie
![]() |
Zo gaat het er dus ook soms aan toe op een mooie zondagmiddag in mei. La Flandre profonde? Best een aangenaam kader. |
Soms kan het dagen dat een
feestdag best goed gevierd wordt, omdat de omstandigheden van dien aard lijken,
dat ze in de toekomst anders gevierd zullen worden. Nu ben ik al altijd een
stille fan van de derde persoon van de Heilige Drievuldigheid geweest, omdat
die naar mijn aanvoelen theologisch het moeilijkst te duiden viel en dus veel
overlaat aan de gelovige/ooit gelovige. Ooit hield ik veel van de hymne
"Kom schepper geest, daal tot ons neer", maar toen men op zeker
ogenblik besloot een andere toonzetting te verkiezen, was de beleving weg.
Intussen had ik het "Veni Creator
Spiritus" leren kennen en ontstond een nieuw klankbeeld.
Het denken over hoe mensen die
hele discussie konden ontwikkelen, zowel dus de idee van de Drie-eenheid, als
de tegenstanders die God en Christus niet als een persoon in twee gedaanten
konden en willen zien, blijft fascineren. Het blijft opvallend dat men, omdat
men het geloof in de Bijbel, het evangelie en de hele santenboetiek heeft
verloren of terzijde geschoven, toch niet dat facet van onze cultuur ernstig wenst
te nemen, wat in wezen een problematische positie moet heten, omdat het werk
zelfs niet half gedaan is als men de vele ontwikkelingen op dat gebied niet het
bestuderen waard acht.
Goed, het Verborgen
Genootschap heeft zich van de kerk en van God afgekeerd en daar waren goede
redenen voor en later heeft men met de constructie van het wetenschappelijk
positivisme getracht een mens- en wereldbeeld te formeren dat wellicht de eigen
ijdelheid kon strelen, maar antropologisch hele terreinen braak liet liggen.
Kan God nu bestaan of niet? Het ene valt slechts met acrobatisch denkwerk te
betogen en het andere vergt in feite nog meer denkwerk, want bewijzen dat iets
niet bestaat dat men niet vatten kan, valt natuurlijk moeilijk. Beide pogingen
evenwel komen voort uit een specifieke ontwikkeling het Westen, dat slechts
geleidelijk vorm heeft gegeven aan onze samenleving, want het begon vaak in
kleine gremia, zelfs bij enkelingen, zoals Copernicus, om vervolgens breed
geaccepteerd te worden, als evident te gelden. Intussen ontstonden er ook nog
eens discussies of werden ze opnieuw opgerakeld over kwesties als "het
geloof dan wel de werken des geloofs", waarbij in verschillende vormen de
idee dat het geloof alleen volstaan moet, vorm kreeg. Ook het mystieke leven
kreeg soms een mooie uitgroei om dan weer te verdorren tot droog hout. Het
verhaal van Geert Grote geeft dan weer een ander facet te zien. En sommige
mensen gingen dan dwepen met de duistere nacht van de ziel, waardoor ze finaal
ook verblind werden.
Het was dan ook fijn wat
onvoorbereid op een mooie pinksterdag in Bachte-Maria-Leerne uit te komen, de
wereld ook van schilders als Saverys en Gustave van de Woestijne, maar ook de
dichter Basiel De Craene die in het park van het kasteel van Ooidonk in 1934
begon met Vlaamse Poëziedagen, die na 1938 in Merendree zouden plaats hebben,
omdat De Craene in dat jaar daar pastoor werd. In 1955 hield het op te bestaan.
De kerk van Sint-Pieters en Sint-Paulus, een dubbel patroon dat wel niet zo
vaak voorkomt, was dus al vroeger een oord waar de muzen kwamen toeven. Ook
Johan Daisne hechtte eraan daarbij aanwezig te zijn. Het belooft weinig voor
deze tijd dat we dergelijk initiatieven niet echt meer ziet zitten, maar
misschien is het niet juist blijk gevend van een groot enthousiasme, als men
zich zo alsnog te kijk wil zetten... voor wie alleen het beste goed genoeg zou
wezen, al weet ik lang niet altijd wat het beste is.
Daarom dus was ik verrast te
zien dat de organisatie van dit gebeuren, Leieland Klassiek, zo kleinschalig
is. Een jonge pianiste, Yanna Penson, heeft immers die concerten opgezet en
zelf op 3 mei een uitgelezen publiek plezier gedaan. Zelf was ik er dus niet,
maar wel op de mooie pinksterdag 24 mei kon het ons een onverwacht genoegen
scheppen. Eigenaardig genoeg had ik over de middag nog eenzelfde muziekje weg gezapt,
ook blokfluit, maar het ontbrak aan prosodie. Die namiddag heb ik er echt wel
van kunnen genieten, want de muziek van Telemann, die ik met dank aan
Tafelmuziek (ooit op radio 3, nu Klara) had leren te wantrouwen, al is zijn
oeuvre zo mogelijk nog omvangrijker dan dat van Johann Sebastian Bach, klonk
echt en opbeurend. Deze namiddag bewezen de blokfluitvirtuoze Ruth van
Killegem, de hoboïst Marcel Ponseele, Guy Penson op clavecimbel en Bernard
Woltèche op cello, samen Il Gardellino, dat deze muziek ook wel iets heeft.
Het blijft verbazing wekken
hoe weinig avontuurlijk de brede media zijn, want zo een klein ensemble, waar
Klara wel aandacht aan besteedt, kan ons wel bekoren. Corelli? Italiaanse
meester met een frisse toon en Antonio Vivaldi, die zelfs het niveau van
meester doet verbleken, het blijft mooi eens een compositie van die aard te
horen. John Loeillet de Londres of Van Londen, om hem te onderscheiden van zijn
neef Jean-Baptiste Loeillet van Gent, was zelf virtuoos op blokfluit en Hobo en
speelde ook clavecimbel en zocht zijn heil rond 1705 in Londen. A propos, in die periode bleek ook Gent een paar muzikantenfamilies te hebben gekend, die
nu vergeten zijn.
Het luisteren naar muziek die
men niet echt gepland had maar gewoon op de weg komt, zomaar, kan best
verfrissend zijn en een paar vooroordelen op losse schroeven zeggen. Marcel
Ponseele toonde met Il Gardellino ook nog eens aan dat muziek wel speels kan
zijn, want na het slotapplaus kregen we nog een Ierse dans te horen en als verrassing
een bewerking van stukken uit de Peer Gynt van Edvard Grieg. Ik dacht zelfs
even, in een flits aan Knut Hamsun en diens "Pan". Hoever kan muziek
ons wegvoeren van de plaats waar we luisteren?
Na het concert dronken we voor
het kerkje nog een glas wijn en praatten we nog wat na, wat altijd een goede
afsluiting vormt en de kans geeft indrukken te wisselen. Een dame die ik al
enige tijd niet ontmoet had, kwam op me af en vroeg me hoe ik er in godsnaam
weet van had gekregen, dat er zoiets te gebeuren stond. Maar ze wist wel dat ik
graag eens in zo een recitalpubliek opdaag. Dat de muziek niet a priori mijn
uitgesproken voorkeur heeft, maakt de ontdekking van het vlotte en dynamische
spel er alleen maar fijner om. Ze vond dat een mooie beschrijving van de
situatie en vertelde niettemin dat grote concerten ook hun charme hebben en wie
zal dat tegenspreken. Ze was het dan ook wel met me eens toen ik haar
voorstelde te bedenken dat mocht er alleen nog muziek uitgevoerd worden door mensen die de beste
waren in hun vak en die, naar men beweert, de perfectie vertegenwoordigen, er
nog weinig te genieten zou vallen voor gewone stervelingen die niet even vlug
naar Salzburg of Bath kunnen. Bovendien getuigt het van een zekere moed om als
jonge muzikante zoiets op te zetten, maar waarom dit niet achten en la Argerich
bovenmatig prijzen om haar kunstvakantie in Lugano?
Of de heer Ponseele een fout
heeft laten horen, een vergissing in de maatvoering had laten horen, kan ik
zelfs niet vermoeden, want zo goed ken
ik de werken niet. Ik ken ze gewoon niet. Barok kan best levendig klinken en
vrolijk uit de hoek komen, als decor bij het goede leven. Componisten aan het
begin van de achttiende eeuw stonden voor moeilijke keuzes, want er werd van
hen verwacht dat ze precies de verwachtingen van de broodheren zouden invullen
en tegelijk wilden die niet dat muziek beluisteren een moment van verveling zou
worden. Sommige broodheren waren zelf de muziek genegen, andere vonden het
hoogstens een vervelende conventie. Maar je moest maar een Antonio Vivaldi zijn
om met beperkte middelen mooie muziek tot leven te wekken. De dame beaamde mijn
onuitgesproken gedachte dat we van 's mans oeuvre niet zo heel veel horen,
meestal vaak hetzelfde, toen ze vertelde dat ze wel eens in Venetië was geweest
en er een koor van jongedames had gehoord die het werk van Vivaldo ten gehore
had gebracht in het hotel waar ze verbleef.
Ik denk dat we pas echt
fijnproevers worden als we de rijke paletten van de verschillende genres en
bezettingen te horen krijgen, want ook daar willen we wel eens obsessioneel uit
de hoek komen. Muziek in het dorp? Met enkele mensen vonden we, gezeten aan de
oever van de Leie dat het altijd zo gemakkelijk en zo aangenaam voor
commentatoren van allerlei slag blijkt om dat wat voorhanden is, zoals de
architectuur en de ruimtelijke ordening of het gebrek eraan - volgens
gezaghebbende bouwmeesters - af te serveren. Neen, men gelooft dat er weinig
deugt in dit land, vooral de mensen niet, want die zijn toch zo bekrompen en op
hun gemak gesteld, grenzeloos geborneerd enfin. Ik kan het wat mij betreft niet
laten de gedachte van Thomas Mann in verband met Hanno Buddenbrook - vertaald
door Pe Hawinkel, dacht ik, maar het kan ook een andere vertaler geweest zijn -
te hernemen, want men vindt zo graag de bourgeoisie een factor van stagnatie en
gebrek aan moed, maar vergeet daarbij, zoals ook deze namiddag ook weer is
gebleken, dat mensen niet altijd wachten op goede instellingen, cultuurhuizen
om hun eigen interesses te delen met anderen. Eer dus ook aan de lokale middenstand die de zaak wil steunen.
Ik zal dus de tijd verbeiden
dat ik deze jonge dame, Yanna Penson hoor spelen, life, want daar waren het
toch wel weer over eens: muziek beluisteren via goede installaties kan best,
maar zo een concert ergens in "La Flandre profonde" laat zien hoe
rijk het leven wel niet is. Terwijl we wisten dat in de Kuip van Gent die avond een goed georchestreerd pandemonium losbreken zou, waar 125.000 mensen zich verzamelden om de kampioen te
vieren. Moet kunnen en zou er toch zelf niet heen gaan, wegens te hectisch en
te veel risico in de massa verpletterd te worden, maar sommige mensen vinden
dat het toppunt. Nu goed, goed voetballen als team kan voor de toeschouwer ook
best boeiend zijn, maar een muziekstuk plegen is toch van een andere orde.
Alleen is de oude Europese cultuur ingedikt tot enkele smaken, waar men verder
niet veel meer aanvangt. Marcel Ponceele c.s. liet horen dat ook een
barokensemble origineel kan blijken en vrolijk klinken kan.
Oh ja, die gedachte over de
betekenis van Pinksteren, die kwam er niet zomaar, maar had juist te maken met
persoonlijke ervaringen van de afgelopen maanden, maar dus ook met een muzikaal
gebeuren als die waarop Il Gardellino ons vergastte op die mooie pinksterdag.
Het gaat erom dat we inderdaad moeten proberen in ons denken een rationele
benadering voorop te tellen, maar zoals muziek leert, kan men ook wel wat aan
de verbeeldingskracht overlaten. Tegelijk laat muziek ook goed voelen wat het
verschil nu wel zou wezen tussen emoties en sentiment, waarbij het tweede -
misschien ten onrechte - als minder authentiek moet gelden dan de emoties die
in ons door horen, zien en voelen bezoeken. Sentiment is dan wat we zelf zouden
willen voelen in een bepaalde omstandigheid, iets dat we willen uitdrukken,
zonder dat de emotie er is. Soms kan dat nodig blijken, om de verstandhouding
met iemand niet nodeloos in de war te brengen. Maar als je luistert in zo een
kerk en je laat de muziek binnen komen, waar het zich onnaspeurbaar mengt met
andere gevoelens, dan kan dat soms heftig zijn, zo erg dat sommige mensen er
eenvoudigweg voor passen. Maar voor emoties ga je niet zomaar op de vlucht,
want dan halen ze je misschien wel in. Maar soms kan het te heftig zijn...
Zondag merkte ik naderhand hoe ontvankelijk ik was voor deze muziek en voor de
wijze waarop we terug naar het dagelijkse gestuurd werden. In die zin is de
beleving authentiek, maar alle bedenkingen en de stille vreugde die er
naderhand kwam, lag toch aan dat mengsel en daar ben ik zeker ook de musici op
het podium dankbaar voor.
Bart Haers
Reacties
Een reactie posten