milde subversie en milde despotie
Brieven
Aan de
mensen die vol verwachting
Naar de
pauskeuze uitkeken
En die
morgen weer kritisch zullen uitblinken
Brugge,
14 maart 2013
![]() |
THomas Mann herschreef een oude legende over een bijzondere paus, misschien een aanzet om over de wereldlijke en geestelijke orde na te denken. |
Het is vreemd te zien hoe mensen die zich niet
schromen alles wat met religie te maken heeft af te doen als onbeduidend, onzin
zelfs nu plots wel met de keuze van de kardinalen bezig zijn. En is de keuze
eenmaal gemaakt, dan komt men een heel programma van wat de man allemaal zal moeten
doen, wordt er ook in zijn verleden gegraven.
De man leefde in het Argentinië van Videla
leefde en ook in het Zuid-Amerika van Leonardo Boff maar men kan hem linken aan
de verdwijning van medebroeders van de societas Jesu en dus kleeft er al, vermoedt
men, een kleine smet aan zijn blazoen. Kan een mens op de gezegende leeftijd
die de nieuwe Paus heeft smetteloos geleefd hebben, in welk ethisch kader dan
ook? Ik dacht het niet. Heeft hij de visie van Boff, de bevrijdingstheologie
gesteund? Hij leeft bescheiden zegt men, neemt in Buenes Aires de bus en kookt
zijn potje zelf. Hij stond achter de armen en zou de regering een enkele keer
uitgefoeterd hebben. Pleit dat voor hem? Heeft hij moed betoond? Ik zou het
niet weten en het zal wel aan het licht komen.
Toen gisteren het bericht viel dat er witte
rook te zien was geweest uit de schouw van de Sixtijnse Kapel komende, viel het
nieuws weg. Er was rook en een voor de kijker tenenkrullende vertoning begon,
op alle zenders. Geen enkele poging om het nieuws van de dag te brengen,
bijvoorbeeld de discussie in het Vlaams Parlement over het voorstel van Geert
Bourgeois met Europa afspraken te maken Roma uit te nodigen, als ze zich hier
metterwoon vestigen ook te integreren, zoals overigens de EU zelf stipuleert in
een richtlijn. Die is niet gericht op de Roma, maar alle burgers die binnen de
EU migreren.
Het gaat in dat debat aan de ene kant om het
recht op eigenheid, aan de andere kant tegen een homogene samenleving. Maar ook
de wijze waarop men mensen uit de armoede en achterstelling wil voeren is aan
de orde. Over menselijke waardigheid ging het in het Vlaams Parlement en die
idee is sommigen vreemd, als ze de minister aanpakken omdat ze vinden dat de
Roma niet hoeven te integreren, of omdat ze, zoals de Winter het stelt, niet te
integreren vallen. Maar voor sommigen is de menselijke waardigheid een a priori
gegeven iets, voor anderen betekent het dat men die kan veroveren, samen met
vrijheid ergens toe bekwaam te zijn. Maar hierover dus niets in het journaal,
hoewel er al discussie over geweest is op de pretbuis – enfin, de meeste mensen
hebben nu vlakke televisies.
De pauskeuze is natuurlijk een bijzonder
gebeuren en sinds de zomer van 1978 is het de vierde keer dat het college van
kardinalen samenkwam om over de toekomst van de kerk te beslissen via de
pauskeuze. In de VS zijn er al heel wat verkiezingen geweest, maar goed, de
keuze van de paus is niet die van het (kerk-)volk, maar van een kleine groep
uitverkorenen – door voorgaande pausen – die een primus inter pares kiezen,
enfin, hij staat uiteindelijk boven hen, boven alles en iedereen. Het
monarchale karakter van het pausdom is dus een eerste terechte steen des
aanstoots. Zou de drager van het ambt minder heilig zijn als hij minder de chef
boven alle chefs was?
Een van de bijzonderste boeken van Thomas Mann
draagt de titel De uitverkorene, over
een paus die een heel parcours had afgelegd, zo beschreven dat je beseft dat
het om meer gaat dan het verhaal. Het gaat om een oude legende of een
hagiografische farce. Thomas Mann slaagde
er in deze roman – als oude schrijver – in via een oud verhaaltje iets van de menselijke
conditie bloot te leggen. Hij wil laten zien dat mensen het ergste kunnen
bedrijven, een oedipale relatie aangaan met zijn moeder, die ook de zus is van
zijn vader. Maar het zijn handelingen waarin het bewustzijn van de fout
eindelijk nauwelijks aan bod komt. Of liever, hij weet dat hij een kind uit
zonde geboren is, zij weet dat zij met haar broer groot onheil had aangericht,
want hij was ter boetedoening uiteraard op pelgrimage vertrokken en gestorven.
