Feest in de boekhandel


Kleinbeeld

Inkwartiering
De oorlog en wat die meebrengt

Ernest Claes. De moeder en de drie soldaten. Uitgave Boekhandel Raaklijn ter gelegenheid van de 50ste verjaardag van de boekhandel.


Een mens kent zo van die mensen die je wel eens wil ontmoeten en Willem Vermandere is er zo een. Maar zo sterk zijn liederen, zo zwijgzaam de man. Onvriendelijk is hij niet, verre van, maar bescheiden, verlegen wel en toch is het fijn hem te zien als zijn tekeningen worden voorgesteld. Vijftien van die tekeningen staan ook in het boek, dat Raaklijn uitgeeft en het Ernest Claesgenootschap is er verhuld mee dat de novelle nog eens verteld wordt. En de tekeningen vormen een eenheid met het werk, al zijn ze getekend, 71 jaar nadat het boek verscheen.

Het is tekenend voor de tijd dat we ons die oorlog zo aantrekken, een oorlog die al lang in de nevelen van de tijd is verdwenen en nu toch blijft verder leven en soms zelfs woelen. Of zoals de zanger, Willem Vermanderde zegde, Ieper leeft van den oorlog. Herinnering is belangrijk, maar het niet loslaten van de gebeurtenissen is bedenkelijk.

De Britten herdenken allerlei oorlogen op 11 november en vertellen hoe nobel die oorlogen wel geweest zijn. Inderdaad, zoals Geert Buelens in column schrijft, vochten ze voor Luik, voor de vrijheid van de Belgen, de Polen, de Hongaren… maar tegelijk, was het klimaat er in de middens van zakenlui, militairen en politici naar dat een stomme daad van terrorisme uit kon lopen op een oorlog zonder voorgaande.

Biografen weten ons wel iets te vertellen over Ernest Claes, zoon van een boer, zegt men dan, maar hij kon gaan studeren, werd doctor in Germaanse Filologie en ambtenaar bij de Kamer. Maar hij zou dus de oorlog meemaken, in Duitsland, als krijgsgevangene. Jaren geleden heb ik het boek gevonden bij mijn grootouders in den Haan, waarin hij over zijn jaren in krijgsgevangenschap schreef. Maar ergens bleef het een verhaal, of liever, een mythe waar ik de betekenis niet van kon vatten. Ook De moeder en de drie soldaten kende ik wel, maar nu ik het herlezen heb, eindelijk gelezen, ben ik wel wat verbaasd. De schrijver Claes vertelt ons een eenvoudig verhaal over inkwartiering van Duitse soldaten in een boerenstee waar een weduwe met haar dochter woont en die twee soldaten aan het front heeft.

Hoe de inkwartiering verloopt? Zoals mensen elkaar leren kennen. De ene soldaat heeft een oog verloren, een andere drie vingers en de derde heeft de tering, of toch een slepende bronchitis, duidelijk is het niet. En hoezeer de moeder ook aan haar kinderen denkt aan het front, de drie mannen krijgen geleidelijk ook een plaats.

Deze novelle schreef Ernest Claes in 1939, toen de goed ingelichte ambtenaar wel kon vermoeden dat er een en ander te gebeuren stond. De oorlog zou in september aanvangen en we weten niet of de dreiging van een nieuwe oorlog hem had aangestoken. En dan is de vraag of dit een waarschuwing was, dan wel of dit een verhaal was dat hem ter ore was gekomen en dat hij vertellen moest.

Alle eenvoud van het verhaal ligt ook in de vertelling en toch, net als je het niet verwacht komt er een laconieke opmerking. De oorlog die woedt is aanwezig in de politiecommissaris en de burgemeester, een Duitse officier, maar verder niets van het gedonder en de stank van de oorlog. Een kerstmis, met Soezanoene en “O Dennenboom, o Dennenboom” wordt een feest waarbij iedereen eigen onuitgesproken gedachten koestert.

