Zuhal Demir en het bosdossier
Dezer Dagen
Een
waarachtig politicus
![]() |
Ferrariskaart Meerdaalbos met Sint-Joris-Weert, Nethen en Bierbeek* |
Uiteraard hebben we gegronde kritiek ten aanzien van politici, dat spreekt, want we zijn betrokken burgers. Maar kan onze kritiek de toets der kritiek doorstaan en hoe ziet die kritiek er dan wel uit?
Het perscommentaar in DS veegt de vloer aan met
politici die uitblinken in het maken van loze beloften. Inge Ghijs heeft een
punt als ze vindt dat politici zich moeten onthouden van beloften die ze niet
waar kunnen maken, maar precies met het bosplan van de Vlaamse minister Zuhal
Demir slaat die commentator de bal mis, want de minister wist en weet dat er
redenen zijn waarom het de afgelopen legislaturen niet echt opschoot en wilde
de zwijnen door de bieten jagen, in dit geval uit de bol gaan als bosbouwster.
Maar dat was buiten de diensten van de Vlaamse overheid zoals Wegen en Verkeer
of de Vlaamse Waterweg gerekend, die nogal wat gronden liggen hebben, net als
de spoorwegen, maar daar kan de minister niet bij. Bovendien, bomen planten die
kunnen omwaaien op een spoorwegemplacement? Wie komt op zo een zotte idee?
Aan de andere kant wil de federale minister van
justitie dat cokesnuivers zwaarder beboet worden, maar terecht is dan de vraag
waar men hen zal aantreffen. In een beter restaurant zag ik in het toilet al
enkele keren iemand bezig met het witte spul. Een keer zorgde de goede man
nadien voor een ongemakkelijk luidruchtig tafelgebeuren. Voor wie een rustig
tafelgesprek wil, is dat niet bevorderlijk en de man werd dra naar de deur
begeleid, maar die liet het er niet bij. Hij zou een paar dagen later op het
terras nog meer heibel maken, omdat hij in zijn eer was aangetast. Toch vernam
ik van de zaakvoerder later dat de politie weigerde een pv op te maken over
toch nog altijd illegaal cocaïnegebruik. De politie doet dat niet meer, zegde
hij, zoals ze kleine vergrijpen vaak niet meer vervolgen wil, omdat het parket,
het Openbaar Ministerie dat niet wil, wegens gebrek aan mankracht.
Als iets illegaal is, veelvuldig gebruikt wordt en
toch niet daadwerkelijk bestraft, dan is het in feite gelegaliseerd. Behalve
als men aan het stuur zit onder invloed, dan komt er wel vervolging. Geldt het
als verzwarende omstandigheid wanneer men onder invloed een ongeval met zwaar
gewonden veroorzaakt? Geen idee. En daar zit nu net de crux, want de minister
van justitie heeft zoveel mensen nodig, bij het parket, de gerechtelijke
politie en de zittende magistratuur dat hij nooit kan beweren dat cocaïnegebruik
en andere middelengebruik echt vervolgd en gestraft wordt. Tegelijk is ook zo
dat het dode kind van 11 niet door gebruikers werd neergeschoten, maar door een
andere club in het distributiegebeuren van cocaïnegebruik. Overigens, de
vervuiling van de natuur door het dumpen van afval van xtc-productie en vooral
christal meth blijft problematisch, al horen we er niet zoveel meer over. Het drugsverhaal en de
oorlog tegen drugs is nu een zaak van knippen van aanvoerlijnen en het
klaarmaken voor verkoop op straat of aan huis proberen te verhinderen. Dat
cocaïne verpakt wordt in stof, jeans, die vervolgens bij aankomst in Antwerpen
moeten worden gewassen om de coke eruit te halen, is wel bekend, maar hoeveel
van die wasserettes worden ontmanteld?
