Waarom gedijt extreem rechts dezer dagen?




Dezer Dagen




Strijdbaarheid en waarden
Bij het verschijnen van een omstreden boek




John Meynard Keynes schreef in 1919
een boekje over de economische
consequenties van de vrede en gaf
aan dat het verdrag van Versailles
gevaarlijk was voor de geallieerden en
desastreus voor de verslagenen. 
Kairos, de god van het momentum, was weer actief, gisteren, want terwijl we eerst nog zaten te kijken naar een discussie over de uitgave van “Mijn Strijd”, de vertaling met annotaties van “Mein Kampf”, kregen we later op de avond een documentaire over een stel jonge, ambitieuze gasten die een feitelijke club oprichten “Schild & Vrienden” om de “aloude” waarden te verdedigen en zoals het hoort heimelijk te infiltreren in het middenveld en publieke instituties. Uiterst rechts heeft geleerd van uiterst links, zo te zien en het ontwaken blijkt bitter. Maar zou dat soort groepen werkelijk een grote greep kunnen krijgen op de samenleving?

Er was ook nog een discussie die nergens op uitliep over de terminologie die het Museum voor Midden-Afrika moet hanteren om noch de witte bezoeker noch de mensen met Congolese roots of er zelf geboren zou kunnen of mogen te storen. Het is een nobel streven, maar wie strijd voor de maximale winst, zal nooit tevreden zijn, bedacht ik. Bovendien, het is juist dat we van Congo nog altijd geen goed beeld hebben, omdat zelfs 60 jaar na de Expo we in de media nog maar weinig werkelijke interesse vinden voor Congo en het leven, de cultuur van de burgers van Congo. Men moet natuurlijk de politieke aspecten aanstippen, het wanbeleid van Mobutu en de zwakke politieke posities van het dierbare vaderland, België dus. Maar documentaires over het land, de economie, demografie, de mensen vooral, blijven achterwege. David van Reybrouck deed een verdienstelijke poging, maar na de loftuitingen viel het allemaal weer stil.

Is een hut een huis? Wanneer zijn in Drenthe of Limburg de laatste plaggenhutten verdwenen, waar mensen woonden? Bovendien, een houten structuur, met daarover heen bladeren en rondom met leem en stro bezette wanden, soms zelfs met mest van runderen, is wellicht een hut, maar hoeft niet klein en benepen te zijn. Ook geldt dat Congo behoorlijk groot is en dat de vele geografische verschillen ook voor andere levenswijzen zorgde en zorgt. Eilasie, hoeveel behoorlijke boeken voor een geïnteresseerd publiek brengen onze uitgeverijen uit? Hoeveel wetenschappers, archeologen, antropologen en historici leggen behoorlijke, inhoudelijk goed opgebouwde werken aan dat publiek voor?

Echter, de media valt weinig te verwijten, heet het, want het blijft maar aanmodderen en nieuws uit Kin is niet altijd hoopgevend. Echter, behalve nieuws brengen kan men ook reportages brengen – was er niet ooit die heldhaftige reporter Kuifje? Maar dat bedoel ik niet. Reportages en onderzoek, dat is ook zaak van kranten en bladen, Livingstone en Stanley, om maar die te noemen en dan vergeten we best Roger Casement niet. Het punt is niet altijd, zoals mevrouw Bambi Ceuppens zegt, dat woorden juist of onjuist zijn, maar dat we aan de connotaties van woorden, de perceptie niet altijd voorbij kunnen. Maarten Boudry onderschrijft dat wel, maar heeft de gewoonte redeneringen tot het einde door te denken om ze dan in alle absurditeit voor te stellen. Sorry, maar elke redenering wordt absurd als men die doordenkt. Denken betekent dan ook iets anders dan een flits, een inval voor een idee te houden die men desnoods met spuug en touwtjes nog enigszins kan onderbouwen. De logica die dr. Boudry hanteert maakt bijna elk debat onmogelijk. Niet omdat we vinden dat logica er niet toe doet, wel omdat logica meer is dan proposities uittesten.

Daarmee komen we dan meteen in die andere discussie terecht, over de publicatie van “Mein Kampf” in het Nederlands. Professor Bruno De Wever gaf duidelijk de indruk dat de discussie in zo een beperkt bestek moeilijk te voeren viel en dat nu het boek er is, toegelaten, men er vrij over kan beschikken, maar dat het tegelijk niet evident is daaruit de voetklemmen en schietgeweren te lichten die aan het nazisme, als iemand dat zou wensen, een nieuw elan te geven. Het boek, zo gaf ook Arnon Grundberg aan, kan nog moeilijk begeesteren omdat het ontstond in een heel specifieke epoche, het interbellum. Of het blijven leuren met “De Protokollen van Zion”, niet gevaarlijker is? Ik zou het niet weten, want over wat voor een gevaar spreken we?