De novelle leest zo goed omdat het allemaal vanzelfsprekend lijkt, behalve dat de moeder en dochter hun medelijden niet voor zich houden. Het laat zich aanzien dat hier de auteur Claes, die zelf in vijandelijk gebied in een kamp gezeten heeft en in zijn dagboeken weinig vriendelijks over de Duitsers wist te schrijven, hier met zichzelf in het reine komt. Alles wat er gebeurt in de grote wereld, de wereld van de generaals en andere hoge heren, verdwijnt in het dorp. Het niet weten van de kinderen, waar ze zijn, het helpen van en geholpen worden door de soldaten maakt het leven.

Het getuigt van de intenties van de boekhandel, Raaklijn, dat zij precies deze novelle uitgeven om de 50ste verjaardag te vieren van het huis. Zoals je in de muziek concerto’s en symfonieën hebt naast sonates en impromptus, ballades en bagatelles, waarbij de grootsheid van de orkestwerken eerder opvalt dan wat in zo een variatie of bagatelle te vertellen valt. Maar juist in het zogenaamde kleinere werk schuilt iets dat we pas vernoemen kunnen als we het al gehoord hebben. In het werk van Ernest Claes, zoals ook bij Karel van de Woestijne het geval is, valt de grote greep vaak op in kleine dingen. En de boekhandel, die de lezer heel wat bieden kan, ook voor de beginnende lezertjes, maar ook veel dat met de wetenschappen, filosofie, psychologie te maken heeft, legt eer in met dit boek. De vormgeving dient het verhaal, de tekeningen brengen iets bij dat toch de eigen verbeelding niet verstoort.

Uiteraard zijn er gelukkig ook nog andere boekhandels en in Brugge zeker, maar het valt altijd weer op dat mensen hun boeken op de boekenbeurs zouden kopen. Maar gelukkig kunnen we nog altijd terecht bij deze huizen en we hebben er belang bij die huizen te steunen. Er is bij de verkoop van boeken, zoals dat met vele dingen is van waarde, meer aan de hand dan het ruilen van gedrukt papier in ruil voor een briefje, ook al bedrukt, maar dan door de Nationale Munt, enfin, de euro’s. Het gaat om het gesprek, over politiek en over kunst, over cultuur en het gebrek aan cultuur bij de kwaliteitspers. We klagen en zagen, maar gaan blij van gemoed weer verder en weten dat we er dat ene boek zullen vinden, waar we op wachtten en wachten. Laten we niet klagen over de boekenbeurs, maar laten we vooral blij zijn dat zo een boekhandel ons dat aan de hand kan doen, met kennis van zaken, dat het leven even wat meer kleurt.

Bart Haers
Zaterdag 19 november 2011


Voor wie het aanbod beter wil leren kennen: www.­boekhandelraakli­jn.­be

Reacties

  1. Willem Vermandere is een groot artiest; miskend in eigen land, maar naar mijn mening even groot, zo niet groter dan Jacques Brel.
    Ernest Claes is een groot verteller, ook miskend door de officiele litteraire kritiek.
    De oorlog. Wie heeft familie, vrienden kennissen die weten te vertellen over het onderduiken van zoveel opgeeiste jonge mannen, en de risico’s die gelopen werden bij de hulp daaraan.
    De boekhandel is een puur commercieel gebeuren, welke ontkennende onzin daarover ook wordt verteld.
    Maar ik geef het toe: een boekenwinkel heeft een onweerstaanbare aantrekkingskracht op mij.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Het is de veelheid van stemmen die mij kan bekoren en van Vermandere kreeg ik wel enkele mooie stonden, net zoals Brel mij wel eens naar de keel greep.
    De boekhandel moet wel commercieel zijn, wil die de rol van bemiddelaar tussen het betere boek en de zoekende lezer naar behoren vervullen. En er zijn in Vlaanderen gelukkig een aantal van die huizen.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts