Geen kiekens zonder kop




Brief


Over ratio, ratio’s &
Heftige gemoedsbewegingen


Brugge, 19 december 2018


Adelheid,



Olympe de Gouges, actief in de Franse Revolutie kwm
in de Terreur terecht en werd onthoofd. Schreef een
Verklaring van de Rechten van de vrouw, want
die andere baanbrekende verklaring spaak alleen over
de rechten van de man en de burger. Haar logica werd
niet aanvaard. 
Wat krijgen we niet over ons heen, de laatste maanden, jaren zelfs. Een politica zegt dat we vier jaar verloren hebben, omdat de regering een ander beleid voerde dan zij voor zegt te staan. Fijne gedachte, maar een beetje pover, want ze miskent zo het feit dat ze geen democratische legitimatie heeft om te claimen dat haar programma uitvoering zou krijgen. Het gaat evenwel om meer, het gaat om de wijze waarop we tegen de ervaren werkelijkheid aankijken. Er zou veel frustratie leven, maar ik verdenk auteurs van straffe tweets ervan een sardonisch genoegen de kluit te belazeren.

Neem nu de heisa rond een redactiemedewerkster van een radioprogramma, Nieuwe Feiten, die het had over een fenomeen, namelijk dat ze zich geil voelde na een intense sporttraining. In wezen zou dat niet mogen verbazen, in de mate dat de hormonenwinkel bij stevige inspanningen in beweging komt. Sportmannen die na een stevige wedstrijd niet kunnen slapen, het hotel uit sluipen en ergens een beetje vertier zoeken of gewoon een paar escorts uitnodigen op de kamer, het is toch geen geheim?  Toch kreeg die dame de volle lading over zich heen, omdat ze zich zogezegd had aangeboden, alsof we dezer dagen nog niet kunnen spreken over seksualiteit en seksuele beleving zonder onmiddellijk in de knoop te geraken. De vraag is dan ook niet, denk ik, of we op een volwassen manier met elkaar kunnen omgaan, maar waarom – vooral – mannen er maar niet in slagen zich te gedragen tegenover dames. Als heren der schepping moeten we toch niet voortdurend de frustraat uithangen?

Het verhaal vraagt onze aandacht, omdat  het de illusie uit de wereld helpt dat we vrijmoedig over het leven, de liefde en de lust kunnen spreken, zeker vrouwen zouden hun mond moeten houden, tenzij in het boudoir. Ook hier weer blijkt zelfbeschikkingsrecht ver te zoeken. Dat wij mannen, een aantal toch merken dat hun “natuurlijke” superioriteit in het gedrang komt, omdat vrouwen nu eenmaal beter presteren in het onderwijs en geleidelijk voet aan de grond krijgen op plaatsen waar zij, die mannen, dachten aanspraak op te kunnen maken, leidt tot een bizar machismo. De onderwijsmensen zien het ook wel, maar hebben nog geen idee hoe ze jongens opnieuw kunnen enthousiasmeren en het beste van zichzelf laten geven. Het gaat er immers om dat men iedereen in dezelfde mal wil duwen en iedereen moet finaal gelijk uit de molen komen, waarbij men, meer dan ooit, de persoonlijkheidsontwikkeling terzijde laat. Of beter, ook die is gericht op specifieke kenmerken, die net het individuele in het gedrang brengt. Die jongedame verdiende het niet zo aangesproken te worden, want uiteindelijk is radio natuurlijk een ideaal middel om enigszins onzichtbaar het moeilijke te zeggen. De sociale media laten dan weer toe dat men onder allerlei denkmantels zo grof mogelijk uit de hoek te komen, men wordt er zelfs toe uitgenodigd, want wie het grofste gezegd krijgt, mag al eens op vijf minuten roem rekenen. Dus vecht men elkaar de tent uit, in de hoop dat het opgemerkt zal worden. Over kunst, schoonheid, moed gaat het dan nog zelden.

We moeten evenwel vaststellen dat we als individu in een steeds complexere samenleving terecht komen, zonder dat men daarom maar onmiddellijk over de ondergang van deze vertrouwde wereld moet spreken. De wereld zal niet zo gauw ten onder gaan en als we kijken naar de verschillende culturen, dan gebeurt het maar zelden dat het allemaal helemaal verloren gaat, namelijk als de mensen uitgeroeid worden, bewust of als ongewenst neveneffect van ondoordacht handelen. Als we overigens zozeer hechten aan onze cultuur, waarom gaan we er dan zo nonchalant mee om, vergeten we ook dat we zelf onze cultuur levendig houden en het geen noodlot is, waar we niets aan doen, integendeel. Het ligt er net aan dat wie vrees koestert voor onze cultuur, er zelf vooral niets aan wil veranderen, of dat toch aanneemt. Het eigene aan cultuur is dat die misschien wel maakbaar lijkt en tot op zekere hoogte ook wel is, maar toch, hetgeen het meest is ingesleten, dat zit diep in onze onderlinge consensus en beleving, het moeilijkste facet van wat we willen beschrijven als cultuur, cultuur als fenomeen. Het feit dat we gedurende decennia gedacht hebben dat we mentaliteiten kunnen veranderen, blijkt niet altijd tegen observaties op het terrein bestand.

Het heeft te maken met wat we de laatste jaren zien, namelijk veel klimaatvoluntarisme, dat voor sommigen aanleiding vormt voor een drastisch ander leven, veganisme als gekozen weg om de eigen ecologische voetafdruk te minimaliseren. Men hoeft het met die keuze niet eens te zijn om te begrijpen dat het een logische keuze is. Alleen blijkt het steeds moeilijker in onze samenleving van afgelijnde visies om de logica van de ander te overzien, zonder er daarom in mee te gaan, omdat men er een andere logica op na houdt. Men kan zich inderdaad wel bevinden als men meent zich voor de goede zaak opofferingen te getroosten, maar men kan het, ondanks de vurigste overtuiging niet van anderen verlangen. De wetenschappelijke consensus over de oorzaken van de klimaatverandering vermag weinig tegen mensen die niet geloven dat de klimaatverandering omgebogen kan worden, al lijken daarvoor weinig argumenten voorhanden. Het probleem met de consensus is dat men er geen tegenspraak tegen duldt en dat bemoeilijkt het debat. De ene partij verwijt de andere drogredenen aan te voeren.

Wil het geval dat we tegelijk worstelen met een migratiecrisis, die voor Europa en voor de lidstaten voor veel debat zorgt en soms zelfs voor het negeren van de basisregels van de rechtsstaat. Denken we even verder, dan merken we dat we slechts een uiteinde van een touwtje zien, dat uit een grote wrong draden hangt. We kunnen immers niet anders dan zien dat we het niet over emigratie uit Afrika kunnen hebben, zonder het over allerlei grondstoffen te hebben, over corrupte regimes, gesteund door bedrijven en organisaties in Europa. Nationale belangen inroepen kan legitiem zijn, het vergt ook wel moed, denk ik, dat men een faire manier vindt om die te behartigen. De logica die men nu wel eens te lichtzinnig hanteert, zorgt voor verdere verwijdering tussen Europa en de landen van herkomst van de migranten, die hier de arbeidsmarkt komen verstoren, naar men geredelijk aanneemt. Mocht het allemaal simpel wezen, dan kon iedereen de problemen oplossen. Het kan evenwel nooit simpel zijn omdat we niet altijd goed zien wat waar is en wat verzonnen. In de klimaatzaak probeert men met de beste bedoelingen mensen te overtuigen van de urgentie, maar daarbij valt er eens wat lekkers te rapen voor klimaatsceptici, waarna dan beweert wordt dat de klimaatsceptici retorische manipulatie bedrijven en ja, dan kaatst de klimaatscepticus de bal terug.

De ratio van de klimaatzaakvoluntaristen behelst de vrees dat de klimaatverandering onvermijdelijk onze wereld zoals we die kennen, zal vernietigen en dat zou inderdaad te betreuren vallen. Daarbij raakt men voortdurend allerlei heilige koeien, zoals het eten van rundsvlees en het massaal kweken van die runderen. Ook de mobiliteit moet eraan geloven en de heilige koe bij uitstek, de auto, vooral de diesel moet eraan, want die stoot teveel CO2 uit, maar evengoed stikstofoxiden  NOx, heeft ook een werking in het serre-effect, dus de klimaatverandering, maar zorgt ook voor gezondheidsproblemen. Dat brengt ons dan weer bij een ander levensdomein, dat van het lange leven.

Het is inderdaad zo dat men (zinloos) lijden moet voorkomen als dat mogelijk is, maar men begrijpt daar dezer dagen onder meer onder dat men de levensduur zo ver mogelijk moet oprekken, alsof dat ook geen lijden kan veroorzaken, fysieke kwalen, maar ook andere, psychische pijnen en ongemakken. Men wil tegelijk dat mensen daarvan gespaard worden, zodat men wel moet inzetten op een gezond leven. Daar komt men dan uit bij steeds meer restricties op wat we eten, drinken, meer sport anderzijds en daar valt niet zoveel tegen in te brengen, als men dus mikt op een eeuwig leven. Maar dan komt men weer uit bij dat andere probleem, de klimaatverandering. Want als mensen ouder worden, langer leven, dan ontstaat het gevaar dat we de bevolkingsaangroei nog bevorderen. Bovendien komt er uiteraard nog een meer persoonlijk aspect aan de orde, namelijk zelfbeschikking.

Uiteraard kan men niemand behoorlijke medische zorgen ontzeggen, want men moet mensen in nood helpen, waarbij dan weer bedacht wordt, dat wie zelf schuld heeft aan een aandoening het kan schudden, waarbij we dan weer… vervallen in oude, oeroude discussies. De gedachte dat men lijden moeten vermijden, verhelpen ook, leidt er evenwel toe dat mensen bereid blijken veel op te offeren, voor het milieu, voor hun lang leven. Zoals Peter Sloterdijk in de Kritiek van de Cynische Rede betoogde, kan men ook te ver gaan in het preventiebeleid, waardoor mensen zich bekocht voelen. Velen die de dagen meemaakten toen men zure regen wilde voorkomen of terugdringen, weten nu nog hoe het thema een stille dood stierf en dat er zelfs meldingen van stervende bossen bedenkelijk waren, niet correct of minstens onvolledig.

Het blijft opmerkelijk dat we er ons nog altijd over verbazen dat onze aanwezigheid en activiteit op deze aardbol, voor de natuur ongunstige gevolgen heeft en dat we als mensen en mensheid inderdaad van de natuur vervreemd zijn geraakt. Zoals je zelf opmerkte, konden Jean-Jacques Rousseau en Voltaire maar moeilijk door dezelfde deur, omdat Rousseau hypocriet bevonden werd door Voltaire, maar dat toch terzijde, want de belangrijkste bezwaren van Voltaire betreffen nu net het feit dat mensen nu eenmaal van alles doen en dus aan de dwang van de natuur (willen) ontsnappen, terwijl Jean-Jacques een terugkeer naar de natuur predikte en de “Bon Sauvage” aanprees als het model voor de verdorven Franse man. Ik meen mij ook te herinneren dat Voltaire het sociaal contractdenken niet genegen was. Redenen dus om dat gedoe omtrent de Verlichting niet te nuanceren, als wel opnieuw op scherp te zetten: er leefden verschillende inzichten die elkaar toen en nu wel eens uitsluiten, maar niettemin hun belang hadden in het maatschappelijke debat. De Verlichting, figuren als Kant en Voltaire wilden dat mensen zouden nadenken, maar dat element verdwijnt telkens weer op miraculeuze wijze uit het debat over de waarden van de Verlichting. Zelfbeschikking is belangrijk, komt evenwel niet zomaar tot stand door zich naar de ratio’s van een hogere orde te voegen, want dan loopt men precies in het spoor van anderen, als een kieken zonder kop.

Het gaat om de rationaliteit van de dingen zegt men dan, waarbij men aanneemt dat iedereen vanzelf onderschrijft dat het mensdom schadelijk is voor de aardse natuur, terwijl de fylogenese van de mens er net toe leidde dat mensen zich uit het aards paradijs hebben ontworsteld en onwetendheid achter zich gelaten hebben. Maar het betekent ook dat, als we de overzienbare toekomst bekijken we het nodige moeten ondernemen om de leefbaarheid van planeet Aarde niet verder schade toebrengen. Via terugschroeven van allerlei gemakken zal dat moeilijk gaan, maar via technische vindingen blijkt er een en ander mogelijk. Opvallend is dat nogal wat mensen die evenzeer om de leefbaarheid van de aarde bekommerd zijn, vooral uitpakken dat doemscenario’s, alle consumptie van koeien verboden willen zien en iedereen tot veganisme bewegen, of is het dwingen?

Er valt werkelijk nog veel uit te vogelen, maar toch, we mogen toch hopen, denk ik, dat er minder ondoordacht met technologie wordt omgesprongen, zoals het verbod op ggo voor voedingsproducten, omwille van het voorzorgsprincipe, terwijl dat net heel wat minder ongedierteverdelgers nodig zou maken. We dansen, beste Adelheid, dezer dagen op een smalle koord en velen menen het ei van Columbus te kennen, maar vaak blijken er wetten en praktische bezwaren in de weg te zitten, doorgaans ook ethische beslommeringen, waar we dan liefst gauw over heen gaan.

Je vroeg naar mijn mening over de Gele Hesjes en ik moet zeggen, hun ratio botst keihard met de ratio van de klimaatzaakaanhangers. Zouden zij, die boerenpummels uit de omgeving Nantes of ergens ten Zuiden van Bordeaux echt niet vatbaar zijn voor argumenten? Jawel, als men hen maar laat niet betalen voor wat levensnoodzakelijk is voor hen. Men zou aan de rand van Bretagne een nieuwe luchthaven bouwen, met bijkomende werkgelegenheid, maar milieu-activisten hebben de zaak zolang tegen weten te houden dat toen de regering besloot tot de bouw, er geen draagvlak meer voor was, ook en zeker niet in de directe omgeving. Nu is het project van de baan en zien mensen een mogelijkheid voor een goede job wegvallen. Het gaat om elkaar ontkrachtende ratio’s, die vaak niet als zodanig erkend worden en zeker ziet men lang niet altijd de zwakke kanten ervan.

Rationeel denken is bewerkelijk, maar dat geven we slechts node toe, want we vinden gauw genoeg dat wij helder en rationeel denken, doch dat de anderen dwalen, terwijl we er niet eens zeker van zijn dat we alle beschikbare argumenten op tafel hebben. Meer nog, we weten lang niet altijd of we wel alle argumenten op tafel hebben en of we ze goed gewogen hebben, deugdelijke criteria bij de hand. Als mensen zich afzetten tegen de klimaatzaak, dan is het omdat ze vrezen dat hun leven niet meer zal blijven wat het is – en het is vaak al moeilijk – maar vooral omdat ze merken dat ze steeds minder zelf kunnen bepalen wat gebeuren zal. De wetgeving en de stapeling van regels werkt tegen hen. Auto’s in tweede hands? LEZ? Wie mag niet meer in de stad? Mensen met een smalle beurs. Dat stoort hen en dat begrijpen de welwillenden dan weer niet. Daarover moet het toch ook eens gaan? Of is men sociaal als het over de energiepolitiek van de anderen gaat, maar wil men zelf nog veel verder gaan? Laat het dan gezegd zijn.


Hartelijke groet, in afwachting van vredige dagen samen.



B.H.  

Reacties

Populaire posts