Duidelijk is dat veel mensen die de publieke zaak genegen zijn, vrezen dat de democratische, parlementaire rechtsstaat in het gedrang zou kunnen komen, als extreem-rechts opnieuw de touwtjes in handen zou krijgen. Die vrees is niet onterecht, maar ik denk dat bestuurskundige lauwheid of zelfs verzuim, zoals Paul Frissen schreef, wellicht even gevaarlijk zijn. De aandacht voor veiligheid en het steeds verder uitbouwen van volgcircuits, met camera’s en sensoren, geeft de staat, geeft bedrijven inzicht in onze verplaatsingen. Bovendien, van waarden gesproken: kan onze overheid zomaar de burgers massaal wantrouwen? Een van de problemen van het Interbellum in Europa, vooral in Duitsland, was dat het vertrouwen van de burgers in de overheden ernstig geschaad was geworden, omdat de oorlog werd verloren, maar niet iedereen bepleitte daarom een dictatuur als oplossing. Bovendien leefden Duitse burgers nog met de gedachte dat de overheid zorgde voor de voorwaarden voor het goede leven, maar de burger was in se apolitiek. Na de Wapenstilstand, de vrijwillige verbanning naar Nederland van de Keizer en de wijze waarop Ludendorff en Hindenburg de macht hadden afgegeven aan de burgers, om hen de vuile job van de afrekening te laten oplossen, was het vertrouwen van de burgers in de instituties wel degelijk zeer gekneusd, geraakt. Ook de Vrede van Versailles hielp daarbij want de Duitsers kregen de schuld voor de oorlog en de verantwoordelijkheid voor de doden, ook de Franse en Britse, terwijl dat toch de schuld was van de generaals, de minister van oorlog, de regeringen?

Toen Hitler zijn putsch opzette in München was Frankrijk overgegaan tot de bezetting van het Ruhrgebied om de vergoeding van de oorlogsschade zelf te gaan halen en ja, België deed mee, al heb ik daar nog maar weinig over gehoord. Die bezetting had grote gevolgen voor Duitsland en de Duitsers, maar hun slagvaardigheid en onderlinge solidariteit werd er wel door versterkt. Regering, bedrijfsleiders en vakbonden stonden zij aan zij om de Fransen en de Belgen elke toegang tot de productiemiddelen te ontnemen of kolen mee te slepen naar Frankrijk en België. Nu kan men België nog wel te goede houden dat de bezettingstroepen tijdens de oorlog de industriële productiemiddelen gewoon hadden geroofd – en de grootmachten hadden in Versailles – de onderhandelingen gebeurden blijkbaar in de Amerikaanse residentie – weinig aandacht voor de Belgische belangen, laat staan verzuchtingen en wensen, zoals de aanhechting van Nederlands Limburg bij België of een mandaat over Palestina, omwille van de heer Godfried van Bouiilon… Ook kan men niet goed voorbij aan de opmerkingen van onder meer John Meynard Keynes, die vond dat de verplichtingen aan Duitsland opgelegd een bedreiging zouden vormen voor de economieën van zowel de geallieerden als de verslagenen van de oorlog. Het pamflet was een groot succes bij verschijnen, maar de Franse regering liet het links liggen. De fouten van geallieerde zijde worden in programma’s over WO I en het Interbellum zelden aan de orde gesteld, de posities van politieke groepen in Duitsland of Oostenrijk komen aan bod om de opgang van Hitler te verklaren, maar zeggen doorgaans weinig. Kortom, wie de Putsch van Hitler en co niet plaatst in het kader van de gebeurtenissen, waaraan dus ook het buitenland debet was, kan nog de beweegredenen voor de putsch begrijpen nog de gevolgen ervan.

