Theo Francken en leiderschap
Dezer
Dagen
Tot leiderschap geroepen
Beleid voeren of propaganda?
Jan Peumans maakt zich zorgen over het
verlies aan populariteit bij de publieke opinie van zijn partij. Hij schuift
het gedrag van Theo Francken naar voor, die te heftig zou uithalen in het
migratiedebat. Toch zijn er ook nog wel andere kwesties aan de orde, zoals het
verkeersbeleid van Ben Weyts, net als diens dierenweldoenerijbeleid, dat mensen
op de zenuwen werkt. Ten gronde, denk ik zit N-VA zoals de andere partijen te
intens in verkiezingsmodus, zit een Chris Peeters voortdurend op een al even
hinderlijk speldekusssen en dwingen de media onze aandacht op de conflicten te
richten. In wat volgt wil ik me dan ook afvragen waarom politici, eens ze een
meerderheid gevormd hebben voortdurend blijven vechten om de gunst van de
kiezer. Het klopt niet dat een politicus de dag nadat hij verkozen is, aan de
volgende campagne begint, zoals Herman de Croo en Kris Vandijck graag stellen. Er
gaat veel energie aan zoek, die het beleid niet ten goede komen.
Al
ongeveer twintig jaar probeert men het onderwijs, het middelbaar onderwijs te
hervormen, omdat dit de armoede in stand zou houden en ongelijkheid zou reproduceren.
Op dit punt heeft N-VA – haast ondanks pedagoog Theo Francken – een bocht gemaakt,
met onder meer Koen Daniëls als woordvoerder. Nu ik verneem dat scholen de
examens afschaffen, wat inderdaad tot meer gelijkheid zal leiden, moet men zich
afvragen of men de strebertjes in het onderwijs, de leerlingen die willen
slagen, omdat ze weten wat armoede is,
geen onrecht aandoet. Sociaal kapitaal? Dat zijn de netwerken waartoe papa en
mama behoren, dat zijn de mogelijkheden die men heeft, heet het, als pa en mams
zelf geschoold zijn en bijvoorbeeld al eens naar de opera gaan of een boek van
enige envergure lezen, zelf voor hun mening uitkomen en hun kinderen leren dat
soort gesprekken te voeren. Nu ja, van de politiek zal men het ook niet meer
leren, een verstandig gesprek voeren.
De
zaak is ernstig, maar een grote partij als N-VA die bovendien erg snel groeide
laat zien dat teveel aandacht voor de exposure al eens voor een brokkenparcours
kan zorgen. Nu, als Burgemeester van Antwerpen, laat de heer voorzitter van
N-VA net zien dat men in relatieve stilte zich goed kan bezighouden en beleid
kan voeren. Een aantal gridlocks zijn opgelost geraakt en zelfs Groen lacht wat
grim als ze het moeten hebben over de LEZ en andere kwesties, die Antwerpen al
lang beheersen. De aanvallen omwille van de rol van de projectontwikkelaars,
waarvan een beetje oplettend burger weet dat die onvermijdelijk zijn, de
contacten over grote stedenbouwkundige projecten waren dus ook wat ze waren,
losse flodders. Men kan immers slechts zelden de boter kopen en het geld niet
uitgeven. Bovendien, wie naar een stad als Antwerpen kijkt, met enige aandacht,
merkt hoe groot de inbreng is van niet politiek georganiseerde groepen, ook van
burgeractivisten. Men zou dat dus als een optimum van democratische politieke
cultuur kunnen te berde brengen, maar meestal gaat het dan over
achterkamertjespolitiek en erger. De rol van Intendant Alexander D’hooghe bij
het ontmijnen van het verkeersinfarct mag men ook niet onvermeld laten en
juist, het is Ben Weyts geweest die dat proces op gang gebracht heeft, wat dus
zeer in zijn voordeel mag gewaardeerd worden. D’hooghe slaagde erin de
betrokken partijen, ook de actiegroepen uit hun stellingen te laten komen om
met de andere partijen aan de slag te gaan. Goed overleg was het gevolg.
