Misleiden de media


Politiek en Samenleving

Waarom de politieke wereld 
de “mensen” niet meer begrijpt
Over de misleiding van de media
Niet de burger maar de regeerder is de klos

Wat de mensen willen? Wie zal het zeggen? Het gaat om wensen die we koesteren voor onszelf in ons particuliere leven of voor onze naasten, magen en vrienden. Het gaat ook om het grotere geheel, om wat we voor de samenleving wensen. Over hoe we eventueel hopen dat er aan de banken- en kredietcrisis een gunstig einde komt en hoe we verwachten dat de politiek voorwaarden kan blijven scheppen om onze persoonlijke search for hapiness en die van anderen tot een voldoening scheppende realisatie kunnen brengen. 

Een paar dagen geleden werden we erop gewezen dat een gewezen God het bijltje erbij neerlegt. Hij kan de verwijten en de druk niet meer aan. Andere (gewezen) goden werden briljant bevonden, maar bleken niet alleen gewoon maar mensen, maar vaak zelfs niet bij machte hun verlangens op een aanvaardbare manier vorm te geven. DSK, Di  Rupo, Hollande, zij blijken stuk voor stuk briljante, geniale geesten zelfs. Welke geschoolde medeburger kan dit nu aannemen? Toch schudden journalisten dag na dag en zonder verdere bewijsvoering aan dat Reynders en andere Verhofstadts zo ongeveer het summum van kennis en kunnen in huis hebben. Enfin, wat Reynders betreft zijn de meningen verdeeld, want men vindt dat hij er op financiën een puinhoop van gemaakt heeft. Men vindt aan de andere kant, tot eergisteren, Donderdag 1 december althans dat Leterme eindelijk maar een geitenboer was zonder echt veel capaciteiten. Leterme, de meest Belgische van alle politici wegens familiale wortels aan beide zijden van de taalgrens te vinden zijn, met een internationale ervaring ook en wellicht met een beter inzicht in het falende bestuur in het zuiden des lands. Moeten we het nog hebben over de jonge snaken van de PS die in de beste tradities van hun (politieke) vaders geen weerstand konden bieden tegen de verleidingen en douceurtjes die de uitoefening van de macht hen voorhielden. 

Of zouden we het dan toch over een hoogmogende heer van de Europese commissie mogen en moeten hebben? Hij verstaat het een wet ter discussie te stellen bij het grondwettelijk hof over het opheffen van het bankgeheim? Leuk, een fraudeur die aangepakt wordt? We weten het nog zo zeker niet. Maar er is een ander probleem dat zich stelt: Ook Karel de Gucht werd geniaal, alvast super intelligent bevonden. Waar dit uit had of heeft kunnen blijken is ons nog steeds niet duidelijk. Waar iemand als Dirk Sterckx zich als journalist had bewezen als een degelijke beroepkracht die heel vaak goede analyses wist te brengen over onder meer Europees beleid, kennen we Karel de Grote, die uit Berlare als iemand die met het grootste gemak de kijker kon wijs maken dat de Verlichting een groot goed is omdat het de scheiding van Kerk en Staat zou gebracht hebben. Dat die scheiding een moeilijk bevochten uitvloeisel was van de Investituurstrijd, van de Reformatie ook en dat tijdens de Verlichting de inzichten nogal verschilden, zijn niet direct relevante details. Men moet maar eens goed bekijken welke rol de Gallicaanse en vooral de Anglicaanse kerk bekleed hebben. En wat de gelijkheid van man en vrouw betreft, ook daar zou men best bescheiden over blijven. Hoeveel auteurs hebben dit letterlijk zo voorgesteld? En dan blijft de vraag of de brave EU-commissaris zich er wel rekenschap van geeft of zijn concept van vrijheid nog wel steek houdt. Want stellen dat mijn vrijheid ophoudt waar die van een ander begint, is niet onjuist, maar verre van volledig. Nu ja, of Karel de Gucht de mening van Jan Verplaetse deelt dat vrijheid een illusie is, blijft ons onbekend. Want in dat geval, zo laat het zich aanzien, zal men een Marc Dutroux niet verantwoordelijk, laat staan schuldig kunnen bevinden. Moeten we opnieuw gaan nadenken over de wijze waarop zo iemand door het gerecht zou moeten behandeld worden. En wat zullen de slachtoffers dan denken? Wat de nabestaanden van de meisjes die het niet meer kunnen navertellen. Toch horen we maar weinig mensen nadenken over de paradoxale situatie die ontstaan kan als we verantwoordelijkheid en schuld inderdaad als ficties, hoogstens aannames moeten beschouwen. Want het mag duidelijk zijn dat we ook niet meer in staat zouden zijn tot nobele daden, tot een bescheiden heldendom. 

Wat de mensen willen? Zeer veel, maar bekijken we de campagne voor verkeersveiligheid, dan merken we hoe het wantrouwen van de overheid jegens de burger is gegroeid. De burger, aldus een bekende politierechter meent dat mensen psychologisch niet bekwaam zijn een auto te besturen. Mooie uitspraak? Maar als ik sommige burgers hoor, dan kan men stellen dat sommige politici niet bekwaam zijn aan het roer te staan van het schip van staat? Of van een groot overheidsbedrijf. De kritiek op de NMBS, die komt van een intermediair lichaam als de bond van trein-, tram- e busgebruikers gaat zelden over de heren Haeck, de Scheemaecker en nog iemand. Het gaat niet over de vraag hoe bij de NMBS Holding en de andere geledingen mensen werden aangeworven, die weldra met pensioen zullen gaan, maar wier pensioen nu door de staat gedragen moeten worden, want het is, ooit, op een blauwe Maandag door de toenmalige regering Verhofstadt genaast. Wie het nog begrijpen kan, mag opstaan, maar de spoorwegen zitten met een onvoorstelbaar sociaal passief, dat deels het product is van rentseeking behaviour. Het is hier niet de plaats het concept uit te werken, maar het komt erop neer dat men middelen uit de publieke sfeer naar personen, soms naar families laat afvloeien zonder dat dit tot meerwaardecreatie leidt. Let wel, een leraar die veertig jaar voor de klas staat, creëert indirecte meerwaarde, zoals universiteiten dat doen. Maar bij de spoorwegen heeft men sinds 1984, toen Herman de Croo het bekende concept van de IC/IR heeft ingevoerd is men ook gaan besparen. Maar blijkbaar zijn daar geen zero-based analyses op losgelaten. Men heeft werkhuizen gesloten en personeel vervroeg op rust gesteld die de sporen onderhielden, de treinstellen onder handen namen en bedrijfszekerheid van het net verzekerden. Zelden is gehoord dat er in administraties is gesnoeid. Misschien is het gebeurd, maar we hebben er niets van vernomen. De cijfers van afdanken waren algemeen en geen journalist heeft bij mijn weten nagegaan wie er aan de deur werd gezet of op pensioen werd gesteld. Ingenieurs en technici werden niet bijzonder gewaardeerd. 

Het is deze wijze van handelen die zorgt voor grote misverstanden. Hetzelfde kunnen we vaststellen als het om het draagvlak gaat voor bepaalde maatregelen of grote infrastructuurwerken. De strijd van Straten-Generaal en Ademloos tegen de Lange Wapper en de houding van journalisten, zelfs van de zeer gewaardeerde Jean-Pierre Rondas heb ik nooit goed begrepen. Ook de positie van Prof. Dr. Georges Allaert is mij nog altijd niet duidelijk. Deze groepen en personen konden apodictisch aangeven waarom ze tegen het project waren. Nu men de discussie aansnijdt over de Krijgsbaan en de ondertunneling van de nieuwe aansluiting tussen de autowegen naar het Noorden, Breda en Bergen op Zoom, merkt men alweer dat de tegenstanders vrijuit kunnen spreken, maar dat er geen mediamens is te vinden die de zaak op haar merites tracht te beoordelen. Het merkwaardigste verhaal is nog altijd dat zowat iedereen die er zou toe doen tegen het aanpassen van kanaal van Schipdonk aan de noden van een nieuwe waterweg tussen Zeebrugge en het achterland. Een Gentse schepen heeft er met veel gedruis en zonder tegenspraak campagne tegen gevoerd. Men ging beweren dat de haven van Zeebrugge subsidies krijgt om containers te behandelen en over te slaan. Maar het blijkt dat de haven van Brussel inderdaad een zekere vergoeding neertelt per containter die in Zeebrugge verscheept wordt, landinwaarts of over zee en die van of naar Brussel gaan. Men heeft gesproken over verzilting van de polder, men heeft gesproken over mogelijk watertekort op de bestaande kanalen en dan vooral het Kanaal Gent-Terneuzen. Men heeft aangelanden gemobiliseerd om het kanaal tegen te houden en zowel de boerenbond als de milieubeweingen hebben zich verzet tegen het project. Het moet mij van het hart dat er nergens redelijke argumenten werden aangedragen voor dit project. Erger nog, men heeft de intenties van de MBZ, De Maatschappij van de Brugse Zeevaartinrichtingen zonder meer in een kwalijk daglicht gesteld. En dan vergeten we dat er intussen een analoog dossier aandient, namelijk het noodzaak om de aansluiting van de windmolenparken op zee met het elektriciteitsnet op het continent zorgt voor nieuwe tegenstand en weerstand. Het is niet duidelijk wie voor en wie tegen is, maar ook hier lijkt niemand zich geroepen te voelen de kwestie op een begrijpelijke en redelijke manier voor te stellen. 

Het gevolg van dit alles? Niemand weet nog wat echt leeft in de samenleving. Wie tegen een project is, vindt zonder veel moeite willig oor. Wie meent dat een grote viaduct, die ook een nieuwe cachet geeft aan de skyline van de fiere stad aan de Schelde daarentegen mag zich drukken om niet met pek en veren overladen te worden. 

Daarmee doen journalisten tekort aan de mogelijkheden van de media, de oude print en moderne digitale, audiovisuele media ook. Het is van belang dat we begrijpen dat journalisten kritisch horen te staan tegenover de overheid en grote bedrijven, maar wat bedoelen we met “kritisch”. Lange tijd werd voorgehouden dat dit wantrouwen tegenover de macht impliceert. Maar als een partij die net zegt de kritische geest te willen bevorderen zelf decennia mee bestuurt, dan krijgt dat begrip “kritisch” een ranzige bijsmaak. Juist de problemen in Franstalig België met mandatarissen die de zegeningen van bestuursfuncties goed weten aan te wenden, laten zien dat kritiek dan wel eens lastig kan zijn. Maar laten we bescheiden blijven, ook in Vlaanderen is mijn en dijn voor sommige mandatarissen al eens een moeilijk dilemma gebleken. De hangende onderzoeken naar de verkoop van gerechtsgebouwen lijkt welhaast vergeten en hoe de overheid op termijn wellicht zware lasten te dragen krijgt, blijft onbelicht. Ook hier staan we dus voor rentseeking behavior, want als PPS een goede manier zijn kan om grote bouwwerken betaalbaar te houden voor de overheid, dan blijkt het wel eens zo uit te pakken dat de overheid een meer dan redelijke rente moet betalen. Ook de aanpak van de scholenbouw en het onderhoud, want daarover wordt echt wel zelden geschreven, kan leiden tot het afleiden van publieke middelen naar onbedoelde schatkisten. Nog eens, de inbreng van particuliere middelen voor grote infrastructuurwerken kan best een redelijke oplossing vormen, maar als de prijs op langere termijn voor de overheid te hoog wordt, dan heeft die overheid zich laten rollen. 

Te bedenken valt en daarom schrijven we dit stuk dat politici eindelijk niet meer weten wat burgers denken of bereid zijn bij te dragen. Nu de regering een reeks zware offers vraagt aan u en mij, dan valt te vrezen dat de nadruk zozeer op de prijs valt en te weinig of al helemaal niet op wat dit op termijn kan brengen, aan nieuwe welvaartsopbouw. De cijfers van de werkgelegenheid blijven een bizar kluwen van vele categorieën. In delen van Vlaanderen worden werkgevers geconfronteerd met een frictiewerkeloosheid, waar nog weinig echt inzetbare krachten te vinden zijn. Zelfs in Brugge, dat in de jaren 1980 leek te vergeleiden naar regio met veel langdurige werkeloosheid is men nu zover dat zelfs, ondanks de crisis de tewerkstelling bijna volkomen is. 

Het is in die context dat veel mensen zich afvragen wat zij nog van de politiek kunnen verwachten, als die er niet in slaagt de inspanningen die nodig zijn op een goede manier aan de man te brengen. Het is ook in deze samenhang dat de media zich aan een grote mate van plichtsverzuim bezondigen, door dat niet te onderzoeken. De banken- en kredietcrisis vormt de culminatie van een evolutie naar deregulering en ontslaan bedrijven, zeker de grote bedrijven ervan zich nog in te laten met de plaats waar ze (vanouds) een inplanting hebben. Als John Ford zijn werknemers beter gaat betalen en zijn collegae aanspoort dat ook te doen, dan was dat inderdaad een manier om de eigen markt te vergroten. Het heeft mee de groei van de Amerikaanse en Europese economie mogelijk gemaakt. Ook het Rijnlandmodel was een economisch dynamisch concept, omdat mensen een grotere zekerheid hadden over mogelijke ongevallen, ziekten, werkeloosheid, waardoor het sparen van inkomsten relatief afnam. We weten dat de spaarquote in Vlaanderen hoog is gebleven. Een gelukkige situatie voor de regering, want zo kon men even een beetje soelaas vinden voor de staatsschuld. Maar op die manier zal de overheid middelen uit de productieve economie vastzetten en dat is misschien ook niet zo goed. 

Kortom, er zijn vele domeinen waar de media, journalisten, maar ook directies andere keuzes hadden kunnen en zelfs moeten maken. Dienen de media alleen maar ernstig nieuws te brengen? Niet echt, maar als het over het algemeen belang gaat, mag men verwachten dat journalisten, dat bladen, radio en televisie betrachten ook de werkelijke inzichten van de burger kond te doen aan de overheid. Dan gaat het niet over het interviewen van de brave marktbezoekers in Leuven, Herentals of de Marollen. Het gaat ook niet op het oor te luisteren leggen bij Mong Rosseel, die een liedje recupereerde om het kanaal van Schipdonk te redden. Het gaat ook niet op aan Daan te vragen wat hij vindt van de toekomst van dit land. Wekelijks kregen we afgelopen jaren intelligente mensen te horen, Dave Sinardet, Marc Hooghe, Philippe Van Parijs, Luc Huyse, Mia baronesse Doornaert en vele anderen die niet wilden begrijpen waarom op het forum van DS de vele afwijzende stemmen maar niet ophielden hun ergernis te spuien; vaak met goede argumenten. Die fora geven, eerlijk toegegeven, ook geen bruikbaar beeld. Maar zoals Jean-Pierre Rondas schreef over de G1000, valt op te merken dat we van de (bedroevende?) resultaten niet veel gehoord hebben. Wie kan het complexe geheel dat de Sociale zekerheid vormt overzien? Wie kan er, op een Danny Pieters of Frank Vandenbroucke na, een scherpe uitleg over ontwikkelen? Alleen, Frank Vandenbroucke heeft nagelaten de vele aspecten ervan toe te lichten in het publiek, wel heeft hij al eens de moed betoond aan te geven waarom het systeem zo moeilijk in stand te houden valt. Maar de fijnregelingen blijven onderbelicht., die er in het verleden al voor zorgden dat uitwassen en excessen werden geweerd. Uiteraard is er een geen enkel systeem bestand tegen misbruiken, maar men moet wel proberen een goede aanwending van de middelen te bevorderen. 

Opvallend is dat de media om meerdere redenen er niet in slagen complexe materies goed te behandelen. Toen enkele weken geleden Werner Trio op Klara Jef Lambrecht te gast had om de Arabische lente te belichten, kon ik mijn oren nauwelijks geloven. De hele zaak werd in een zak gestopt en verdronken onder de vrees voor fundamentalistische moslims en hun drijverijen. Voor zover ik iets van de Moslim Broederschap in Egypte begrepen heb, dan is het wel dat de leden ervan niet voor een gat te vangen zijn en dat de lezing van de Koran en het begrijpen van de regels van de Sharia ook niet zomaar op onmenselijke wreedheid moet uitlopen. Als er zo een bestel bestaat, dan is het nu net buiten de Arabische wereld, in Soedan bijvoorbeeld of in het voormalige Perzië, nu Iran. De wijze waarop Ahmedinejad de macht uitoefent en hoe hij gebruik maakt van de instrumenten die de Revolutie van 1979 heeft aangereikt kan men maar moeilijk vredelievend, mensvriendelijk of te verantwoorden noemen. Hoe het in Egypte zal aflopen kan niemand stellen, omdat revoluties de gewoonte hebben soms van slag om slinger andere paden te volgen en niet altijd gemakkelijk tot een nieuw evenwicht blijken te leiden. De kritiek, maar vooral de vrees die er gespuid werd; klonk op het oor redelijk en net daarom vond ik dat de argumenten voor de pessimistische visie tekort schoten.  Maar we weten intussen dat journalisten op en rond het Tahrirplein maar twee opties onderkennen: ofwel is men voor de revolutie ofwel is men ertegen. De beelden uit Giseh, waar men arme mensen ging interviewen, sprak boekdelen. 

