Verontwaardiging & arrogantie
Reflectie
Wat ons drijft:
Meer
dan verontwaardiging alleen
![]() |
De discussie over de kinderopvang liet het nog eens zien, net als het gesteggel rond het voorzitterschap van de SP-a, er is een gebrek aan verbeelding en inzicht, maar vooral van zelfkritiek. |
Bernard Wasserstein haalt uit
naar Hannah Arendt, na een lang stuk over de omgang met haar bronnen, met de
bedenking dat ze best wat minder woede aan de dag kan leggen en ook wel met
meer ijver. Intussen hoort men nog altijd en met blijvende nadruk verkondigen
dat het goede politieke handelen voortkomt uit verontwaardiging. Ik stel me
langer de vraag of dit wel een goede inval is. Maar ook Arendt stelt zonder
meer dat ze met woede haar onderwerpen benadert en ook mij zal die impetus niet
vreemd zijn. Op zich is er niets verkeerd aan, maar zoeken we wel genoeg de
redenen van onze verontwaardiging en blijkt die wel terecht? Bovendien, zijn we
zeker dat we echt een oplossing in pacht hebben? Gaat onze verontwaardiging
zover dat we er ook gerichte actie aan verbinden en huiveren we daar niet voor?
Woede, verontwaardiging, ze liggen vaak aan de basis van politiek engagement,
maar het loopt wel eens uit de klauw en dan kiest men voor revolutie en
terrorisme om de oplossing spoediger in praktijk te kunnen brengen.
Nadenken over het leven en hoe
we leven, hoe anderen leven, gaat gepaard met een zekere betrokkenheid die geen
neutraliteit van de eunuchen verdraagt, waarbij ik dan durf op te merken dat
ook eunuchen blijk hebben gegeven van emoties... maar goed, Arendt beweent het
feit dat wetenschappers soms zozeer in hun cijfers en gegevens verdrinken dat
ze de werkelijkheid niet meer zien en ook niet beseffen dat hun inzichten
schadelijk kunnen zijn, hoe goed en objectief onderbouwd ook.
Overigens, zou het zo zijn dat
verontwaardiging nieuwsgierigheid en honger naar kennis zou temperen of te niet
doen? Niet noodzakelijk maar het lijkt me wel vaak wel zo dat verontwaardiging
zoals liefde blind kan maken in die zin dat de verontwaardiging niet per se
leidt tot goede afweging van de argumenten. Nu was en ben ik nog altijd behoorlijk
verontwaardigd over de wapenwetgeving in de VSA, al kan ik verder geen actie
ondernemen. En president Obama zal ik niet hoeven te overtuigen. Wat als ik
begreep dat de visie van Obama botst met de propaganda van de NRA? Dan zou ik
wellicht dichter uitkomen bij een nuttige aanpak, dan kan ik zeuren over de
foute interpretatie van het Tweede Amendement bij de grondwet. Dan, denk ik,
heb ik wat met mijn verontwaardiging.
Maar als ik verontwaardigd ben
over het falende onderwijssysteem, omdat te veel gewoon begaafde kinderen
schoolmoe worden, zeg ik iets anders dan anderen die ook verontwaardigd zijn
over het falende onderwijs, dat de zwakste geschoolden zover op achterstand zou
zetten. Dat is ook niet wenselijk, maar niet iedereen is even vatbaar voor
schoolse kennis en we hebben mensen nodig die handig zijn, uitstekend vlees
kunnen bereiden of groenten en andere die onze sanitaire problemen kunnen
oplossen. Want schoolse achterstand is niet altijd te wijten aan domheid, zelfs
niet altijd aan luiheid, maar aan een verschillend ritme en gewoon het feit dat
men geen connectie krijgt. De idee van gelijkheid die stelt dat iedereen gelijk
aan de eindmeet moet komen, wekt overigens wel vaker mijn ontsteltenis op. Want
dat is een gelijkheid... van eunuchen. Is het denkbaar gelijkheid te verbinden
met een versterking van de veerkracht van kinderen en jongeren? Het geraas over
armoede wil mensen wel helpen, maar lijkt hen ook vast te kluisteren in hun
situatie. Dat ligt niet aan de mensen op het terrein... maar eerder aan het
wantrouwen van de regelgever die misbruik wil voorkomen. Terecht? Zeker maar
ook daar blijkt de proportionaliteit zoek.
Hoe kan men die gelijkheid wel
opvatten? Allereerst gaat het in de ideeëngeschiedenis om de eis, dat iedereen
op dezelfde manier voor de wet behandeld zou worden, zowel administratief als
in geval van contacten met justitie. Het gelijkheidsbeginsel dat men nu
hanteert refereert aan het verhaal van John Rawls, dat door medestanders en
oudstudenten van hem onderzocht is geworden en minstens genuanceerd. Gelijkheid
kan vrijheid noch broederlijk in de weg staan en kan niet voorbij aan de
uniciteit van individuen. Dat was ook wat Vasili Grossman aan Lenin verweet in
zijn roman "Alles Stroomt". Igor Grigorevich stelt in een brief
waarom Lenin de vrijheid heeft opgegeven om de gelijkheid te bereiken.
Gelijkheid overigens wordt
vandaag vaak gevolgd door ongelijke behandeling, zoals blijkt uit de idee van
sociale correcties of van de sociaal gecorrigeerde markteconomie. Overigens, de
idee beleid uit te rollen zodat iedereen er iets mee kan, indien nodig, kan men
alleen maar onderschrijven, maar het kan net zo goed paternalistisch uitpakken
als men hulp geeft onder voorwaarden van goed gedrag als het opleggen van
systemen, die de persoonlijke verantwoordelijkheid uithollen.
Het debat over onderwijs, over
kinderopvang, over de strijd tegen armoede wordt vandaag zeer gepolariseerd
gevoerd, terwijl men zelden oog heeft voor het ontplooien, het geven van
ondersteuning en weerbaarheid. Dus gaat er niet om tegen armoede op te komen,
maar de kwestie blijkt dat men vooral niet meer gelooft in de mogelijkheid dat
armen uit hun penibele situatie kunnen geraken, jawel, met hulp van vaardige
mensen, maar het lukt wel en dat geloof bij links lijkt verdwenen.
Tony Judt heeft het beschreven
in "Ill fairs the land", maar het werd niet aan linkse politici
aangedragen, wel aan eerder burgerlijke politici, zoals Kris Peeters. Toch
ergerde Judt zich bij leven aan het paternalisme van links, dat nog eens niet
tot het menselijke niveau weet door te dringen, dat wil zeggen dat men vaak
vanuit de beleidsmakers de mensen op de grond die het zware werk doen,
nauwelijks weet te waarderen.
Deze regering werkt met een
instrumentarium waarvoor soms hard betoogd is, zelfs een keer met doden, maar
men mag als samenleving verheugd zijn om het systeem en er dus zorg om dragen.
Maar het systeem moet blijven functioneren zoals beoogd en bedacht terwijl er
ruimte dient te zijn voor veranderingen en bijsturen als de omstandigheden dat
vereisen of nieuwe inzichten ertoe aanzetten. Maar of men het discours van
Pierre Bourdieu of John Rawls zomaar kan inzetten, zonder de zwakke plekken in
hun discours onder ogen te zien, blijft nog maar de vraag.
De verontwaardiging speelt
sommige politici wel heel erg parten, maar ze vergeten dat ze ook
beleidspartijen zijn en dus niet enkel op een bierkrat op de markt staan te
schreeuwen. Het probleem is ook dat verontwaardiging niet de enige emotie kan
zijn die ons drijft, maar dat ze gestuurd kan worden door zoiets als Thymos,
eergevoel of door een grote empathie voor andere mensen. Sommige mensen staan
elkaar nader en sommige staan verder van ons af. Mocht iemand beweren dat hij
niet weet wat hij met de bewoners van Papoea-Nieuw Guinea aanmoet, wegens te
ver van zijn of haar bed, dan moet het toch volstaan met te bedenken dat ze
mensen als wij zijn, al leven ze in totaal andere natuurlijke en culturele
omstandigheden. Men moet het ene niet ontkennen en het andere schandelijk
vinden. Het hemd is nader dan de rok, al willen sommigen dat we de woorden van
Schiller echt ter harte nemen. Wel, als ik een discussie hoor over moslims als
leerkrachten in het vrij, lees: katholiek onderwijs in Vlaanderen, dan krijgt
men weer eens de oude nijd te zien dat zoveel Vlamingen voor hun kinderen
ondanks alles voor dat onderwijs kiezen. Of het werkelijk beter is, zegt men
niet te kunnen bewijzen, maar vrijzinnigen, die voor vrijheid zijn, kunnen het
bestaansrecht van het vrij onderwijs niet in vraag blijven stellen. Goed, het
zijn de scholen van God, maar toch wel bemand met zeer humanistisch ingesteld
personeel. Dat het officieel onderwijs nog altijd minder in de smaak lijkt te
vallen, ligt ook aan de kwaliteit van dat onderwijs, in die zin, denk ik, dat
men er aandacht besteedt aan de algemene vorming of de vakvorming in het TSO en
BSO en tegelijk merkt men dat er men ook aandacht besteedt aan de menswording.
Niet de menswording van de
zoon Gods, maar de menswording van de leerlingen. Helemaal goed komt het wel
nooit, maar het is dan ook mensenwerk. Belangrijk is dat er nog altijd wel een
geest waait van intellectuele nieuwsgierigheid, jawel, het is nu eenmaal zo en
het houdt in dat men er inzake literatuur en geschiedenis wel degelijk ook de
kritiek tegen de kerk en het klerikalisme meekrijgt. Of men er iets mee doet of
ze eenzijdig aanwendt is een goede tweede. Maar het punt is vooral dat men van
de school hoopt dat ze kinderen mee helpt opvoeden tot figuren die iets kunnen
betekenen en dus in zekere mate een elite vormt. De toegangsmodaliteiten horen
niet financieel te worden bezwaard, maar is gebonden aan inzet en bereidheid
zelf ook iets van de school te maken. Nog eens, dat geldt ook voor de VTI's,
waar men vakmensen met zelfrespect opleidt en sommige KTA's, Koninklijke
Technische athenea doen daar ook het nodige voor. In het Kunstsecundair
onderwijs ziet men bij het GO! wel degelijk dat het goed kan gaan.
Met deze excursie kan ik ook
afsluiten, want de verontwaardiging over het succes van anderen is een beetje
lastig, want het gaat alweer om polarisatie. Natuurlijk kan men ervan overtuigd
zijn dat geloof onzin is, maar wil men tolerantie meer dan lippendienst
bewijzen, dan kan men maar beter bedenken dat ze, die gelovigen of
halfgelovigen niet weten wat ze doen. Verontwaardigd zijn over wat er mis gaat
in de samenleving en dat anderen het beslist niet weten, geeft
blijk van arrogantie. Dat men bepaalde inzichten niet ernstig kan nemen, belet
niet dat men in de mate van het mogelijk accepteert dat dit zo is en intussen
de zaak in handen neemt de andere te overtuigen. Het is immers wel zo dat men
bepaalde kritische inzichten over links, want zij goochelen bij voorkeur met
hun verontwaardiging, niet graag publiek maakt, zoals bijvoorbeeld dat boek van
Tony Judt. Bewondering, dames en heren, verwondering, het zijn mooie emoties,
net als betrokkenheid, broederschap, liefde en ja, terwijl we bezig zijn,
vertrouwen en hoop hebben ook hun plaats.
Bart
Haers
Reacties
Een reactie posten