Het
zal moeilijk blijken een reden aan te geven waarom een partij plots terug valt
in de opiniepeilingen, al is dat uiteraard doorgaans zelfs geen voetnoot in de
geschiedenisboekjes waard. Wat er wel aan de hand is, valt te vrezen is dat we de
afgelopen vier jaar veel gekissebis hebben gezien en weinig argumentatie voor
een bepaalde beleidskeuze. In die zin sprong en springt de minister van defensie
aardig uit de band, want hij heeft met weinig middelen en veel argwaan
ontmoetend toch zijn beleid voor herinvesteren in het leger – ondanks de initieel
diep gravende besparingen - wel vrij rechtlijnig zijn beleid staande weten te
houden, namelijk een (klein doch) performant leger op de voet krijgen, niet
omdat Trump dat wil, maar omdat we dat verplicht zijn aan onszelf en aan de
andere lidstaten van de EU en NAVO.
Hetzelfde
kan gezegd worden van de veelgeplaagde minister van justitie, CD&V, die
soms overhaast noodzakelijke hervormingen wil doorvoeren, maar dan botst op
N-VA en Open VLD die hem in de Kamer zijn beleid rond het gevangeniswezen en
voorwaardelijke vrijlatingen, penitentiair verlof etc aanwrijven, omdat er
inderdaad een aanslag is gepleegd, een criminele aanslag, onder een dun laagje
islamisme. Nieuwe gevangenissen bouwen? Het vraagt tijd en veel processen omdat
omwonenden er geen in hun achtertuin willen. Ik denk dat we hier geen
woestijnen hebben waar we (particuliere) gevangenissen kunnen laten bouwen,
waar gevangenen weinig hoop op een nieuw leven vinden.
Ik
vond de reactie van Koen Geens terecht, dat men als lid van de meerderheid besloten
beleid – in de regering dus – niet als coalitiegenoot in het parlement moet
aanvallen. Dat gaat niet helemaal op, toch is het goed gebruik dat men bij het
deelnemen aan een regering niet zomaar een coalitiepartner te kijk zet, tenzij
men eerst in de beslotenheid van het meerderheidsoverleg een en ander aftoetst.
Het heeft inderdaad ook met decorum te maken, maar vooral de bewindspersoon de
kans te geven beleid te voeren over meerdere jaren, zonder altijd onmiddellijk in
een defensieve kramp te schieten.
Ten
gronde gaat het om de vraag of men beleid voerend altijd ook een oog moet
hebben op de publieke opinie? Neen, ik denk hierbij niet aan figuren als Victor
Orban of de heer Maduro in Venezuela, maar om ernstig beleid dat evenwel bij
momenten vragen kan oproepen bij het publiek. De moeilijkheid is dat we leven
in een tijd van soft Machiavellisme, dat evenwel over de top wordt bedreven; Het is soft omdat we in principe het niet meer
meemaken dat iemand een rivaal in een steegje met een dolksteek laat omleggen,
het is over de top, omdat men gelooft dat elke stap die men zet of elke
beslissing die men neemt, ook in het teken moet staan van machtsverwerving en
machtsbehoud. Uiteraard is het voor politici ook in een democratie van belang
dat ze (her-)verkozen raken, maar het is al vaker gebleken dat men net dan op
een hindernis kan botsen, dat men aan vertrouwen verliezen kan bij de burgers.
Politici
die met grote regelmatig met berichten komen, of die bijna onrealistische
toekomstbeelden voorspiegelen, worden ongeloofwaardig. De aandacht voor
verkeersveiligheid is terecht, de kwestie is dat mensen geen robots zijn en dat
bovendien van alles kan voorvallen. Sinds 2002 heeft men een beleid op de sporen
gezet dat ertoe leidde dat er steeds minder ongevallen te noteren vallen en ook
minder doden op de weg te betreuren vielen. Over zwaar gewonden met moeilijk te
behandelen trauma’s moet het dus ook wel eens een keertje gaan. In elk geval
merkt men dat de maatregelen die men neemt, ook inzake het bestraffen van het
rijden onder invloed een deel van het publiek bijna panisch maakt en anderzijds
een ander deel totaal onverschillig maakt. Hier komt justitie dan aan het
woord, maar het is nog niet zo gemakkelijk echte boosdoeners voor hun verantwoordelijkheid
te plaatsen.
Francken
zou dus niet geschikt zijn om de partij N-VA te leiden, omdat hij zich te
scherp profileert op het vluchtelingen/migratiethema. Het is ook wel zijn
bevoegdheid en we worden er dagelijks aan herinnerd door de media hoe erg het
wel niet is, dat al die mensen sterven op/in de Middellandse Zee. Bovendien zijn
de kampen niet bereid met elkaar tot een minimale consensus te komen, want de
ene wil, al dan niet expliciet geen grenzen stellen aan die economische en
andere vluchtelingen. Voor mij is een economische vluchteling, een vluchteling,
net omdat teveel staten in Afrika falen in hun functie, net omdat die vorsten
in Afrika vaak wel iets van het Machiavellisme hebben opgepikt, zonder te
begrijpen dat net Nicolo Machiavelli begreep dat voor goed bestuur vorsten,
heersers niet altijd alleen met onbehouwen vasthouden aan hun macht, zich niet
hoeven te gedragen als hoofden van een maffieuze kliek. We hebben, zegt men,
onze kans verbruid om naar het woord van Francis Fukuyama bij te dragen aan de
opbouw van de staat. Nu ook Kameroen op een breuk met grote gevolgen lijkt af
te stevenen, moet men wel nadenken hoe we in Afrikaanse landen mee te werken
aan de opbouw van de staat – iterum censeo.
De andere
kant vindt dat we de grenzen moeten afsluiten en beide partijen gooien cijfers
op tafel, terwijl noch het non-beleid van open grenzen noch het al even absurde
idee dat we de grenzen helemaal kunnen afsluiten, moeten ministers of
regeringen in Europa kijken hoe men, zoals in Ethiopië op gang lijkt te komen,
processen van burgerschap, vanwege de bestuurders en vanwege de burgers zelf op
gang kan brengen. We dragen de ballast van de koloniale tijd mee, dat klopt,
maar dat kan geen beletsel zijn dat we proberen, naar het voorbeeld van Jef van
Bilsen, om in die falende staten een nieuwe rust mogelijk te maken, waarbij, o
wonder, de bestuurders zich weten in te tomen. En dat is nu wat ook in onze
politieke mensengaarde aan de orde is. Men kan spotten met Donald J. Trump en
toch, als men bepaalde politici hier bezig ziet, dan merkt men ook hier dat
gebrek aan zelfbeheersing. Er zijn uitzonderingen, zoals Geert Bourgeois, die
beleid voert en slechts zelden uit de band springt.
De
kijk op Catalonië vormt dan wellicht een uitzondering. Dat Catalonië zich niet bepaald
eensgezind achter dat onafhankelijkheidsstreven zette, mag duidelijk zijn, dat
de verdeling van zetels geografisch bedenkelijk is, dun bevolkte gebieden
krijgen te veel zetels waardoor de inwoners van Barcelona minder verkozenen
hebben per 100.000 inwoners, krijgt minder aandacht. Zo heeft Lleida met 5,6 %
van de bevolking recht op 11 % van de zetels, zoals ook Gerona. Daar zitten de
ook hevigste aanhangers voor de Catalaanse onafhankelijkheid, mensen die ook
vinden dat in Barcelona te veel “vreemden” uit andere delen van Spanje wonen.
Het is dan ook de vraag of iedereen zomaar met de ongekend hevige steun aan de
onafhankelijkheidsbeweg in Catalonië kon instemmen. Jan Peumans liet zich in
deze ook opmerken, waarbij men de theoretische onderbouwing niet toetste aan de
werkelijkheid zoals die in Spanje en Catalonië laat aflezen. Heel Catalonië?