Het gevolg is dat we in feite niet weten of überhaupt een zicht kunnen krijgen op de situatie in Egypte. We weten niet welke rol de Kopten kunnen spelen en nog minder of de andere Egyptenaren inderdaad geneigd zijn de kopten het leven zuur te maken. Enkele weken geleden waren er wel lieden te zien die geen kopten waren en toch mee protesteerden op het Tahrirplein. Tussendoor bedenk ik mij dat ik vorig jaar enkel een vaag idee dat er een en ander aan het gisten was in Algerije, bleek opeens de hele Magreb - behalve Egypte - en de halve Arabische wereld in rep en roer te staan. Islamitisch reveil of schreeuw om verantwoording verschuldigde politieke leiders? En waarom, in naam van wie dan ook, zouden die niet kunnen samengaan. 

De wijze waarop journalistiek vandaag is georganiseerd, laat beleidsvoerders niet meer toe een goed zicht te krijgen op de situatie. Ik weet niet hoe inlichtingendiensten werken, maar ook daar lijkt de scoop, de focus zo dat relevante informatie gemakkelijk aan het oog van de meester kan ontsnappen. De vraag is of de drie, zes traditionele partijen in dit land nog wel goed weten wat hun eigen achterban wel begrijpt, zou aanvaarden en welk perspectief ze verwachten. Slavoj Zizek wijst er niet geheel ten onrechte op dat de meeste partijen een ideologie vertolken die, nu de 20ste eeuw voorbij is, ook zelf nog hoogstens voor de etalage gebruikt worden. Ergens in het jaar 8; moet de noodklok gehoord zijn, toen Obama zijn opwachting maakte, toen bleek dat Lula in Brazilië niet de linkse populist was die men van hem wilde maken en toen in Europa de politieke structuren niet meer bij machte bleken om complexe vragen te beantwoorden, zoals Marc Chavannes schreef in een boek dat verder onopgemerkt is voorbij gewaaid. 

Tot slot nog de bedenking dat net inzake beleidsdomeinen als onderwijs en wetenschappelijk onderzoek de kloof tussen (goed tot zeer goed) opgeleide burgers en de media, maar ook tussen echte professionelen en de beleidsmakers onvoorstelbaar groot is geworden. Het valt op dat de beleidsmakers beslist weten wat goed is voor de leerlingen de studenten, maar dat bijvoorbeeld in Nederland de consensus groot is dat het onderwijs zo ongeveer naar de filistijnen is hervormd. Evenzeer blijkt men de verwachtingen van de ouders niet ernstig te kunnen nemen, want die zouden a) hun bloedjes niet goed evalueren, b) alleen maar op de hoogste richtingen mikken en c) als dat niet klopt zijn ze overambitieus. Een generalisering die kan tellen, maar die past in een globaal patroon van minachting, betutteling en gebrek aan respect voor burgers. Ook journalisten doen hier graag aan mee. Het stuk over de erfenis van Sigmund Freud in de krant roept echt wel vragen op, want uiteraard is de visie van Freud doorheen de afgelopen eeuw verder ontwikkeld door anderen, soms excessief, soms zeer redelijk. Wie dus de erfenis van Freud ter discussie stelt en terecht aan de orde stelt dat hij wel eens onderzoeksresultaten aanpaste aan de intuïtie, vergeet dat hij niet alleen met pathologieën bezig was, maar ook de ontwikkeling van het bewustzijn in kaart bracht. Het blijft bevreemden dat men van wetenschappelijk onderzoek een eenduidig model voor wenst te houden, terwijl de methodologie van chemie, of van bijvoorbeeld geologie heel specifiek is en dat het niet altijd zomaar vast te stellen is of het model dat men in de natuurwetenschappen hanteert zomaar te transponeren valt. Overigens, het is al enkele jaren stil rond de chaostheorie, maar ook daar bleek men methodologische argumenten in het veld te brengen om de resultaten van onderzoek op de helling te zetten. De kwestie is nogal bijzonder, omdat Ilja Prygogine, toch een nobelprijswinnaar niet zomaar over chaos sprak, maar aangaf dat in de natuurwetenschappen zelf de rol van waarschijnlijkheid op vele terreinen betere verklaringen bieden voor verschijnselen dan de vermeende aan zekerheid grenzende causaliteit. In die zin kan men SKEPP wel vragen waarom zij voortdurend de indruk wekken wil dat men wetenschap zomaar als een specifiek en aan een model beantwoordend fenomeen kan voorstellen. Van homeopathie heb ik niet veel begrepen en lijkt inderdaad nogal mistig, maar veel moderne geneesmiddelen zijn wel gebaseerd op klassieke kruidengeneeskunde. Alleen zijn de nieuwe producten veel verfijnder afgesteld en beter te gebruiken. Pharmakon betekende dus wel degelijk vergif en vandaag is men nog steeds bezig, zij het op een andere schaal met geneesmiddelen die niet altijd zomaar heilzaam blijken. De kennis van de arts noch van de chemicus, c.q. de farmacoloog heb ik niet, maar voor zover ik er iets van kan weten, omdat er publicaties komen, probeer ik de evolutie wel te volgen. Eenvoudig is dat niet, maar wel boeiend genoeg om er wat tijd in te steken. En inderdaad,  de vraag wat goede wetenschap is, kan, moet gesteld worden. Nu hebben we afgelopen maanden steeds weer economen de revue zien passeren en velen deden hun interessante uitleg. Maar het is duidelijk dat ook economen veel goede inzichten kunnen brengen over wat achter de rug ligt, maar niet altijd goed de nabije toekomst kunnen voorspellen. Zelf heb ik er geen probleem mee, maar als we de media bekijken, dan merken we hoe hypothesen plots tot zekerheden verheven worden, waar economen niet altijd gelukkig mee zijn. Het is nu eenmaal onvermijdelijk dat een boodschap goed geformuleerd moet zijn, wil ze aanspreken. Echter, als SKEPP het echt meent met behoorlijk wetenschappelijk onderzoek, dan zal die organisatie toch ook eens aan journalisten moeten vragen minder kort door de bocht te gaan. Over het algemeen geldt, ook bij beleidsmakers de idee dat jan met de pet het toch niet begrijpt. Jan modaal is pleitte, want Jan modaal is geschoold en beseft dat er niet altijd transparant gecommuniceerd wordt, laat staan naar waarheid. 

Kortom, we moeten met deze jammerklacht wel eindigen, want er zijn te veel zaken waar een mens zich aan ergeren kan. Het feit dat vandaag in dit land, maar ook in Europa maar weinig politici durven te zeggen dat ze alleen maar blood, sweat and tears kunnen beloven, maar dat aan het einde de samenleving en de burgers beter af zullen zijn… maar voor velen onder ons is er (g)een crisis op economisch vlak, wel een crisis van het vertrouwen. En wil nu net de democratie, de rechtsstaat en de werking van de markten gebaseerd zijn op vertrouwen. Maar als marktspelers, zoals beheerders van hefboomfondsen zelf het vertrouwen te kijk zetten, tja, dan is er nog weinig grond om die mensen te vertrouwen. Het is die kloof waar beleidmakers, mediamensen en burgers zich beter van bewust moeten zijn. De burger weet doorgaans wel wat er te koop is, maar als het vertrouwen beschaamd wordt, maar de media blijven daar blind voor, dan ontstaat er een gevaarlijke mix van rancune en afkeer. We weten dat al sinds 24 november 1991; ook andere landen hebben ermee af te rekenen en toch blijft men vasthouden aan de idee dat men de zaken eenvoudiger, maar vooral eenduidiger kan en vooral moet voorstellen dan zij zijn. Dat leidt tot fricties en dan kan men zich afvragen of men ook in Europa niet naar een clash binnen de civilisatie komen zal. Links - in Vlaanderen - heeft zich gedurende jaren getroost met de idee dat “de mensen” niet weten wat goed voor hen is. Links heeft gemeend, met de steun van zangers en ander schoon volk met de idee dat de Vlaming inherent conservatief is, terwijl duidelijk is voor wie bijvoorbeeld naar de late negentiende eeuw kijkt, dat Freud bijvoorbeeld uitgesproken conservatief in zijn artistieke smaak bleek te zijn, of dat de militairen die in het UK de strijdmacht bestierden geen middelen onverlet lieten om de beste wapens en vloot te hebben, dat Wilhelm II zijn ingenieurs niet hoefde aan te sporen hetzelfde te betrachten, maar dat die moderniteit op technisch vlak niet altijd correspondeerde met hun conservatieve inzichten over de samenleving. Eenduidigheid kan men dus moeilijk vaststellen en dat euvel dienen de media met bekwame spoed ongedaan te maken. 

En toch kan men weten wat er gaande is, want vele bladen en inzichten circuleren op het net. Alleen, zegt men dan, als het niet op televisie komt bestaat het niet. En die vergissing maken beleidsmakers nog wat te gemakkelijk. 

Bart Haers

Reacties

Populaire posts