Het feit dat München in 1918-1919 een communistische republiek was, die werd onderworpen door irreguliere troepen, de vrijkorpsen, wat het endemische geweld in de verslagen natie en verzwakte staat alleen maar versterkte, verdient net zo goed onze aandacht als de moordpartijen, waarvan Rosa Luxemburg en Karl Liebknecht, maar ook Walter Rathenau slachtoffer waren. Zou het kloppen dat Hitler inderdaad in die periode een soort herscholing kreeg en werd uitgenodigd zijn inzichten te ventileren, voor een publiek, wat hem en anderen toen de crisis op een hoogtepunt kwam en de inflatie hoge toppen scheerde, ertoe verleidde een aanslag te plegen en de macht alvast in Beieren te veroveren. Dat mislukte en Hitler moest dan maar voor de rechter komen en kreeg een jaar vestingstraf. Daar schreef hij dan, dicteerde hij zijn boek, in feite twee banden dat hij na zijn verlating publiceerde en waar hij al vrij snel goed van kon leven. Dat hij de kans zou krijgen er iets van te maken bleek tussen 1925 en 1929 moeilijk te geloven, omdat er allerlei internationale initiatieven genomen werden, ook deels om Frankrijk te kijk te zetten en de vrede te versterken, vooral Duitsland economische en politieke ademruimte te geven. De verkiezingen in Duitsland in 1928 waren voor de NSDAP geen succes, pas nadat de gevolgen van de grote depressie in de VS zichtbaar werden – wat door de investeringen van Amerikaanse bedrijven in Duitsland na WO I, niet zo lang op zich liet wachten, zodat de Duitse samenleving opnieuw met inflatie en werkeloosheid te maken kreeg, gaven de aanhangers van Hitler ook in verkiezingen een boost. Na de aanslag in München en als gevolg van de veroordeling begreep Hitler dat hij de lange weg door de instellingen en via verkiezingen diende te volgen, wilde hij op solide basis aan de macht komen. Vergeten we niet dat in 1922 Benito Mussolini wel met straatlawaai aan de macht was gekomen, de beroemde Mars op Rome. Ook waren de communisten en sociaaldemocraten de militante houding van de SA zat en kwamen ook zij gewapend op straat, met veel gedoe en doden tot gevolg. Kunnen wij ons, flanerend bij de Elbphilharmonie in Hamburg? Men roept de jaren 1930 graag uit als grauwzame jaren, als waarschuwing voor wat ons te wachten zou staan,  maar men ziet maar zelden hoe mensen als Hitler en de zijnen in de jaren twintig in een klimaat opereerden dat heel erg hopeloos was, voor de burgers en voor de instituties. Een historicus kan dat boek lezen en er duizenden voetnoten bij plaatsen, het is maar een element in de opkomst van het nazisme. De verziekte sfeer, de extreme polarisatie en uiteraard de visie van de beweging en partij, kan men niet los zien van een zekere decadentie in hogere kringen, de reis naar het Morgenland en de vele cabaretiers en cabarettières zoals Erica Mann, met teksten van onder meer Klaus Mann, die vanaf ’33 in exil zouden gaan leven, zoals ook veel Joodse kunstenaars en intellectuelen. Nu, Erica en Claus waren via hun moeder ook joods… Maar Thomas Mann had nog een verdediging van de Duitse oorlogsinspanning geschreven “Betrachtungen eines Unpolitischen”, een boek waarin Mann de Civilisatie als Frans én decadent voorstelde, terwijl de Kultur naar zijn inzichten de garantie was voor een hoogstaand leven en wars van politisering. Zelf heb ik geen problemen met vormen van decadentie, maar het moet gezegd dat ook in andere landen dan Duitsland mensen vragen gingen stellen tegen de moderniteit, in het UK tot aan het hof en ook in Frankrijk.

Dan zijn er die miljoenen Duitsers waar we weinig van horen, die verschijnen in statistieken of af en toe een gezicht krijgen in een verhaal, een reportage of in familiedocumenten. Hoe beleefden zij dat alles, hoe vatbaar waren zij voor het nazisme? Het is een vraag die ik me wel vaker gesteld heb en een paar keer kreeg ik al de kans om over die periode, de jaren voor de machtsgreep te spreken. Zij weten er niet zo heel veel meer van, maar de wereld van hun grootouders is hen even vreemd als ze mij vreemd is, de wereld van groot- en overgrootouders. In het kader van een breder debat over Europa zou men dus best eens een diepgaandere blik werpen op de jaren na WO I en wat er in de onderscheiden landen gaande was, want het revanchisme werd in Frankrijk ook wel goed opgepookt, onder meer door de beweging van Charles Maurras, de Action Française. Ontstaan voor WO I, tegen de (erfenis van de) Revolutie, de Derde Republiek en de neutrale school, kreeg ze tijdens WO I veel bekendheid en ging Maurras Clémenceau steunen. Ook daar was een zekere onzekerheid mee de drijfveer, want men kwam tot het besef dat de val van Napoleon III en de nederlaag tegen Pruisen Frankrijk diep had geraakt. Ook het verlies dat dreigde op de wereldzeeën tegenover de Britten speelde een rol. De grandeur van Frankrijk weer herstellen, zoiets wat het dus.

Anders dan toen ziet men vandaag bewegingen opkomen in een welvarende samenleving. Waar kwam Frauke Petry vandaan? Uit Dresden, opgegroeid vanaf 1975 in de DDR. De AfD veranderde van een club van economen in een populistische partij, maar voor zover ik het kan zien, vinden de woordvoerders hun inspiratie in de actualiteit en ziet hun leefwereld er eerder goed burgerlijk uit. Zoiets zie je dus ook aan de groep “Schild & Vrienden”, die anders dan de vroegere groepen, VMO en wellicht ook Westland-New Post niet meer teruggrijpen, althans niet openlijk naar de NSDAP of het fascisme van Mussolini. Raakpunten zullen er zeker zijn, maar het is niet helemaal zeker dat mensen vandaag nog iets van het discours van toen te maken willen hebben of er nog iets van begrijpen zouden, zoals tijdens de discussie bleek. Toch vormt onder meer racisme een drijfveer of afkeer van de Islam?

Links steigert bij uitingen van racisme en islamhaat, maar reageert ook al eens overgevoelig, of al te meegaand, als het om moslims gaat, om boerkini’s en chador’s. Hoe zelden horen we kritiek op het gebruik van  uithuwelijken van dochters. Toch is dat ook een behoorlijke inperking van de rechten van die meisjes. Via familiehereniging wordt het dan wel weer gelaakt.  Kleding is persoonlijk, vrijheid van godsdienst staat boven alles, zegt men, maar religieus onderscheidende klederdracht moet men wellicht wel ter discussie mogen stellen, waarbij een goed debat tot nog toe onmogelijk is gebleken. Iedereen in de eigen loopgraaf en schieten maar op al wie beweegt, zo merkt het publiek, enigszins vermoeid.

In onze tijd zweert iedereen bij de waarden van de Verlichting, maar het blijkt wel moeilijk om te gaan uitleggen waar het dan om over gaat. Vrijheid en autonomie zijn waarden, ook gelijkheid, vooral van man en vrouw, echter, het belangrijkste, “Aude Sapere” durf te denken en dus ook al eens een foutje te begaan, blijkt vaak buiten het voorstellingsvermogen te vallen. Die jongelui die nu een groep hebben opgericht en via infiltratie hun ideeën en vooral hun invloed te laten gelden, hebben ze van geen vreemden, want het was links en uiterst links dat die strategie aanwendde om haar eigen invloed uit te breiden. Het is ook niet verboden, want er bestaat zoiets als vrijheid van vereniging. Echter, dat we de inhoud van hun ideeën niet kunnen smaken zal wel duidelijk zijn, ook al omdat ze geen oplossingen voor kwesties van deze tijd in hun mars hebben. Als je als jongere komt aanzetten met de slogan dat het traditionele gezin de norm is, dan ben je wel een paar stations achterop. Dat men blijft claimen dat we de samenleving terug kunnen voeren naar zestig jaar geleden, of beter 120 jaar geleden, dan moet men ook van alle grieflijkheden die sindsdien ontstonden, van de auto over de stofzuiger tot de computer, de tablet en al die andere spullen maar afzien. Juist die kerels bedienen zich bij uitstekken van die apparaten.

Onze samenlevingen, in Europa, de VS, Canada maar ook China en Japan… hebben de enorm snelle evolutie inzake technologie op het oog goed verwerkt, want iedereen heeft de nodige apparaten bij de hand. De echte verwerking evenwel zit hem in het omgaan met die apparaten en nieuwe realiteiten, zoals de grote migratiebewegingen en daar hebben we geen goed antwoord op. Ook andere samenlevingsvragen dienen zich aan, rond het levenseinde, rond GGO en nieuwe vormen van energieproductie. Dan komen er nog de interacties met de buitenwereld bij, Erdogan, Poetin, China en uiteraard de EU. Kunnen mensen zich daar weinig bij voorstellen, ook niet bij de mogelijkheden die de EU te bieden heeft, met alle mindere facetten, dan kan men mensen inderdaad gemakkelijk verleiden met simpele boodschappen.

Hitler kan niet verschoond worden, de daden van zijn regime, de oorlogsvoering en de knechting van burgers via gedwongen arbeidsdienst, waar mannen toe gedwongen werden en waar heel wat geleden is, waaraan anderen zich probeerden te onttrekken door onder te duiken, kan men niet minimaliseren. Maar ik zie niet goed in hoe iemand vandaag met die boodschappen mensen zou kunnen verleiden, want we leven in een burgerlijke samenleving, waar het staatsgezag op het oog afbrokkelde, maar tegelijk nieuwe vormen aannam. Het is ook niet verboden stelling te nemen tegen maatschappelijke evoluties of onze samenleving decadent te noemen – wat ik geenszins onderschrijf – mag. De kwestie is dat die groep, Schild en vrienden, verbanden zoekt en vindt met onder Thierry Baudet en Bannon, Altrigth en op die manier mee een bedreiging gaat vormen voor de open samenleving. De vijanden van de open samenleving zijn onder meer zij die geloven dat je macht kan verwerven om de macht en proberen de samenleving te veranderen. Die zitten niet enkel bij groepen als Schild & vrienden want velen willen het niet aan de werkzaamheid van burgers overlaten hoe de samenleving evolueren zal, terwijl dat het eigene is van de open samenleving van Karl Popper. Ook Johan Thorbecke vond dat de overheid vooral een goed kader, deugdelijke wetgeving moet voorzien en het werk zelf, het leven zelf overlaten aan de welwillende burgers.

We leven, zo lijkt het wel, in een sfeer waar de letter van het gesproken of gedrukte woord essentieel is en alle discussies – zoals rond een lezing in een misviering – maken abstractie van context en vooral van het geheel van de tekst zelf. Natuurlijk zullen mensen die zich tegen de samenleving keren zoals we die kennen en racisme geen probleem vinden, de polarisering nog versterken. Men moet weerwerk bieden want willens nillens zullen we de metissage moeten aanvaarden en dat kan nog eens iets goeds worden ook. Metissage betekent uitwisseling, maar wij zijn er toch zelf bij, zodat we kunnen aangeven wat we niet willen, zonder de andere daarom inferieur te durven vinden. Slingerend tussen Skylla en Charibdis moeten we de samenleving zien te loodsen naar rustiger zee, begrijpend dat we altijd nog stormen te verwerken kunnen krijgen. Ik had al geruchten opgevangen over die groep, maar vroeg me af hoeveel water ze naar de zee zouden brengen. Nu is er veel commotie over ontstaan, omdat ze extreem rechts lijken, proberen een beproefde strategie in praktijk te brengen en al direct tegen de muur aanlopen. Of men daarmee het populisme raakt, blijft nog de vraag. Een samenleving is heel wat complexer dan men in zo een discours kan proppen, want anders wordt het te moeilijk. Het is overigens merkwaardig dat die groep zich ook antisemitisch gedraagt, want sinds goed tien jaar zijn zowel Vlaams Belang als N-VA veel vriendelijker voor joodse medeburgers, terwijl links hen de bezetting van Palestina is gaan verwijten, ook als ze zelf antizionistisch zijn, wat niet vreemd is bij ultra-orthodoxe joodse mensen. Ach, ’t is weer moeilijk, zal u zeggen, maar zo is het nu eenmaal.

Tot slot: moeten we echt de mentaliteit van mensen veranderen? Moeten we de samenleving veranderen of moeten we mensen, onszelf incluis de ruimte geven om zelf keuzes te maken over hoe we ons leven vorm geven en het streven naar welbevinden? Politici laten zelden een kans liggen om mensen te vertellen dat ze fout bezig zijn, met de schoolkeuze voor hun kinderen, hun slaap- en voedselgewoonten, hun mobiliteit – behalve als ze op een mooie zomerdag massaal naar zee rijden. Bovendien kunnen politici vaak niet leveren wat ze beloofden, omdat de werkelijkheid niet zo voorspelbaar is als men zou willen. Hitler kon in 1924 een publiek aanspreken in een land dat zo ongeveer in burgeroorlog verkeerde, economisch en financieel geen kant op kon, gedeeltelijk bezet door Franse troepen – inclusief Saarland bezet hielden sinds 1918 en met de Britten bezettingstroepen leverden voor de bruggenhoofden op de rechteroever van de Rijn, zoals in Keulen, waar de heer Konrad Adenauer mee af te rekenen had – Adenauer was onder het Naziregime persona non grata. Vandaag is Europa welvarend – pourvu que ça dure, zeggen pessimisten dan – en toch laten we onze ontevreden luid klinken. Zijn er daar wel redenen voor? De media hebben hier een grote en belangrijke te vervullen, niet in nieuwsflitsen maar in gedegen documentaires en goede debatten, zoals het programma “Het Filosofische Kwintet” op de Nederlandse televisie, waar dit seizoen Philipp Blom een vaste gast was. Ben ik het niet altijd eens met uitkomsten of argumenten, dan blijft het interessant te zien hoe maatschappelijke evoluties ons beroeren en hoe we ermee om kunnen gaan.


Bart Haers

Reacties

Populaire posts