Hoe de stikstofcrisis aanpakken?
Kritiek
Stikstof,
Landbouw en biogas
Sinds de jaren ’90 worstelt de landbouw in Vlaanderen en Nederland met allerlei grenzen die de samenleving en de natuur opwerpen, zodat het niet gemakkelijk is voor landbouwers een behoorlijk inkomen te puren uit hun bedrijvigheid. Even lang al is er de vraag wat voor landbouw we willen en hoe we dat gaan waarmaken. De verschillende mestactieplannen zagen de boeren niet zitten, maar experten vonden dat de waterkwaliteit omhoog moest en moet. Dat lijkt te lukken, maar tegelijk blijft de druk van de landbouw op de biodiversiteit groot. Anderzijds zijn onze landschappen vooral cultuurlandschappen, waarin de landbouw een grote invloed had, maar nu niet meer de dominante factor blijkt meer dan open ruimtes, maar ook plaatsen waar mensen zich kunnen vertreden en even rust zoeken in een drukke omgeving. Waar gaan we heen met de landbouw?
Rijdend door Frankrijk zag ik in juni enorme akkers
met tarwe en andere gewassen, waar de TGV niet in een wip voorbij was.
Frankrijk is dan ook met Oekraïne een graanschuur, maar heeft in Europa altijd
de belangen van de grote boeren goed weten te behartigen. In Nederland en
België zien we dat vooral varkens, kippen en runderen geteeld worden voor de
uitvoer en de agro-industrie vaart er wel bij. Maar de mestoverschotten en de
mestproductie zelf zorgen voor een hoge uitstoot van stikstof en daar wil
Europa iets aan doen. Maar Europa wil ook meer biomassacentrales om het nuttige
gas te produceren en als energiebron kan functioneren. In Wallonië zou er al
een dorp op dat biogas zijn aangesloten, waardoor een deel van het
stikstofprobleem zou zijn opgelost, maar hoe dat precies gaat, is mij niet
duidelijk. De vraag is immers wanneer het stikstof vrijkomt en hoe het gebonden
kan worden in de stallen, zodat het niet in de natuur terecht komt. Laten we
eerlijk zijn, dit is voer voor
specialisten.
Mevrouw Zuhal Demir probeert nu in te gaan op de vraag
van Europa om de stikstofuitstoot te beperken, waarbij de rechtbanken klaar
staan om de landbouw stil te leggen. De partij die vanouds de belangen van de
boeren behartigt, de CD&V, weet dat er iets gebeuren moet, want als er een
grote ban wordt gelegd op die stikstofuitstoot, dan zal het lachen de boeren
helemaal vergaan. Alleen is dus de vraag of de landbouw middelen kan vinden om
zonder de veestapel terug te brengen tot meer aanvaardbare aantallen, in
functie van de wel overwogen draagkracht van het ecosysteem. Voor de
landbouwbedrijven zou zo een reductie een grote financiële last meebrengen,
want er zijn de uitstaande leningen, die terugbetaald moeten worden en net verstrekt
waren om de veestapel uit te breiden. Bovendien zou ook de agro-industrie
pluimen laten en vooral jobs verloren zien gaan.
De vraag komt eens te meer op ons af: wat voor crisis
beleven we? Welke maatregelen kunnen we nemen, zonder dat we ongewenste
gevolgen zien opdoemen? Het uitsterven van bijen laat zien dat er iets mis met
flora en met de omstandigheden waarin bijenvolken kunnen gedijen. Maar dat
heeft dan weer te maken met de wijze waarop we onze tuinen en groene ruimtes bedreigen
door te streven naar een uniforme properheid. Het probleem van de stikstofuitstoot
oplossen door bedrijven bij natuurgebieden uit te kopen, kan economische
gevolgen hebben. Men hoort dan dat de natuur voor zou gaan op economische belangen
en soms kan die afweging gemaakt worden, terwijl mensen toch zouden moeten
weten dat ze zelf niet in hun job en inkomen geraakt willen worden. De
agro-industrie werd vaker wel dan niet in de nek gekeken, een documentaire liet
zien hoe in Vlaanderen de landbouwbelangen zeer verweven zijn in een netwerk
van bedrijven, waarbij de boeren van alle adviezen gediend worden, maar het is
niet altijd duidelijk of die adviezen wel de toets der kritiek doorstaan.
In Nederland en in Vlaanderen heeft de politiek altijd
met frisse tegenzin de landbouwpolitiek tot thema laten uitgroeien, zoals men
ook niet zo graag de milieuvervuiling inzet maakt van verkiezingen. Achter de
feiten aanlopend heeft men wel het belang van de leefsystemen ter harte genomen
en er is veel gerealiseerd, maar tegelijk was het een verhaal van het sparen
van kool en geit. De CDA in de Nederlandse regeringen en de Tweede Kamer letten
er goed op dat de boeren niet meer bloeden dan nodig is en ook in Vlaanderen zijn
het de Christendemocraten die de zaak der boeren en van het Platteland ter
harte nemen en wie hen voor de voeten loopt, krijgt de nodige pek en veren over
zich heen. Finaal moeten ook die partijen door de knieën en dan komt men met
halve maatregelen – aldus de kritiek en de ecologische partijen. Even duidelijk
is dat burgers ongemakken van het leven op het platteland niet graag zien,
zoals geurhinder of slechte behandeling van hoevedieren, maar ook de kraaiende
hanen zorgen voor gedoe. Echter, de meer structurele hinder, zoals
stikstofuitstoot blijkt minder direct tot protest te leiden, omdat lang niet
duidelijk was waar het om gaat.
