Verstandig en weigerachtig, Michelle Obama





Dezer Dagen



First lady met ambities
Geen president in hope



Een boek dat misschien toch wel
aandacht waard is, maar ik moet het
dus nog lezen. 
Michelle Obama heeft wel iets te zeggen en na haar acht jaar in het Witte Huis, blijkt ze nog altijd scherp naar mens en samenleving te kijken. Wellicht zal ik deze keer wel het boek ter hand nemen, omdat ik denk dat zij een eigen rol heeft vervuld en voor anderen een rolmodel is (geweest), een baken van hoop. Maar hoe kunnen we dat begrijpen.

Ik las het boek nog niet, toch roept het bij mij al vragen op, in een welwillende zin, omdat die vrouw, dame al heel wat blijken van grote maatschappelijke betrokkenheid heeft gegeven zonder te vergeten hoe ze zelf met weinig voorrechten is opgegroeid, of helemaal geen, tenzij een stel ouders die haar en haar broer, zussen de basis legde voor een gezonde ambitie, wetende dat het zonder hard werken nergens toe zou leiden. Het is meteen een opmerkelijk iets in deze tijd, waar kinderen uit arme milieus geleerd wordt zich als slachtoffer te zien en daarnaar te handelen in plaats van aan de slag te gaan en zich een weg te knokken, met de hulp van de ouders en van leraren, ook al durven die wel eens de bestaande aannames te vertolken. Als ik het wel heb, had ook Alicja Gescinska daar als dochter van Poolse migranten in de streek van Aalst last van, maar het lukte haar de taal, het Nederlands goed te leren, beter zelfs dan vele van de autochtone medeleerlingen, die dat maar sneu vonden.

Het gaat over opgroeien in moeilijke omstandigheden, zoals ook Richard Sennett beschrijft in zijn autobiografische reflecties over het begrip “respect” en wat het in het concrete leven kan betekenen. Haar ouders wilden dat ze behoorlijk spraken en geen straattaal, waardoor haar nicht haar verwaand vond. Het feit dat beschaafde taal hanteren als een bijzonderheid werd en vooral wordt gezien, zegt veel over de verandering in de cultuur, waarbij men meent dat men niet tot de elite moet willen horen en dat is een handige manier om mensen klein te houden. Het gaat er immers om dat (jonge) mensen kunnen ontdekken waartoe ze in staat zijn en wat ze kunnen verwerken. Het is dus zaak een ambitie aan te boren die hen ertoe brengt interesse op te brengen voor kennis en wetenschap, omdat het over onze wereld gaat. In die zin is Michele Obama een representatief voorbeeld van hoe het ook kan, maar in de berichtgeving lijkt het alsof iedereen in haar omgeving, behalve het gezin waarin ze opgroeide, berustte in de omstandigheden en weinig kansen waarnam, laat staan ze wisten te grijpen, terwijl dat wellicht genuanceerder moet liggen, wat niet betekent dat het gezin Robinson niet een voorbeeldrol had, al kon dat dan ook weer afgunst opwekken.

Haar moeder ging dus klagen dat het in de basisschool niet opschoot omdat de juf te weinig of geen gezag had. Michelle mocht rekenen op goed onderwijs, kwam in een school voor begaafde kinderen en kon aan Princeton studeren. Zij genoot van dat uitzonderlijke venster van opportuniteit dat die jaren zestig, zeventig … bood aan ouders en hun kinderen die het wilden om mits de nodige inspanningen goed uit te komen. Ik denk dat we dit niet voldoende kunnen waarderen, maar ook moeten vaststellen dat vervolgens een sfeer ontstond van hernieuwd streven naar een elitaire samenleving. De meritocratische obsessie stond het open houden  van de bredere instroom in principe niet in de weg, maar de collegegelden optrekken was natuurlijk een handige uitweg, want het ging uiteindelijk om het bewaken van privilegies voor een zittende (blanke) elite. Via een systeem van beurzen voor zeer begaafden uit niet bevoorrechte families kon men dan zelf mensen selecteren. In meerdere opzichten is het verkieslijker dat de financiële drempels niet hoog zijn, waarbij dan  de kwaliteit van het onderwijs en onderzoek wel gewaarborgd worden.

Het grote debat over wie mag uitgroeien tot een bijzondere figuur of vrede moet nemen met wat kruimels, zonder aan een eigen toekomst te kunnen werken, blijft vaak steken bij de veronderstelling dat het toch niet dondert of men de nodige inspanningen doet voor wie voor een kwartje geboren werd. Om het probleem van dreigende dan wel feitelijke uitsluiting aan de orde te stellen, gaf men de idee van slachtofferschap een nieuwe lading mee, door het systeem als bron van onheil voor te stellen. Vroeger spraken we van structureel geweld, nu is men dus slachtoffer van allerlei mechanismen, waarvoor men, de overheid, de politiek dan oplossingen moet voorzien. Het kan nobel lijken, maar als studenten beweren dat ze ongemakkelijk worden van een verkeerd woord of gedachte, dan denk ik dat het juist al overbeschermde jongeren zijn die zelf nauwelijks in hun bestaan verontrust zijn. De werkelijkheid onder ogen zien betekent wel eens dat men ongemakkelijk stemmende inzichten moet onderzoeken. Michelle Obama zal zich daar wel zeer bewust van geweest zijn.

Slachtofferschap cultiveren werkt de emancipatie tegen en dat geldt vooral voor mensen die er maar net in slagen hun weg naar een beter bestaan te maken. Ook te onzent beweert men wat graag dat men mensen moet begeleiden en ondersteunen en gelijke kansen moet geven. Daar kan niemand iets tegenin brengen, want goed onderwijs verschaft net die begeleiding, wil kinderen en jongeren ondersteunen, maar er staat wel iets tegenover, die jongens en meisjes moeten wel hun best doen om zo goed mogelijk te presteren. Het punt is dat in het huidige klimaat een paar categorieën van kwetsbare jongeren, bijvoorbeeld met laaggeschoolde ouders, alleenstaande moeders krijgen aandacht en uiteraard zal men achterstand hebben als de thuistaal niet het Nederlands is, waaraan men inderdaad zal remediëren. Laat toch duidelijk zijn dat dit inderdaad moeilijke omstandigheden kunnen zijn, maar de vraag is of de verregaande vorm van toegeeflijkheid, die men bepleit, echt iets bijbrengt. Kan een jongere, die intensief turnt en op zeker moment uitstekende resultaten haalt dat dan niet opbrengen, die vele uren trainen, de pijntjes en pijnen en ook wel eens de ontgoochelingen omdat een oefening niet snel genoeg in de vingers komt? Het feit dat men in het basisonderwijs heel wat moet leren, lezen en schrijven, rekenen ook, waarbij men graag voorwendt dat bijvoorbeeld gramatica en zinsbouw, zinsontleding niet meer hoeft, want te abstract, ontneemt jongeren de noodzakelijke basis om later succesvol moeilijker leerstof onder de knie te krijgen. Ja, de tafels van vermenigvuldiging aframmelen lijkt redelijk idioot, maar is wel behalve een geheugentraining ook een manier om grote getallen en verhoudingen beter en sneller te zien.

Niet dat men in de klas of op school hard moet zijn, wel streng en rechtvaardig, wil men dat juist die jongeren die op het oog weinig kansen hebben, toch slagen. Het is wel zo dat als kinderen weinig succeservaringen hebben waar ze fier op kunnen zijn, inderdaad schoolmoe kunnen worden. Maar het is net aan leraren en juffen gegeven daar op in te gaan en die jongeren de nodige steun te geven. Maar ze moeten hen niet als slachtoffers voorstellen, want dat zijn ze niet. Immers, hoe zou iemand het slachtoffer van het onderwijsbestel kunnen heten, als hij of zij nog maar goed en wel begonnen is? Omdat de juf, de meester te streng is, of omdat de ouders dat onderwijs niet zouden begrijpen? Onderschat men dan niet die ouders? Wel is het zo, meent ook Zuhal Demir, staatssecretaris voor wetenschapsbeleid en gelijke kansen, toen en nu dat de ondersteunende dienst die mee de studiekeuze begeleidt, soms te gemakzuchtig bleek in adviezen, zeker aan meisjes: snit en naad was al heel wat of haartooi, familiale toen de leerplicht nog op 14 jaar lag. Ook zegde de Vlaamse politica van Koerdische komaf dat toen ze niet enkel humaniora deed maar vervolgens op kot ging in Leuven, dat men haar dat niet zomaar gunde. Groepsdruk zal in de omgeving van Michelle Obama ook wel het nodige hebben teweeggebracht, maar ze kwam op Princeton en vervolgens op een befaamd advocatenbureau in Chicago. Later ging ze in overheidsdienst werken.

Hoewel wij haar kennen als een immer stralende mevrouw die graag lijkt te zwaaien naar ons, het publiek, want wij zouden dat verwachten, had het gezin Obama ook een moeilijkheid te overwinnen, want de kinderen kwamen er niet op natuurlijke wijze. Hoeven wij dat te weten? Moet het levenslot van haar dochters op tafel komen? Ik denk dat ze dat niet wilde, maar dat het tegelijk noodzakelijk was om bepaalde van haar keuzes te plaatsen in een bepaald kader. Het is namelijk voor kinderen die geboren met dank aan IVF en andere vruchtbaarheidstechnieken niet zo evident om zichzelf als zodanig te begrijpen. Voor zover we het konden volgen, bleek de first lady wel zeer begaan met het psychische evenwicht. Alleen, onze eisen inzake openbaarheid, moet hen wel zwaar gewogen hebben, zoals ik wel eens denk bij de foto van John John, de zoon van JFK toen zijn kist werd weggereden. In zekere zin wordt daardoor de keuze voor het presidentschap niet enkel voor hem of haar een kwestie van gewicht, maar ook van de directe omgeving. We laten zo te zien ook niet toe dat deze families niet meer in de anonimiteit terug treden. Zou dat de bedoeling geweest zijn van de Founding Fathers? George Washington wilde geen andere aanspreking dan “Mister”, maar intussen is het aanzien van het ambt de betekenis van de federale instellingen, inclusief het presidentschap zo omvattend is geworden, dat een president geen normaal leven meer kan leiden en alles publiek wordt, zoals bij de Franse koningen, wat de stichters van de VS zeker niet wilden, Washington toch niet.

Belangrijker nog is de vraag of politici en hun omgeving zozeer in de picture moeten komen. Hun beleid en de verantwoording zeer zeker, maar het persoonlijke leven hoeft niet op de cover van elk blad, zelfs als het om goed nieuws gaat. Het gaat erom dat politici en hun omgeving nu net wel slachtoffer worden van een situatie die niets met het dienen van het algemeen belang te maken heeft, wel met de gedachte dat een succesvol politicus voortdurend in de picture moet staan en niets mag de analisten ontgaan. Dat is dodelijk voor de politicus v/m, voor de democratische ordening en uiteindelijk draagt het niets bij aan het begrijpen van soms moeilijke besluitvorming.

De discussie over het feit of zij in de race voor het presidentschap moet stappen, zal ondanks haar duidelijke uitspraken wel niet stoppen. Met haar boek heeft ze dat allemaal nog eens helder uitgespeld, want ze kan net die druk op het persoonlijke leven en de vele slagen onder de gordel niet verdragen. Waarom zou ze dan streven naar het hoogste ambt? Omdat wij menen dat ze het kan, omdat wij menen dat het na Trump niet nog erger mag worden, maar Europeanen moeten wel eens leren dat ze geen stemrecht hebben in de VS en sommige uitspraken weinig blijk geven dat  respect voor de Amerikaanse democratie. Bovendien zal haar kandidatuur, naar ik begrijp, zorgen voor nieuwe opstoten van white supremacy, de idee van doorgaans laag geschoolde blanken dat ze hun positie in de samenleving, die inderdaad precair is, zullen verliezen, zowel in de mijngebieden in de Appalachen als in de staten van het diepe zuiden, waar de Secessieoorlog niet vergeten is. Haar kandidatuur zou succesvol kunnen zijn maar voor haarzelf, haar gezin en voor de Amerikaanse samenleving uitlopen op heel veel spanningen, zo niet op geweld.

Wat was er gaan in 2015 en volgende jaren dat politiemensen zonder veel terughoudendheid geweld pleegden op (jonge) mensen met Afro-Amerikaanse achtergrond? Was het omdat de media aandachtiger waren? Of liep het geweld na het aantreden van Donald J. Trump echt terug? Even leken er minder schietpartijen, maar dat is helaas niet juist gebleken, maar over politiegeweld hoort men niet meer zoveel. Dat Michelle Obama weet hoe aan de South Shore in Chicago kinderen opgroeien zonder veel perspectief en dat er al eens jongeren per vergissing neergeschoten werden, zadelde Obama al op met een groot verantwoordelijkheidsgevoel, maar evengoed kwam zijn onmacht aan het licht en dat werd bitter uitgespeeld door zijn tegenstanders. Waarom zou men in de VSA niet aanvaarden dat het Second Amendement geen betekenis heeft als er geen duidelijke externe vijanden aan te wijzen vallen en dat ment het geweldmonopolie van de overheid moet instellen; men kan het amendement ook bewust anders lezen en daarmee voortdurend de publieke opinie bombarderen.  

Mocht u daarom denken dat zij terug zou schrikken voor een belangrijke opdracht, campagne voeren voor het presidentschap, dan denk ik dat men haar houding te zeer ziet als een vorm van lafheid. Ze beseft gewoon dat in het huidige klimaat op een acceptabele manier aan politiek doen bijzonder moeilijk is. Trump heeft McCain wel heel hard aangepakt, zonder scrupules en wellicht is het dat wat haar tegenstaat, want zonder bepaalde principes en waarden in de politiek stappen kan succesvol blijken, het gaat ten koste van de welvaart en welzijn in het land. Jawel, de beursindexen blijken nu, een kleine maand na de Midterms, diep in het rood te staan, onder meer als gevolg van de handelsoorlog met China, maar sinds september zat de klad er al in.

Toch is het onder vuur nemen van het persoonlijke leven van politici door allerlei moralisten voor en vooral achter de schermen, nefast voor het publieke debat want dat zorgt ervoor dat men zich niet alleen geen misstappen kan veroorloven, men mag ook geen  inschattingsfouten laten optekenen of er zelfs maar de schijn van wekken. Nochtans kan niemand hopen nooit iets verkeerd te denken, te willen en te doen want dat is, zoals men weet in handen van de critici, soms ook van de fans. Het punt is dat conflicten op dat ogenblik niet ter zake doende worden beslecht, maar via het ondergraven van de geloofwaardigheid van politici v/m. Michelle Obama zegde al meerdere malen dat ze zo niet kan functioneren en herhaalt dat in haar boek.

Het knelpunt voor haar is wellicht dat ze begrijpt dat wie in de ‘Washington Swamp” wil staan, met allerlei machten te maken krijgt die de president niet altijd kan weerstaan, zoals bijvoorbeeld de NRA, de lobby die de wapendracht verdedigt door voortdurend te verwijzen naar het Second Amendement, wat op zich moet kunnen, maar het aantal doden dat jaarlijks valt in schietincidenten, die ons maar bereiken als ze ernstig of bijzonder genoeg lijken, kan men toch ook niet meer laten passeren. Daarmee hangt samen dat men in een democratie ook ernstig moet van gedachten wisselen over hoe macht nooit ver weg is en machtsargumenten een evenwichtig debat in de weg staan. Deze macht is vaak niet formeel gelegitimeerd, maar berust bij coterieën of zelfs bij enkelingen met grote fortuinen.

Men kan zich maatschappelijk engageren om iets ten dienste van de samenleving te betekenen, men kan het ook doen voor eigen profijt, met de meest nobele argumenten of door te zeggen wat anderen niet gezegd willen hebben. Door haar optreden ging bij velen de hoop leven dat zij, Michelle Obama toch in de race zou stappen, want men dicht haar grote kansen toe, net omdat ze zo weigerachtig lijkt te staan zich in de strijd te werpen. Ze zou ook hoge ogen gooien omdat ze is wie ze is, wat niet helemaal onterecht mag heten, maar zelf lijkt ze haar eerdere verblijf in het Witte Huis in te schatten als een bron van onmin voor politici en commentatoren, net als haar onbesproken reputatie.  Maar wie is die vrouw nu eindelijk? Gedreven is ze alvast, maar is zij bereid uren te overleggen over moeilijke binnenlandse en buitenlandse kwesties en te komen tot een werkbare consensus? Vooral als men in overweging neemt dat sommige leidende politici liever geen akkoord hebben dan een dat de tegenpartij goed uitkomt. The art of the deal, dus.

We zullen als burgers nu toch eens moeten duidelijk maken dat de inhoudelijke behandeling van een dossier ons meer aanbelangt dan het gekissebis om als mooiste uit de strijd te komen. In de media is het van belang te weten wie met wie in de clinch gaat en waarom, in termen van prestige en eigenbelang, lang niet altijd krijgen we te horen waar het om draait. Mevrouw Obama laat zien dat zij, als First Lady en ook nadien in die benadering wel heil zou zien, maar dat zij niet, zoals Hillary Clinton aan de schandpaal genageld wil worden in een verziekte sfeer. Als evenwel alleen de degoutanterikken in de politiek stappen, dan wordt het natuurlijk ook niets.



Bart Haers

Reacties

Populaire posts