De zoon, Grigors zal na het ontdekken van de nieuwe inbreuk op de goddelijke
orde ook boetedoen, maar zonder wapens, gewoon, zo ver mogelijk afgelegen van
de bewoonde wereld. Hoe hij overleefde? Als een mormeldier, bijna een
metamorfose, zodat hij nauwelijks gevonden werd toen twee Romeinse senatoren naar
hem op zoek waren gegaan. Bij de visser
vond men het tablet met de geschiedenis van Grigors en hoewel de visser dacht
dat de zwerver-pelgrim al lang dood zou zijn, vond men op de rots dat
mormeldier, dat nadat het de bijzondere aardmelk die het zeventien jaar lang
gegeten vervangen was door een menselijk voedsel werd het mormeldier opnieuw
een mens, een man en toen hij Rome binnenreed luidden de klokken, ze luidden al
dagen en pas toen de paus zijn ambt opnam werd het stil. Hij werd een paus die
wist te verbinden en te ontbinden, een paus die mensen schuld vergaf als hem
dat juist leek, ook voor de ergste zonden en zo trok, toen de roep van
heiligheid het hertogdom Vlaanderen bereikte, waar de moeder werkzaam was
geworden in een leprozerie, die moeder naar Rome, niet na de nodige
briefwisseling. Ook haar zonde werd haar vergeven.
Ik vind het verhaal, geschreven kort nadat men
zich bewust was geworden dat mensen tot nog oneindig groter kwaad in staat is,
systematisch uitmoorden van volkeren en mensen die niet passen in de gedroomde
samenleving een interessante oefening om te beschrijven hoe mensen ongeweten
bewust toch in de fout kunnen gaan, maar aan het einde komt er een figuur op de
voorgrond die scherp afsteekt tegen de pausen van zijn tijd. Het ontbinden en
verbinden was zijn grootse taak, van paus Gregorius.
Nog eens, het is niet zonder schroom dat ik
aandacht besteedt aan het gebeuren dat een nieuwe paus aangetreden is. Heb ik
als lauwe katholiek, niet eens dat, wel het recht iets te zeggen over het ambt
en de Stellvertrer van Petrus – of
zou het toch God dan wel Christus zijn die de paus vervangt? – en waartoe moet
het dienen.
Men kan zeggen, zoals Voltaire, dat het best
goed is dat mensen zoiets als het geloof hebben, terwijl antropologen erop
kunnen wijzen dat in (oude) culturen een religie altijd aan de orde komt, soms
meer, soms minder georganiseerd. Het geloof, kan men ook bedenken, is een persoonlijke
aangelegenheid, de georganiseerde godsdienst is een publieke zaak. Het behoort
niet tot de publieke zaak, maar interfereert er wel onvermijdelijk mee. Daarom
heeft men met recht de scheiding van Kerk en staat, naast de scheiding der
machten voorop gesteld, maar soms lijken de enen te geloven dat ze te weinig
invloed hebben en anderen voeren aan dat de kerk en haar bedienaren te veel
invloed op de besluitvorming uitoefenen. Dat iemand die een christelijk, lees rooms-katholieke gedachtengoed onderscheidt en als leerkracht,
arts, politicus actief is, kan ook niet helemaal onverschillig blijven als de
burgerlijke overheid in zijn of haar ogen een foute richting uit gaat. Met
andere woorden stellen dat de kerk helemaal geen invloed meer mag hebben op de
samenleving en zo ook wel op de overheid mag men dan wel betreuren – sommigen
doen dit luidkeels – maar het is maar zo dat die mensen in hun werkzaamheid zelf
hun invloed uitoefenen.
Daarom koester ik enige schroom om te
overdenken wat de paus voor deze tijd zou kunnen betekenen. Laat mij toe voorop
te stellen dat er het ambt van de paus is als chef van een staat, maar aan de
andere kant is hij ook een ambtsdrager in een bijzondere constellatie, namelijk
als hoofd van de kerk die nu 1,2 miljard gelovigen telt, dus ook mensen zoals
ik of zoals Marc Reynebeau.
Het vertrouwen in het instituut is de afgelopen
decennia binnen kerkelijke kringen, vooral van leken ernstig ondergraven
geworden. Ook heeft de kerk obstinaat de huwelijksmoraal verdedigd, die geen
rekening hield of wilde houden met de evoluties inzake vruchtbaarheid noch met
het feit dat kijk op seksuele geaardheid zich wijzigde. Men zegt dat deze man
tegen homoseksualiteit zou zijn. Maar zoals Torfs al zegde, men moet dat
obstinate hameren op deze punten achterwege laten. Gelukkig voegde Torfs eraan
toe dat het debat over deze en andere kwesties best meer met grotere
intellectuele rigueur gevoerd zou worden.
Wat mij betreft zullen we moeten afwachten wat
deze paus zal aanzetten en hoe hij de bestuurlijke problemen van de kerk zal
opvangen en van een oplossing voorzien. Maar ook zal het zaak blijken te zien
hoe de anderen, de kardinalen van de Curie hem zullen steunen of tegenwerken.
Nochtans zal niet enkel dat van belang blijken.
Misschien moet het gesprek met de leken maar
eens gevoerd worden, zeker in Europa en dient men enkele instellingen, die door
paus Paulus VI niet werden opgestart en nadien ook vergeten werden echt leven
in te blazen. Het waren precies de instrumenten, bedoeld om de collegialiteit
van (Aarts-)bisschoppen en paus te versterken in plaats van het primaat van het
Vaticaan verder te cultiveren. Het is opvallend dat, excusez les mots, net
heidense media en mensen die veraf staan van de kerk, die ook hun soms goedkope
kritiek niet sparen die de afgelopen jaren dat primaatschap hebben gevoed,
lijkt het mij.
Het zal dus niet werken als we naar het
Vaticaan – maar ook andere machtscentra – blijven kijken alsof het een
krabbenmand moet wezen, want dan komen we niet toe aan de beslissingen, aan de
noodzakelijke discussie over wat er op het spel staat. Nu valt wat de kerk
betreft moeilijker vast te stellen dan ik afgelopen weken hoorde wat er moet
gebeuren. Okay, waarschijnlijk is de pauselijke curie, zoals elke curia (regis)
een krabbenmand en zolang de top de ambities kan sturen en beheersen, zal er
niet zo heel veel aan de hand zijn. Maar behalve het beleid op buitenlands
vlak, waar de legioenen van de paus uitgespeeld worden, is het beleid van het Vaticaan
voor een staat atypisch en dus gaat het ook om atypische problemen. De eenvoud
van het verhaal verhindert eens te meer de heldere blijk. Maar om te weten wat
er aan de hand is, moeten we beter weten hoe de mogelijkheden begrepen kunnen
worden, opdat de zaak zou functioneren. Transparantie, maar ook een minder
hiërarchische structuur en wellicht meer verantwoording. Maar toch is het een
binnenkerkelijke zaak.
Nu, wie democratie eist in een instituut als de
kerk, geeft een motie van wantrouwen af, maar als de hogere kerkelijke leiding
zelf ook geen initiatieven neemt, zal die leiding de betrokkenheid van de leken
verliezen, al lijkt dat al het geval te zijn. Nu is de kerk in wezen ook een
administratief goed geolied systeem, waarin enkele zwaktes van mensen
geneutraliseerd zijn geworden, zoals het celibaat dat het vervreemden van
ambten via erfenis onmogelijk heeft gemaakt. Ook andere facetten van de
administratieve en politieke cultuur zorgen ervoor dat het geheel goed onder
controle is, maar van wie en waartoe? Ad majorem dei gloriam natuurlijk, maar
wat dat voor leken en mensen buiten de kerk mag betekenen is helemaal een
raadsel.
Het gaat erom de kerk als politieke instelling,
op grond van machtsconflicten en een indrukwekkende administratie gedurende
eeuwen een intellectueel monopolie had, dat vooral van binnenuit werd
uitgehold. Alle ketters waren hoog opgeleide intellectuelen. Maar, zoals Rik
Torfs al enkele keren aangaf, de kerk lijkt vandaag niet meer te beschikken
over die intellectuele kracht om de boodschap te brengen. Niet omdat wij niet
meer geloven, dus zou de kracht van de kerk afgenomen zijn, maar misschien ligt
het eraan dat de oude religie geen weg gevonden heeft om zich tot de mensen van
deze tijd te richten.
Maar helemaal waar is het niet want we hebben
wel heel duidelijk behoefte aan rituelen, aan waarheid ook, aan zekerheid
vooral. Dat de kerk van haar sokkel gevallen is en priesters nog moeilijk
kunnen spreken over de dingen die er voor mensen toe doen, maar ook geen
zekerheden meer te bieden hebben, die ze ooit zo gemakkelijk schenen uit de
mouw te schudden, het blijft moeilijk te negeren. Wellicht was dat een deel van
een plaatje, maar de zekerheid, waar het hier over gaat, was ook een wens van
mensen.