Kan men de stikstof gebruiken in biogasproductie, die
dan weer de afhankelijkheid van invoer van aardgas kan beperken en dus ook de
kostprijs? Het zijn kwesties die op beleidsniveau en in de media ter sprake
moeten komen, maar vaak beziet men de kwesties naast elkaar en lijkt het niet
evident de vele facetten van zo een kwestie gelinkt te zien aan andere. Dit is
geen pleidooi voor rommelig denken of complottheorietjes, wel vragen we ons of
dat stikstof en het methaan niet beter gebruikt kunnen worden, gegeven de energieproblematiek.
Europa steunt trouwens het aanwenden van de mest voor gasproductie, net met het
doel Europa minder afhankelijk te maken. Wie weet heeft van het Waalse project,
mocht ik vernemen, begrijpt niet dat het daar wel kan en hier niet?
Er komen wel vaker eigenaardige politieke besluiten op
ons af, zoals het feit dat men per se de kernuitstap wilde uitvoeren, in tijden
van energietransitie en meer nog, ondanks het feit dat kernenergie geen CO²
uitstoot gaat Oostenrijk bij de rechter verhaal halen, tegen de kernenergie als
klimaat neutrale productie van energie. Het gaat soms alle kanten op en de
burger voelt zich vaker dan nodig genaaid, maar bij gebrek aan uitleg, rest
alleen de frustratie. Voor de boeren die, ondanks hun klagen, van Europa veel
manna over zich heen uitgestrooid hebben gezien, is de huidige ronde
beleidsvorming de kwestie existentieel en het lijkt erop dat men maar een
oplossing ziet, terwijl men kan proberen met inachtname van wat men bereikt
heeft via de mestactieplannen toch de mest anders in te zetten. Blijft de vraag
of dat de stikstofuitstoot echt zou tegengaan.
Ten gronde is hier de vraag aan de orde hoe we tegen omstandigheden
aankijken, waar we zelf als maatschappij en dan vooral groepen in de
samenleving toe hebben bijgedragen, maar zonder oog te hebben voor de gevolgen
die duidelijk negatief uitvallen voor de leefomgeving. Oplossingen bedenken die
zo weinig als mogelijk tot ongewenste neveneffecten leiden, vergt dat we niet
ideologisch naar de problemen kijken die zich zichtbaar opstapelen. De kernuitstap
was geen oplossing voor een reëel probleem, wel een ideologische uitkomst van
een paar decennia politieke strijd. Inzake Ventilus zien we dat een moeilijk in
te schatten gezondheidsprobleem, net omdat de wetenschappelijke bewijsvoering
er niet voor is, ervoor zorgt dat de bouw van windparken op de Noordzee vertraagt,
terwijl die wel eens nuttig kunnen blijken in deze tijden. Politici moeten herverkozen
worden, maar hun retoriek is te vaak misleidend en niet voldoende gericht op
het zoeken van oplossingen – of laten zoeken door wetenschappers en
maatschappelijke groepen. Net daar wringt het schoentje, de burgermeesters in
Midden-West-Vlaanderen hebben wel geluisterd naar actievoerders, maar wie we de
projecten Simon Stevin en Ventilus genegen is, want de evidentie zelve, kan
weinig zeggen, want die is a priori verdacht. Het stikprobleem zal men niet ideologisch
gedragen oplossen, wel zal men de vele belangen en de wetenschappelijke
mogelijkheden moeten meewegen. Als er dus mogelijkheden zijn om de stikstofuitstoot
drastisch te verlagen door die stikstof te recycleren, dan zou men dus een eind
verder staan en ook de natuur vooruithelpen. Uiteindelijk zal men overigens vervangers
vinden om de soja in diervoeder te verminderen. En intussen proberen minder
vlees te eten? Het is deels ook persoonlijk, maar de crisis in de landbouw, in
Nederland en in Vlaanderen overstijgt het persoonlijke. Alleen zal men best
zoeken naar een aanpak die onnodige kapitaalsvernietiging weet te vermijden,
zoals het opkopen van boerderijen om de uitbaters een goede oude dag te
bezorgen of alternatieve activiteiten ontwikkelen. Wat met de onzekerheid rond
voedselproductie en -bevoorrading, zelf in de hand gewerkt door precies de klimaatverandering
en de uitstervingsgolf van soorten?
Bart Haers
Reacties
Een reactie posten