Autoriteit versus Macht
Kleinbeeld
Boekvoorstelling: Autoriteit
Paul Verhaeghe over gezag
![]() |
Bij de betere boekhandel. |
Soms komt er iets op me af,
waar ik niet op bedacht was, namelijk dat de theaterzaal van Vooruit afgeladen
vol kon raken voor een boekvoorstelling. Maar van signeersessies hou ik niet.
Doch, de boekvoorstelling was puik, hoofs en academisch, met dank aan de auteur
en aan Philipp Blom, maar de heer Erwin Mortier, die schoot bij aanvang, aan
het slot zoveel losse flodders dat ik me wel uit de voeten kon maken, want het
was best mooi geweest en de verplaatsing meer dan waard.
Paul Verhaeghe sprak over
Hannah Arendt en dat maakte m'n avond goed. Nu blijkt het wel zo te zijn dat
niet iedereen even hoog oploopt met het werk van de politieke denker, omdat ze te gemakkelijk het tijdelijke
en voorlopige van het denken inzag. Haar kritiek op de idee dat denkers met een
alles omvattend systeem moeten afkomen, mag ook vandaag nog wel onder ogen
genomen worden. Maar voor Paul Verhaeghe bleek de idee van belang dat
autoriteit en macht niet hetzelfde zijn en dat macht zonder meer duaal of
bipolair functioneert terwijl autoriteit een soort driehoek vormt, waarbij
degene die met autoriteit bekleed is en diegene die deze autoriteit eenzelfde
concept delen over wat die autoriteit kan betekenen, een transcendente idee
waardoor men de autoriteit aanvaarden kan. Het leek me een mooie captatio
benevolentiae, waarbij ook de vaststelling van de spreker/auteur van belang is
op reis te zijn gegaan in andere domeinen van het weten en kennen. Dat hij
bereid was drie jaar lang na te denken over het onderwerp, leek, lijkt me ook
een aanwijzing van de ernst van de auteur.
Waarom toch wilde hij over
autoriteit nadenken? Het leek hem dat mensen geen autoriteit meer aanvaarden en
dat kan soms faliekant aflopen, vooral voor mensen die nog niet aan een eigen
discipline toe zijn gekomen. Dat zegde hij niet, maar het leek me wel een
conclusie die ik mocht trekken. Want hij klaagde over het feit dat ouders de
leraren van hun kinderen niet meer de autoriteit toekennen die ze verdienen en
van de weeromstuit doen die bloedjes het ook niet meer. Leraren lijden dan aan
een burn-out en de kinderen? Dat zij voor galg en rad zouden opgroeien, wilde
hij net niet gezegd hebben, maar tegelijk is duidelijk dat kinderen niet zomaar
zouden kunnen opgroeien zonder een autoriteit.
Want Paul Verhaeghe erkent de
evident noodzaak van een autoriteit, maar die moet men niet zoeken in de grote
verhalen, van ideologieën of een religie, want die zijn te nauw verbonden met
de patriarchale samenleving, met hiërarchie en dus moet men de bron van de
autoriteit bij de groep leggen, in de groep vinden. Ik zal graag het boek lezen
om te begrijpen hoe hij de groep als een vervangende autoriteit kan beschouwen.
Komen we dan via een omweg uit bij de sociaal contractdenkers? Nu valt er wel
iets voor te zeggen dat we in onszelf een gezamenlijke autoriteit zouden
onderkennen, want het zou inderdaad de zoektocht overbodig maken, voor even
toch, naar een bron van gezag. Alleen, men moet zich ervan bewust zijn, zoals
Philipp Blom in het gesprek na de uiteenzetting gaf dat de groep ook negatief
kan functioneren, destructief kan blijken. Het feit dat Verhaeghe dit wel onder
ogen zag, getuigt van zijn betrokkenheid bij de kwestie, maar hoe hij dat
probleem zou oplossen, werd niet duidelijk.
Zoals gezegd, Philipp Blom was
er ook en dat gaf aan de boekvoorstelling een bijzonder cachet, gewoon omdat ik
al enkele werken van Blom heb gelezen en er altijd wel weer iets in vond om
over na te denken. Blom vroeg Verhaeghe of zijn concept van de groep
vergelijkbaar wezen zou met de Kiboetzim, die in de tweede en derde generatie
ontaardt zijn van idealistische projecten in goed georganiseerde en mercantiel
geleide organisaties. Met andere woorden, Philipp Blom vond dat het concept van
Verhaeghe misschien niet bestand zou kunnen zijn en dat men toch niet zomaar
een transcendente achtergrondruis mag uitsluiten. Mijn vraag was dan ook waarom
elk transcendente fundering van autoriteit zou moeten leiden tot patriarchale
structuren, tot een strakke hiërarchie. Maar de vraag en de oplossing van Paul
Verhaeghe zijn belangrijk genoeg, wat ook bleek uit de opkomst, want de
theaterzaal van Vooruit zat barstenvol. Het gesprek over het nieuwe boek,
waarin het functioneren van autoriteit onderzocht wordt, kon beklijven.