Opvallend is dat oudere mensen vandaag zeggen
dat ze zoveel wijs zijn gemaakt in hun jeugd. Vroeger had ik ook een gesprek
met een lid van de orde van huidige paus, die me uitlegde dat de kerk zich
vergiste als ze mensen aan de ene kant hel en vagevuur dreigde en aan de andere
kant geen woorden wist of weet te vinden voor het goede van de dingen én vooral
van mensen te zien. Het probleem blijkt te zijn dat de kerk en nogal wat
priesters in een negatieve sfeer leefden, een bedreiging vanwege de moderniteit
is er een deel van, de angst voor wanorde een andere.
Maar men kan toch ook niet voorbij aan de vaststelling
dat er onder die priesters vaak mensen waren die met kunsten bezig waren of met
filosofie en geschiedenis, waarbij opvalt dat sommigen door hun bisschop, ook
wel door leken op een dwaalspoor werden gezet. Priesters waren en zijn
bijzonder afhankelijk van hun hiërarchische oversten en het komt mij voor dat
die niet altijd bereid waren hun ondergeschikten waardig te behandelen.
De noodzaak om die atmosfeer te wijzigen leek
door het priestertekort opgelost te raken, maar het tegendeel blijkt het geval.
Ook omdat veel leken voor priesters een bedreiging blijken omdat het verschil
in kennis niet meer van die orde is dat er een verhouding van natuurlijke autoriteit in stand gehouden
kan worden. Ook de discussies over de seksuele moraal hebben er het nodige toe
bijgedragen.
Moeten we vandaag nog veel verwachten van die
leiding, van politieke of in dit geval religieuze leiding? Men lijkt aan de ene
kant zeer gedreven om democratie te eisen, vrijheid maar tegelijk kan men de
politiek en andere instanties, ook universiteiten en andere autoriteiten
voortdurend achter de veren te willen zitten, omdat ze niet voldoende zouden doen. Wat dan wel? Veiligheid, vanwege
de staat, zowel op straat als wat het pensioen betreft. En van de religieuze
overheid… sommigen willen een leuk ritueel voor het huwelijk of een waardige
uitvaartdienst, maar die priesters, bisschoppen, laat staan de paus mag iets
zeggen dat ons zou kunnen mishagen. Zelfbeschikking, daar mag niemand tussen
komen.
Nog een element ter overweging dat ik bij
Sebastian Haffner vond, zij het in afgeleide orde: hoe meer macht iemand kan
claimen, hoe belangrijker die lijkt, of het nu formele macht dan wel informeel
prestige betreft. Vandaar dat tijdschriften graag uitpakken met de keuze voor
de machtigste man, de machtigste vrouw, ondernemer… die uiteindelijk die macht
of autoriteit bevestigen. Oh, we zijn nog de leidende filosoof vergeten. Haffner merkte op dat hij als kind (geboren in
1907) – de aanvang van zijn Het verhaal
van een Duitser – merkte dat hij en zijn vriendjes, maar ook ouderen steeds
meer met lijstjes, genre Guiness Book of Records gingen spelen. Het grootste
was het beste, de sterkste motor, de machtitgste man. Ik denk niet dat hij
bedoelde dat dit automatisch tot fascisme moet leiden, maar zijn kijk op de
mentaliteit kan wel van belang zijn om te begrijpen waarom mensen die
statistische gegevens gaan hanteren in hun oordelen over de dingen en vooral de
mensen een zekerheid en overzichtelijkheid te vinden die de moderne samenleving
niet meer in de aanbieding had. Het is die fascinatie die mensen ook kan
brengen tot een ongewild conformisme, omdat ze op de een of andere manier een
van de jongens willen zijn.
Bismark kon vragen hoeveel legioenen de Paus
dan wel niet heeft, hij heeft ondervonden dat hij door middel van zijn Kulturkampf wel
hard kon slaan, wetten kon uitvaardigen die de kerk en de betekenis van de
kerkelijke rituelen volledig uitholden, zoals het verbod op het kerkelijk
huwelijk, het opheffen van klooster- en andere orden, zoals in de eerste plaats
de Jezuïeten, maar dat hij daarmee de strijd om de geesten niet kon winnen.
Zijn streven een protestants Duitsland na te laten werd ook gefrustreerd door
het feit dat in diezelfde jaren na 1870 de socialisten hun opwachting maakten
en Bismark met de paus, Leo XIII een samenwerking moest zoeken tegen die nieuwe
bedreiging. De macht van Bismark was dus niet zo dat hij ondanks de informele
volmachten de Duitsers zomaar tot
gehoorzaamheid dwingen kon. De paus, Leo XIII kon uiteindelijk zelfs nog
waardering van de IJzeren kanselier rekenen.
Maar wat Haffner en het verhaal over de Kulturkampf laten zien is dat de
moderne samenleving mensen voortbracht die niet zomaar meer bereid waren om mee
te lopen in het gareel. Noch kerkelijke leiders noch anderen hebben dit goed
gezien. Ook kan men vaststellen dat mensen wel bereid kunnen zijn om voor een
goede zaak te strijden, zoals precies die vroege socialisten, anarchisten en
anderen, dat een dominee Ferdinand Domela Nieuwenhuis werkelijk iets wilde doen
aan de armoede en het lot van de kleine luyden.
In die context, waarbij de moderniteit in vele
facetten uiteen valt en mensen niet op alle terreinen even modern willen zijn,
kunnen zijn, moeten wereldlijke en andere leiders soms werkelijk op de tast
varen. Johannes-Paulus II was bij velen een geliefde paus, voor anderen was hij
een bedreiging van hun wereldbeeld. De strijd tegen Leonardo Boff en de
bevrijdingstheologie werd op het scherp van de snee gevoerd, maar geen van
beide partijen kan naderhand beweren gewonnen te hebben. De kerk heeft de
laatste decennia vooral een niet altijd even samenhangend geheel van een
sociale leer, een mensbeeld voor het individu en een maatschappijbeeld zien
stranden. Bovendien is de ruimte voor milde subversie, vanwege de gelovigen
niet meer mogelijk geweest en veel leken bleken niet meer bereid energie te
besteden aan enige vorm van milde subversie. Toch werd het duidelijk dat de
priesters er ook niet toe geneigd waren een vorm van milde despotie voor lief
te nemen: leiding geven, zonder het gezagsargument te laten gelden.
Maar het moet gezegd dat niet enkel pastoors
graag roepen dat men niet moet discussiëren, want de dingen zijn helder en de
waarheid duidelijk. Laten we eerlijk zijn, dat is soms het geval, maar nu men
op zoek gaat hoe de metingen over donkere materie en donkere energie en de
natuurwetten die Newton formuleerde opnieuw zal moeten bekijken, nu de
kwantumfysica voor de leek niet meer zo helder is als de natuurwetten lieten
veronderstellen, kan een mens zich afvragen of men nog wel een alles
verklarende theorie kan komen, of het nu een wetenschappelijke dan wel een
religieuze is.
De Paus, Franciscus zal zijn ding wel doen,
denk ik dan. Wij zullen echter niet kunnen volstaan met toezien. Zoals gezegd,
met moet niet pleiten voor democratie in de kerk, dat kan aan het einde van de
rit het gevolg zijn van een nieuwe constellatie. Waar het op aan zal komen,
hoop ik, is dat men de discussie over de rol van leken, van priesters zal
voeren en de milde subversie die Jan Dumon bepleit, een kans zal geven. Bang
zijn macht te verliezen als het instituut wankelt is een beetje gek, maar men
moet ook nog iets te vertellen hebben. Dus is het ook zaak intellectuele
rigueur aan de dag te leggen en opnieuw te gaan naar een god die niet enkel
transcendent is, maar ook, zoals Benedictus XVI in Regensburg bepleitte een
argumentatie te bieden heeft, dat wil zeggen dat dingen die men aandraagt ook
rationeel te beargumenteren zijn. Mildheid tot slot ten aanzien van mensen die
niet leven volgens de normen, gescheiden mensen of mensen die in morele wanorde
leven, zoals de Jezuïeten ons dat leerden, geen gedoe over de onmogelijke
distinctie dat men homoseksueel mag zijn maar de daad niet mag verrichten. Het
wordt dus schaven aan het mensbeeld, aan het gezagsmodel en aan enkele obsolete
inzichten. Maar toch, voor hen die buiten de kerk eisen stellen aan de kerk,
aan de paus, mag gezegd worden dat hun eisen daarom niet redelijk zijn, omdat
ze er niet voor gaan binnen het instituut die verwachtingen ook te verwoorden
en te presenteren.
Het zal niet van de Paus afhangen of de kerk,
niet: zijn kerk, helemaal zal verdwijnen. Ecclesia betekent toch verzameling
van mensen die samen een gemeenschap willen vormen. Daar heeft de kerk niet
altijd blijk van gegeven, maar soms waren er moedige mensen onder. Ook onder de
leken. Wie het dus wil hebben over mensen van goede wil, zal daar zelf het
zijne toe moeten bijdragen. Maar nog eens, als randkerkelijke ben ik niet het
best geplaatst dit alles te berde brengen.
Vale,
Bart Haers
Deze reactie is verwijderd door de auteur.
BeantwoordenVerwijderen