Het gaat om wat we passend vinden, maar ook willen we
niet alleen dat alles paisibel routineus verloopt, waar het onverwachte uit weg
gegomd is, zodat we onze houding tegenover de politiek en de overheid niet
helder krijgen, maar de overheid hoeft niet voor entertainment te zorgen, lijkt
het. De overheid organiseert van alles, van gezondheidszorg over infrastructuur
– waar het wel eens mis loopt met het onderhoud – en onderwijs, maar ook
justitie is een overheidsopdracht, waarbij men de magistraten de grootst
mogelijke vrijheid gunt de wetgeving te doen naleven, dat wil zeggen dat in
principe de overheid niet mag tussenkomen in de werking van justitie en van de
magistratuur. Het is iets wat ons wel eens ontgaat, hoe dat allemaal sinds de
Napoleontische tijden is geregeld en voortdurend verbeterd. Dat ging niet op
wieltjes, want er waren krachten die de bestaande orde te belangrijk vonden om
te bewaren, zodat veranderingen geen verbeteringen konden zijn.
Het gaat er vaak om dat de discussie over de
samenleving die we wensen niet verder vormgeven dan geïnspireerd door onze
eigen (kleine) verlangens, zonder veel verbeelding, zonder veel zicht op hoe
technische veranderingen een hoop kunnen veranderen. In die zin is het vaak lastig
voor politici en adviseurs om een goed beeld te hebben van wat dergelijke
ontwikkelingen brengen. Van IBM over Microsoft tot Google en Facebook, Twitter
en Tik Tok ook, hebben we meer vooruitgang aan het werk gezien, die onze levens
meer door elkaar gooiden dan we zelf lang voor mogelijk hielden. Tegelijk werd
dat allemaal zo vanzelfsprekend, dat we er ons geen rekenschap van wilden of
konden geven dat dit voor onder meer de politiek en het bedrijven van politiek
gevolgen zou hebben. Ten goede of ten kwade? We kijken graag naar negatieve gevolgen,
zoals het posten van publiciteit op sociale platformen door politieke partijen,
met boodschappen die het publiek als het goed is wel bereiken.
Men kan ook niet voorbij aan de ontwikkelingen in de
biotechnologie, van DNA, gentechnologie en nu ook op hetzelfde niveau van
onvatbaarheid quantumcomputers in aanbouw. Hoe zullen die werken en wat zal dat
betekenen voor ons, stervelingen? Wie zal er de economische en financiële macht
uit puren? Die vragen stellen leidt evenwel niet vanzelfsprekend naar
antwoorden, omdat we veel nog niet weten. Net dat is wat politici in een
democratisch bestel parten speelt, maar ook de burgers. Een van de slachtoffers
van oorlog/burgerkrijg is de waarheid, zegt men, maar de waarheid zelf is ook
weer gerelateerd aan wie aan de knoppen kan zitten. En in het huidige bestel
zitten burgers zelf aan de knoppen van hun mediaplatformen en kunnen daar hun
boodschappen kwijt, tegen de overheid of anders tegen medeburgers die niet
passen omwille van levensbeschouwing of geaardheid, fysieke of mentale
beperkingen. Sinds de collegejaren horen velen onder ons dat dit belangrijke
vrijheden zijn, maar het lijkt erop dat het in scholen niet altijd gemakkelijk
is de link te leggen tussen deze tolerantie als aangedragen verhaal en het
naleven ervan.
Politici moeten dus in hun discours mensen aanspreken
en op grond van allerlei peilingen denken ze te weten wat de mensen willen horen.
Maar burgers merken ook dat politici en overheidsinstellingen niet altijd meer
weten wat redelijk moet heten. Aantasten van eigendom, in verband met de bouw-
en betonstop blijft moeilijk leggen en wordt de biedprijs op woningen te hoog,
dan loopt de regering de kans de juiste afslag te missen. Maar het probleem is
dan aan de weet te komen hoeveel gronden er verhard zijn of hoeveel bos en
natuur er over is. Het landbouwbeleid heeft er mee voor gezorgd dat houtkanten
verdwenen die mee de biodiversiteit in stand hielden. Bovendien werden weilanden
soms te veel bemest, wat het leven in de bodem aantastte en dan weer
weidevogels hun habitat ontnam, met dan weer andere gevolgen voor bunzings en
ander gedierte.
Het streven van Zuhal Demir kan men alleen maar onderschrijven,
maar we moeten dan ook meedenken, als we willen dat het streven tot een gunstig
resultaat leidt. De minister heeft al enkele malen haar frustratie geuit over
de onwil van de gemeenten en dus ook andere instellingen binnen de Vlaamse
Overheid hun bijdrage niet kunnen leveren, wellicht omwille van wettelijk
bepaalde regels over handhaving van regels en respect voor het bezit. Vergeten
we niet dat een OCMW of kerkfabriek niet zomaar goederen mogen vervreemden, verkopen,
zonder dat de compenseren met nieuwe inkomsten. Wie heeft ook alweer gezegd dat
de dingen niet complex mogen zijn? Ze zijn het omdat overheden, parlementsleden
en andere instanties allerlei bijkomende regels hebben opgelegd, om allerlei
doelen te bereiken. Men kan de vraag stellen of het de minister toekomt bossen
aan te planten, want in zekere zin zijn het eigenaren die bepalen wat met hun
grond gebeuren zal, maar we hebben gezien, onder meer langs onze steenwegen,
dat het allemaal niet zo goed uitgewerkt heeft, met lintbebouwing als zwaarste vergrijp
tegen een ordentelijke ruimtelijke ordening.
Hebben we in Vlaanderen meer bossen nodig? Tja, als
landschappelijke waarde bieden bossen een herinnering aan een wereld die we
nooit gekend hebben, aan de gebroeders Grimm of Charles Perrault. De wereld van
het bos in die oude verhalen zijn evenwel weinig geruststellend. We weten dat
toen graaf Ferraris zijn topografische kaarten van de Oostenrijkse Nederlanden maakte,
tussen 1771 en 1778 en daarbij het grondgebruik aangaf, het aantal bossen en
totale bosoppervlakte niet zo hoog opliep en dan moeten we dus gaan kijken of
het zo een schande is als West-Vlaanderen minder bosoppervlakte laat optekenen
dan Limburg. De ecologische waarde van bossen moeten we daarbij dan wel
terzijde schuiven, maar zoals gezegd, met houtkanten en hagen, zoals men die in
Wallonië wil herstellen, kan men ook een mooie bijdrage leveren.
Het bosbouwdossier maakt mij er opnieuw van bewust dat
men van politici vaak alles eist en niet aanvaardt dat er wetten en praktische
bezwaren doorheen fietsen. De overheid, zelfs het agentschap Natuur en Bos kapt
ook bomen, soms bossen om redenen van natuurherstel, waar het publiek niet weg
mee blijkt te kunnen omdat het rooien van bossen in tijden dat men meer bos wil
ook wel paradoxaal overkomt. Alleen kan men dat rooien verantwoorden omdat men
oude heidelandschappen wil herstellen, maar wat moeten we met zandvlakten met
schaarse berken?
Ten gronde en tot slot, het bosbeleid maakt deel uit
van meerdere programma’s rond natuurherstel, het beschermen tegen gronderosie
en het klimaatplan, om de biodiversiteit niet te vergeten. Het zijn
lovenswaardige plannen die zeker onze aandacht verdienen, ook omdat bossen
kunnen bijdragen aan mentaal welbevinden, zoals tijdens de pandemie is
gebleken. Maar men moet gronden vinden, klinkt het en dat is geen praktisch
bezwaar meer, dat is een obstakel waarover we dan toch moeten overleggen, want
het is de minister die met allerlei kwesties rond het bebossingsdossier moet
handelen en de hindernissen wegwerken. Bedenken we dan nog dat de minister ook
wil bijdragen aan een betonstop, het stoppen gronden aan te snijden voor
bewoning, industrie en om infrastructuur in te zetten. Dan lijkt het onmogelijk
4000 ha bos bij te planten – afgezien van de droogteschade – indien er geen
hulp komt van lokale besturen, agentschappen van de overheid en particulieren.
Die laatste kijken uiteraard naar opbrengsten en dan blijken bossen niet
onmiddellijk het meest rendabel, al blijkt er door ontwikkelingen in China
nogal wat hout weggevoerd te worden. Nog een probleem erbij. Moet Zuhal Demir
dan bescheiden blijven of net het regeerakkoord uitvoering geven?
Bart Haers
* Bron afbeelding:
http://belgica.kbr.be/nl/coll/cp/cpFerrarisCarte_nl.html |
Reacties
Een reactie posten