Paul Verhaeghe legde ook uit
dat hij zo een groep wel zou laten delibereren over een moeilijke kwestie.
Misschien zou dat helpen om de knoop rond Oosterweel op te lossen, of met
Natuurpunt de discussie aan te gaan over het herstellen van de natuur, terwijl
er landerijen, akkers en weiden liggen. Verhaeghe was ervan overtuigd dat men
zo een deliberatief procédé, zoals overigens succesvol in Texas was vertoond
ook elders kan toepassen. In zekere zin kan ik hem volgen, maar tegelijk vraag
ik mij af of hij ook oog heeft voor de vraag of derden, die niet bij de
deliberatie betrokken zijn, wel gebonden zijn door de besluiten, de resoluties.
Als het bij wet wordt goedgekeurd door de assemblee van Texas, dan kan het niet
anders... Nu zat er in de lezing ook nog een punt waar ik het altijd weer
moeilijk mee heb, namelijk dat de democratie niet goed zou functioneren. Ik ben
niet onder de indruk van het argument dat de verkeerde partijen de laatste
jaren lijken te winnen. Maar ik denk wel dat we er veel voor moeten doen om
mensen ervan te doordringen dat hun stem van belang is. En ja, verkozen
politici moeten hun beloften houden en als het niet gaat, opstappen. In die zin
deed Alexis Tsipras wat van hem verwacht wordt.
Zelf denk ik dat het boek om
verschillende redenen niets te vroeg komt, maar het blijkt wel zo nuttig zowel
de drager van gezag en autoriteit als degene die dit gezag erkent elkaar op een
passende wijze bejegenen. Daarom vind ik het voorstel van Verhaeghe wel zo
nuttig. Alleen vrees ik met Philipp Blom dat het verhaal van de groep ook weer
kan leiden tot de legitimering van macht. Het verhaal van de koning bij de
genade gods, zoals Verhaeghe suggereerde kan inderdaad leiden tot een
koningschap dat alleen au bon plaisir du roi zal regeren, wat zou impliceren
dat dit koningschap inderdaad niets in de weg gelegd kan worden. De
Tachtigjarige oorlog, ook wel de Opstand genoemd, blijkt bij elk onderzoek weer
een conflict over de vraag of de koning tegen de belangen en de wil van het
volk, c.q. de adel, kerk en hoge burgerij kan besturen. Karel V had al met Gent
kennis gemaakt en heeft niet alleen gestraft, maar Gent ook de kans gegeven een
nieuwe dynamiek te vinden - iets wat men bij de Gentse Fieste ook wel eens in
herinnering zou kunnen brengen - maar Filips II was een autocraat die in het
conflict zijn hand overspeelde, omdat hij dacht hoge heren als Egmont en Hoorne
te mogen laten onthoofden op de Grote Markt in Brussel. Het plakkaat van Verlatinghe
stelde vast dat de koning keer op keer de rechten van de Staten-Generaal heeft
genegeerd en het wijzere deel van de onderdanen zo onrecht deed. De leden van
de Staten gingen niet in tegen het koningschap bij de gratie Gods, zoals men
gemakkelijk aanneemt, maar men weigerde te aanvaarden dat de koning nog wel in
phase was met wat het volk wilde, te weten: vrede, respect voor de oude
gebruiken en vrijwaring van willekeurig optreden van de vorst.
Het feit dat na WO II de
autoriteit niet meer vertrouwd werd in brede kringen, had ook een ideologische
grond en auteurs als Michel Foucault, Lacan, Derrida hebben er het hunne toe
bijgedragen, maar deze filosofen spraken niet tot de massa's. Het is pas met
het populariseren van die inzichten in de nieuwe jeugdcultuur dat de gedachten
ook doorgang vonden. De anti-autoritaire opvoeding? In de jaren zeventig zeer
populair bij jonge ouders, zeer abject in de ogen van oudere ouders en familie.
Maar uit de discussie en uit de praktijk bleek dat die ouders die geen
autoriteit wilden zijn, best wel sturend optraden. Vandaag willen ouders niet
altijd meer ouders zijn, maar de beste vriend. Toch mag men zich wel eens
afvragen hoe men vader wordt. Afstand en nabijheid, hiërarchisch als het moet,
afstandelijk en vertrouwelijk toekijkend als het kan.
Als ik ernaar uitkijk het boek
te lezen, dan wel omdat de avond die ik gisteren mee mocht maken ondanks het
talrijk opgekomen publiek best uitdagend was, ik bedoel de lezing van Paul
Verhaeghe en het academische gesprek met de goed van de tongriem gesneden
Philipp Blom, die in het Nederlands Paul Verhaeghe tot sparringpartner diende
en ons uitdaagde mee te denken.
Bart Haers
Reacties
Een reactie posten