Als persoon de geschiedenis verwerken


Recensie

De verwerking van
Onaanvaardbaar leed
Boris Cyrulnik en de analyse van zijn levensverhaal

Boris Cyrulnik. Sauve-toi, la vie t’appelle. Editeur Odile Jacob 2012. 291 pp. Prijs: 21,76


Wat gebeurde er in Bordeaux in 1942, 1944? Men kan het opzoeken, een raffle, razzia om de zoveel tijd, waarbij mensen die aangemerkt stonden als Joden werden opgepakt en via Drancy naar Auschwitz werden afgevoerd. Het is vandaag onmogelijk om ons de ervaring van de betrokkenen voor te stellen, het minste nog van de overlevers. Overleven voor wie ten dode was opgeschreven, het blijkt voor Boris Cyrulnik een nieuw boek waard. Red u, het leven roept. Wat zou dat moeten betekenen voor mensen die nooit levensbedreigende omstandigheden hebben gekend?

De onmogelijke herinneringen

Boris Cyrulnik die als neuropsychiater onderzoek deed naar de veerkracht van personen, waarbij hij al vroeg vaststelde dat mensen zonder een derde die de veerkracht kon aanboren, nooit opnieuw op de rails geraken. Mensen kunnen een groot reservoir aan veerkracht hebben, als er niemand is, een opvoeder, schoolmeester, vriendengroep om dat reservoir aan te boren, dan komt het nergens uit.

Ik denk dus, dat het boek best aanbevelenswaardig is, omdat het meer dan een verhaal over de Holocaust oftewel de Shoah maar over hoe het jongentje Boris Cyrulnik met de gebeurtenissen is omgegaan. Het gaat ook over de kwestie waarom de man, een arts, pas laat met dat verhaal naar buiten is gekomen en waarom het belangrijk is niet enkel tot medelijden in staat te zijn, maar aan dat medelijden een vorm te geven dat het voor de betrokkene, die dat medelijden ervaart er ook iets mee kan aanvangen.

Waar we over verrast waren, was het feit dat het proces Papon, een man die in 1942 en volgende in Bordeaux de lakens uitdeelde voor de auteur en anderen de kans bood eindelijk over hun verborgen herinneringen te spreken. Papon tekende ook de papieren voor de razzia’s. Waar anderen ervoor zorgden dat de mogelijke slachtoffers eventueel gered konden worden, gaf Papon geen aanwijzingen vooraf.    Voor Papon mocht er geen ontsnappen mogelijk zijn. Het verhaal van Papon maakte het voor Boris Cyrulnik duidelijk dat het klimaat in Frankrijk ernstig was gewijzigd. Ook het feit dat Chirac zich ervoor hoede hem gratie te verlenen, moet hier vermeld worden. Maar waarom het hof voor de rechten van de mens Frankrijk veroordeelde, moet toch wel onderzocht worden, want men zegt dat hij, Papon geen beroepsmogelijkheid zou hebben gehad. Als het gaat om het tekenen van het doodvonnis van 1560 mensen omdat ze Jood waren, dan is het wel straf dat men naderhand het procesrecht zou laten overwegen op het oordelen over daden die van een ongekende wreedheid getuigen, ook al waren het dan “schrijftafelmisdaden”.

Voor onze generatie die voortdurend hoort spreken over uiterst rechts en het gevaar van sommige partijen is dit boek een belangrijke gids om tot het besef te komen dat het fascisme waarnaar men verwijst, beter nog, het nazisme echt wel meer was dan … wat gezang en geschreeuw. Bovendien, zo blijkt uit dit verslag van de verwerking van diepe oorlogstrauma’s, was men in Frankrijk wel bereid zeer ver te gaan in het volgen van de inzichten van de bezetter. Het verzet was dan ook haast even bitter, onder meer omdat de staat toeliet dat Joodse vrijwilligers alsnog werden opgepakt, zelfs van het ziekbed.

De kracht van verbeelding

Elk kind zal zichzelf wel verhalen vertellen over wat er geweest is, beelden hebben en zich verbeelden wat er gaande was. Ik vermoed dat voor wie in de omstandigheden was van de kleuter en het kind Boris Cyrulnik die herinneringen wel heel bijzonder waren. