Wat beoogt Vladimir Poetin

 


Reflectie

 

 

Strijdvaardig Europa,

Zou het? 

 

Peter e Grote, 1672 - 1725
De tsaar reisde rond in Europa, 
moderniseerde heel wat in Rusland
maar brak ook met belangrijke tradities.
Leek me een geschikte figuur ter illustratie 

Je kijkt naar de wanhoop van mensen, zij die vluchten om te overleven, zij die vechten om hun huis, hun thuis te bewaken. Wij kijken toe, verbaasd, onbegrijpend, niet altijd even empathisch, maar wat volgt er? Hoe denken we over vijandschap in deze tijd? En wat wil Rusland?

 

Oorlog voeren, waarom doen we dat? Mijn jongere ik, 11 jaar loop naast mijn vader op weg naar het kerkhof waar een oorlogsmonument staat – nu staat het op de gemeentelijke begraafplaats, uit het zicht – waar we de wapenstilstand zullen herdenken. Mijn vader groet de buren en zegt dan dat hij zich die vraag ook nog altijd stelt. Hij weet waarom mensen zich verdedigen, landen zich verdedigen tegen aanvallers, maar waarom mensen, volkeren zoveel agressie op weten te bouwen, blijft hem evenzeer een raadsel, al kan men wel telkens weer ontdekken hoe die ene oorlog begonnen was, behalve dan de Eerste Wereldoorlog. Dat zegde mijn vader en het werd een bijkomende aanzet om mij met geschiedenis in te laten. Er lagen voldoende boeken bij ons thuis, maar toch vond ik, hoe geboeid ik ook las over Napoleon, de Geschiedenis van Amerika, de VS dus, maar ook over de Nederlanden, zelfs over het paleolithicum, de Brons- en IJzertijd, dat men niet altijd kan vatten wat nu aan de hand is, wat oorzaak is en gevolg. Hoe katholiek kan een gezin zijn, waar de Evolutietheorie geen taboe is, kan men zich afvragen, maar het was nu eenmaal zo dat we ook over toenemende kennis inzake het universum voldoende in kennis gesteld werden van wat er allemaal aan de hand was. In 1976 was er de Komeet Halley die de zon naderde en zichtbaar zou worden, maar ik weet niet meer of ik ze gezien heb, dus niet, allicht. Maar we hoorden ook natuurlijk van de lancering van Apollozendingen, zelfs dat het wellicht een deel was van een oorlog, die niemand zag, behalve in Vietnam of rondom Cuba. Terugkijkend denk ik dat mensen toen nog met een zekere onbevangenheid naar de dingen en de wereld keken, ook al hadden ze persoonlijk een en ander meegemaakt, zoals mijn vader en enkele van zijn vrienden. De een had zich succesvol weten te verstoppen, al vertelde hij wel eens dat dat jaar in de onderduik voor hem ook wel lastig en bij momenten gevaarlijk was. Alleen, hij kon ons, kon mij niet duidelijk maken waar dat gevaar in school. Dat dit deel van oorlogvoeren, de bezetting dus, weinig glorieus is voor de soldaten en officieren die de boel onder controle houden, zorgen dat mensen niet gaan rellen, werd ook maar met de jaren duidelijk, naarmate het inzicht groeide dat een samenleving wel degelijk een maatschappij vormt, “a society”, net toen Maggy erachter kwam dat er zoiets als “a society” niet kan bestaan.

 

De laatste oorlog die men voerde men inzicht in het doel, was de Trojaanse, waar men Helena wilde terughalen, terwijl het er misschien toch eerder om te doen was Troje als concurrent en bewaker van de toegang tot de Zwarte Zee uit te schakelen. De roof van de wonderschone Helena door Paris bood een geschikte aanleiding om de Griekse vorsten en hun legers bij elkaar te brengen. Oorlogen waren een economische bezigheid voor de Romeinen, maar het waren machtsverhoudingen, techniek, tactiek en strategie die winst en verlies bepaalden. Vergeten we niet dat Rome lang een plaatsje aan de Tiber was, dat er in de vierde eeuw voor christus in begon te geloven dat ze nieuwe gebieden konden veroveren. Na de roof van de Sabijnse maagden bleef het relatief lang rustig maar eenmaal Rome Griekse koloniën bereikte in het zuiden en de Galliërs in het noorden, in Gallia Cis Alpina kon bedreigen en onderwerpen, was Rome een speler op een groter schaakbord. Er zat met andere woorden een eigen rationaliteit onder de gestage groei van de Republiek, waarbij groei leidde tot nieuwe uitbreiding.

 

Eerder moeten we dus kijken naar figuren als Cesare Borgia, wanneer we Vladimir Poetin willen begrijpen, dat wil zeggen, zijn aanpak van deze oorlog, inclusief de voorbereidingen. Sinds maanden zag men behalve een militaire opbouw ook veranderingen in het geopolitieke optreden, zoals in Mali, waar Poetin voet aan de grond kreeg. W  at mij verwonderde in de informatie die de media gaven, was dat men zelden feiten bij elkaar brachten die ons toelaten te begrijpen waar het Kremlin mee bezig was, zoals bijvoorbeeld de akkoorden die Russen en Saoedi-Arabië sloten in het kader van de petroleumwinning- en handel. Het heroveren van de Krim was ook geen stap zonder dat over vervolgstappen was nagedacht.

 

Aan de media moeten we ons niet meer ergeren, maar de stemmen die het commentariaat bemannen zagen tot de dag van de aanval of overval door Russische troepen van Oekraïne, niet of nauwelijks dat Poetin zich van Europa weinig aantrok en ook niet van Europese staatsleiders, omdat hij wist hoe Europa dacht over de overbodigheid van militair ondersteunde soevereiniteit. Overigens, in Europa waren en zijn er tot voor kort burgers de neiging hadden nationalisme a priori af te wijzen. Binnen het Europa van de 27 lidstaten kan men met een virulent nationalisme of intransigentisme niet meer uit de voeten, want economisch en  geopolitiek leidt dat tot armoede en verblinding, naar het zeggen van zij die nationalisme te vuur en te zwaard bestrijden, terwijl nationalisme, of patriottisme wel bijdragen kan tot (een minimale) cohesie, noem het broederschap in een massasamenleving. Het is niet dat we zomaar een massa zijn zonder een eigen inbreng als individu, maar wel dat door de demografische ontwikkelingen, gesteund door veranderde medische parameters, de bevolking sinds de negentiende eeuw en met een hernieuwde groeispurt na WO II de samenleving miljoenen aan individuen telt. Daartoe lijkt het erop dat de democratie de beste garantie bieden kan om welvaart en ontwikkeling veilig te stellen, want te strak bestuur met dito neiging tot controle, de surveillancestaat doodt het individuele initiatief tot iets nieuws te komen.

 

Democratie is niet enkel een kwestie van gelijkheid, maar ook van verscheidenheid en dat noemt iemand als Poetin dan ook decadent, want in zijn optiek mogen alleen sterke mensen met een krachtige wil overleven, voor hem authentieke Russen dus – die nog steeds uitblinken in alcoholgebruik. Ook andere landen, Hongarije en Polen, weigeren zich te laten indutten – zoals ze zeggen – door een decadent liberalisme, waarbij men rechten van LGTBQ etc afwijst – want dat verzwakt de staat. Nu, het zou interessant zijn te zien hoe Rusland demografisch ontwikkelde sinds de ineenstorting van de USSR, want niet alleen brokkelde in een eerste fase de levensverwachting zienderogen af, ook daalde het aantal geboortes en dat was de aantredende president Vladimir Poetin een doorn in het oog. Is hij er dan in geslaagd de nataliteitscijfers omhoog te krijgen? Het valt moeilijk na te gaan via de brede media en toch is dat, zeker voor iemand met een nationalistische agenda een noodzakelijke voorwaarde om het land opnieuw vooruit te branden, economisch en ook militair. Het gaat vanzelf mensen in het Westen decadent te noemen en in meerdere opzichten is dat ook zo, omdat we nu eenmaal niet meer leven onder de kromstaf van de kardinaal of de Paus, maar tegelijk is het individualisme, waar men vaak meewarig over klaagt dan toch een sterke motor voor ontwikkeling en vooruitgang, omdat het individu zijn of haar rechten beschermd weet door de wet en niet onderhevig is aan de willekeur van corrupte ambtenaren. Een genuanceerd beeld van de werkzaamheid van individualisme ophangen, blijkt eventueel moeilijk.

 

Het moet wel gezegd dat hier de verschillen tussen Europa en de Angelsaksische wereld, vooral het UK en de VS opvallen, waar de kloof tussen elite en “het volk” sterk is toegenomen, na de onmiskenbare democratisering van het universitair onderwijs onder Dwight Eisenhower en volgende presidenten tot Ronald Reagan ging besparen op (hoger) onderwijs. Ook in Nederland merkt men de kloof tussen rijk en arm en hoe die toeneemt, ook al omdat men daar nog meer voortvarend dan hier de onderwijsvernieuwingen heeft doorgevoerd, tot Jeroen Dijsselbloem – rapport gepresenteerd op  en diens commissie dienden vast te stellen dat al die studiehuizen en ontscholing nergens toe hebben geleid dan tot minder geschoolde en vaardige jongeren, vooral uit achterstandswijken. De progressieve benadering van mens en maatschappij heeft de democratisering van de samenleving, c.q. de opwaartse sociale mobiliteit niet in de hand gewerkt.  Ook de idee van individuele emancipatie door vorming boerde achteruit en men hoort er wijze spraakmakers nog nauwelijks over spreken. Het is een zwakte van het intellectuele debat en  februari  - het verzwakt ook de democratie, de instelling die de democratie vorm geven, als men het publiek kennis onthoudt. De link tussen de groeiende kloof en de opgang van extremistische partijen laat zich gemakkelijk leggen, horen we voortdurend, maar de vraag is of hier ook geen beleid achter te bespeuren valt, wanneer men kijkt naar de lieden die op 6 januari 2021 het Capitool hebben bestormd. Klopt het dat sinds Ronald Reagan zijn pleidooi voor de smalle overheid op gang trok, de scholing in delen van de VS achteruit is gekacheld, dan zijn er ook de media die vaak de polarisatie in de hand hebben gewerkt, maar ook kan men niet om de infantilisering van openbare omroepen heen. Dat gaf Poetin, die goede contacten onderhoudt met extremistische partijen in Europa, met Le Pen en Thierry Baudet wellicht de indruk dat Europa niet zou riposteren, zeker niet na het vertrek van dat – in zijn ogen – ettertje uit de voormalige DDR, Merkel dus.

 

Maar Europeanen mogen dan individualistisch heten, ze hebben tijdens de coronapandemie laten zien dat gezamenlijk handelen mogelijk is, na enig strubbelen. Echter, dat individualisme is geen rem op het erkennen van wat in gezamenlijkheid gedaan moet worden en dat steunt en stuurt de wel eens aarzelende politici. Hadden we het hoger over de achteruitgang van het onderwijs, de decennia van democratisering van het onderwijs hebben wel met zich gebracht dat mensen hun eigen oordeelsvermogen hebben versterkt en sinds de “petits vicaires de paroisse” uit het straatbeeld verdwenen, is er geen vanzelfsprekende autoriteit meer. Daar profiteren extremistische partijen en groepen wel eens van, maar tegelijk zagen we tijdens de coronapandemie dat mensen niet zomaar meeliepen met protesten tegen de maatregelen in het algemeen. Wel is het zo dat er kritiek was op de lockdowns, werden er feestjes georganiseerd en liepen zelfs politici in de val van hun eigen recalcitrante houding, de bereidheid tot vaccineren in bijvoorbeeld Vlaanderen gaf aan dat mensen begrepen dat het een nuttige stap was, de antivaxxers werden zelfs publiek weersproken. En ja, er waren bij een aantal betogingen tegen de coronapolitiek en vooral de CST tot 50.000 mensen op straat, ook uit de buurlanden, dan nog blijkt dat men die betoging en mensen als Willem Engel met meewarigheid bejegent, al heeft men zelf meer dan genoeg van de maatregelen, maar men onderkent dat het nog niet voorbij is, de pandemie, al is het nu niet meer de hoofdzaak of de grootste kopzorg.

 

Het blijft bizar hoe gemakkelijk we militair gedrag criminaliseren en psychiatriseren, terwijl Poetin nog altijd overtuigd is dat zijn paranoia tegenover het Westen en de VSA berust op onweerlegbare feiten. Hij meent het Russisch algemeen belang te dienen en krijgt vanuit de inner circle voldoende steun, wat niet mag verbazen. Kritiek uiten in zo een omstandigheden is niet vanzelfsprekend, want wellicht wacht dan demotie en erger. Maar we moeten ook vaststellen dat Poetin zich beroept op de algemene volkswil, zoals Jean-Jacques Rousseau dat formuleerde en wie het niet eens was, zoals Olympe de Gouge, mocht onder de Terreur naar de place Vendôme onder de guillotine een laatste zucht slaken en in Rusland zal men gevangeniskampen bijbouwen. Wij vinden het niet kunnen dat kritiek afgestraft wordt, want dat gaat in tegen de vaststelling dat open samenlevingen beter instaan voor de welvaart. Daarom moeten wij erover waken dat de democratie naar behoren draait, maar dat vergt meer dan het houden van verkiezingen, de overheid, de politieke bestuurders moeten ook het vertrouwen bij verkiezingen uitgesproken waardig zijn. Wie zijn tegenstanders kan laten opsluiten, moet niet vrezen voor kritiek, maar ziet wellicht mogelijkheden aan zich voorbijgaan, of beter, ziet mogelijkheden niet. Heeft zo een mannetjesputter als Poetin gelijk als hij beweert – bij een van zijn jaarlijkse grote persconferenties – dat hij zich beter kan richten op gestelde doelen, dan kan er toch niet van gedachten gewisseld worden over welke doelen de regering aller Russen zich moet richten.

 

Neen, Vladimir Poetin is niet gek noch irrationeel, maar hij heeft zich goed omringd van getrouwen, weet dat mensen uit zijn hand eten en kan erop vertrouwen dat mensen de zekerheden zullen blijven verkiezen boven het avontuur van de dissidentie. Maar hij ontbeert ook heel wat, want hij kan zich geen doelen stellen die hem vreemd zijn of buiten zijn verbeelding. Hij wil Rusland opnieuw als supermacht herkend zien en speelt met gevaarlijk wapentuig. Geboren in 1963 heb ik vaak gedacht dat de grote geschiedenis aan ons voorbij zou gaan, maar al sinds de val van de Muur en de implosie van de USSR besef ik maar al te goed dat de geschiedenis niet voorbij is. Toch denk ik nog altijd dat de denkoefening van Francis Fukushima de moeite waard was, omdat bij het lezen aspecten van onze samenleving aan de orde werden gesteld en die waren niet onverkort gunst wat het oordeel betreft, net omdat Fukushima, vanuit zijn neoconservatieve visie vond dat de staat te weinig instrumenten had om de democratische samenleving te versterken. Het was dan ook lang een misvatting dat het neoconservatieve denken samen zou vallen met neoliberalisme. Fukushima heeft overigens een andere weg gekozen, zoals hij in zijn monumentale geschiedenis van de politieke orde heeft beschreven.

 

Nu heeft Poetin net ook die ervaring van een geweldloze omwenteling meegemaakt, maar hij zag er het spiegelbeeld van. Het zou goed zijn mochten we begrijpen dat hij de ineenstorting van zijn wereldbeeld niet kan verkroppen – hoewel er anderen zijn die net behoorlijk opgelucht waren dat het hele staatsapparaat van de USSR in elkaar stortte – en doet hij er alles aan de kaduke boel te herstellen. Of Moskou na de Nederlaag in Afghanistan nog economisch en militair veel voorstelde, is altijd bron van min of meer op feiten gebaseerde speculatie geweest. Dat hij vond dat hij, eenmaal op het hoogste schavot, alles moest doen om de ondergang terug te draaien, was gebaseerd op andere overwegingen dan wat Michaïl Gorbatsjov ertoe had gedwongen de verstarde sovjetmaatschappij op te geven, ook al omdat de militaire slagkracht verloren was gegaan.

 

Europa zal nu moeten bevestigen wat het de afgelopen dagen heeft vooropgesteld, want nu kan geen regeringsleider meer doen alsof defensie een nutteloze uitgave is. Akkoord, het leger uitbouwen schept geen directe meerwaarde, maar de garantie van vrede en de waarborg dat vitale belangen verdedigd zullen worden, heeft wel degelijk invloed op mens en samenleving, op de economie ook. De Vredesbeweging in de jaren 1980 heeft mij niet kunnen overtuigen van de juistheid van het uitgangspunt dat het Westen geen nieuwe raketten voor de middellange afstand moest opstellen, want het behoorde tot de (overgedragen) soevereiniteit onze grenzen, de gemeenschappelijke grenzen te bewaken en de integriteit van het grondgebied te verzekeren. Men kon geen voorstander zijn van kernwapens, maar men kon er ook niet meer van afzien, want de tactische kernwapens aan de overzijde waren er en zijn er en Poetin dreigt met de inzet ervan. Zoiets hadden wij toen niet kunnen voorzien, maar de val van de Sovjet-Unie als militaire structuur maakte duidelijk dat we niet zomaar wisten wie de vijand zou kunnen zijn. En ja, men heeft zaken gedaan met Poetin, wellicht ietwat te onbevangen, want het bracht op, tot de aftelklok werd ingesteld. Nu moeten we begrijpen dat de speeltijd, de tijd van het vredesdividend voorbij is. Maar dan moeten we ook, al was het maar voor de tijd van deze crisis afzien van een strikt defensieve houding, zonder daarom zelf in de aanval te gaan. Ach, ’t is ingewikkeld.

 

Bart Haers

 

 

 

 

 

 

 

 

Reacties

Populaire posts