Men zit opgescheept met een patsituatie, die nu in Madrid enigszins doorbroken
wordt, door enkele toegevingen te doen, ook wat betreft de hechtenis en plaats
van hechtenis van enkele hoofrolspelers. Wellicht had justitie zich ook
terughoudender kunnen opstellen, maar goed, men hanteerde het devies: “lex,
dura lex, sed Lex”. Dat is duidelijk niet de meest geschikte manier om de
onafhankelijkheid van de rechterlijke macht te laten prevaleren op politieke
wensen, zodat men, als buitenstaander wel enigszins ongemakkelijk toekijkt en
ziet hoe partijen elkaar proberen af te maken.
Het
grootste probleem voor N-VA de afgelopen regeerperiode bestaat erin dat men
inzake fiscaliteit te weinig in beweging heeft gekregen. Eenvoudig is dat niet,
want uiteindelijk zal men toch wel moeten rekening houden met de vitale kwestie
dat de regering de staatsschuld niet mag laten oplopen en budgettaire
orthodoxie in acht moet nemen. De rol van Eric Van Rompuy in deze is hoogst ambigu,
want valt hij wel eens de regering en de minister van financiën aan, dan moet
ook gezegd worden dat hij zijn eigen partij niet kon bewegen wat het streven
naar “Eerlijke en rechtvaardige’ belastingen met de realiteit rekening te
houden. Want burgers zoals wij betalen veel over inkomsten uit kapitaal,
terwijl men best weet dat men mensen als Alexandre van Damme niet zo gauw bij
de lurven zal vaten. Fraude moet men vervolgen, maar het is moeilijk dat zonder
kennis van het dossier vast te stellen. In het algemeen heeft CD&V zich
laten opjagen door Groen en ook wel rood, om belastingen op kapitaal te
verhogen. Overigens, Groen noch anderen hebben veel oog voor het
belastingregimes waaraan singles onderhevig zijn, want die betalen toch wel
veel meer dan gehuwden.
Om het
begrotingsprobleem grondig aan te pakken, stellen economen wel eens, had men
moeten kiezen voor een verhoging van alle belastingen, vanaf 2014 zodat men de
budgettaire problemen in een enkele jaren kon oplossen. Vervolgens kan men dan
als het tekort ver onder de nul komt – zoals Duitsland bereikte – kan men vervolgens
opnieuw beleid gaan voeren. Men koos, terecht voor een taks shift, waarbij men
inkomen uit arbeid minder wilde belasten. Maar zo kwam er een minderopbrengst
tot stand – dat is geen put, wel iets dat men niet int – waardoor men opnieuw
voor een gridlock kwam te staan, zoals op het terrein van defensie is gebleken.
Bekijken
we de tour d’ horizon dan moeten we vaststellen dat N-VA inderdaad weegt op het
beleid en op een aantal domeinen kan de inbreng in het beleid, zowel in de
regering als in het parlement – de parlementen – best de toets der kritiek
doorstaan. Moeilijker valt het om te gaan met het verbale geweld, al moet men
daar nog altijd begrijpen dat het hier gaat om een loop, een voortdurend
uitvinden van middelen om burgers aan te spreken en de ‘tegenstanders’ aan te pakken
en uit te halen naar wat zij voorop stellen, zoals het debat over de open grenzen,
waarbij groen dan zegt ook niet voor open grenzen te zijn, maar toch liefst
zoveel mogelijk mensen die Europa binnenkomen, asiel toegekend wil zien worden,
want het zijn sukkelaars.
Daar
kan geen zinnig mens zich bij aansluiten. Aan de andere kant, zoals hoger
aangegeven, kan men het onderscheid tussen gelukzoekers en andere, echte
vluchtelingen niet altijd zo gauw maken. Ook is het zo, zoals in Nederland evenzeer
blijkt, dat men de angst voor de instroom van dragers van een vreemde cultuur
gemakkelijk als een bedreiging kan voorstellen. Wie er zich geen rekenschap van
geeft hoe Frankrijk in 1939 alle inwijkelingen uit Duitsland, doorgaans
(joodse) vluchtelingen liet interneren omdat ze als een vijfde kolonne konden
optreden – mensen die zelf bedreigd werden door het nazibewind – moet begrijpen
dat al die vluchtelingen niet per se vaandeldragers voor IS of Boko Haram
zouden kunnen zijn, enkelen niet te na gesproken, zoals is gebleken, enkelingen
die men dan tijdig kan opsluiten en terugvoeren naar het land van herkomst.
Beleid
vraagt soms dat men lastige keuzes maakt, die men dan zo goed en zo kwaad als
het gaat moet verantwoorden, waarbij men inderdaad niet om framing heen kan, de
eigen framing en die van de ‘tegenstanders’. Wat geloven de mensen dan? Dat
valt, zoals we de afgelopen twintig jaar hebben gezien, sinds de dioxinecrisis,
lang niet altijd te voorspellen. Wel is het paarse avontuur op federale vlak
ook gebotst op de migratiekwestie, c.q. de “snelbelgwet” die voor de PS een
manier kon zijn om haar achterban opnieuw uit te breiden, terwijl men in Vlaanderen
vond dat men niet te gul met de naturalisatie moet omspringen, want men wordt
niet zonder meer Belg, men moet het ook verdienen, via een proces van
integratie, zoals Geert Bourgeois in de Vlaamse regering een wetgevend kader op
poten zou zetten.
Marino
Keulen had al stappen ondernomen, maar niet iedereen vond dat wenselijk, want
integratie zou rijmen op assimilatie, dat wil zeggen het doen vergeten van de
eigen achtergrond. Maar wie niet integreert, de taal niet leert, onze omgang
met kennis en scholing niet vat, verkwanselt eigen kansen op een beter leven.
Dat de overheid actief aan de integratie ging werken, was voer voor discussie,
maar het komt neer op het ontwikkelen van een positief recht, kunnen deelnemen
aan de samenleving, aan het leven in een ruimere kring dan die van het gezin.
Het gaat er niet om of men rosbief met bloemkool moet klaarmaken, kunnen
klaarmaken, maar of men deel heeft aan het leven in de stad waar men woont en
met anderen spreken in de publieke taal, c.q. het Nederlands.
Tot
slot, Jan Peumans oordeelt hard over de heer Francken, dat laat ik voor zijn
rekening, wel denk ik dat we politiek meer aandacht moeten besteden aan beleid
en dat het conflictmodel wat minder aandacht zou krijgen. Helaas is dat een
ijdele en vrome wens, want niemand zal
zich de kaas van tussen het brood laten eten en vooral proberen het laatste
woord te hebben. Het politieke commentariaat houdt veel van de verbale vulkaan,
maar houdt zich al evenmin bezig met wat nu goed beleid zou zijn. Kan men echt
wel volstaan met de aanpak van Ter Zake op Canvas, dan zou men kunnen kijken
naar meer uitgebreide analyses van het beleid, zonder onmiddellijk met termen
als neoliberaal en post-marxistisch marxisme te moeten zwaaien. N-VA en andere partijen voeren al vier jaar
campagne en dat wordt hen door de media in dank afgenomen, maar burgers hebben
zo hun bedenkingen. De straffe stoot van John Crombez om een reeds door de
vorige regeringen besloten optie, de vervanging van de F 16 uit te stellen door
ze langer in de lucht te houden, als doenbaar voor te stellen, bekwam hem niet
goed, maar voor het beleid was het een gemiste kans om te discussiëren over wat
België als strijdmacht moet bijdragen aan de Europese veiligheid. Iedereen blij
natuurlijk, want dat is in de gegeven omstandigheden wel een zeer lastig te beantwoorden
vraag, omdat we nog altijd geen zicht hebben over hoe Europa zichzelf militair
zal ontplooien.
Bart
Haers
mooie analyse met zin voor nuance
BeantwoordenVerwijderenDat streven we na.
Verwijderen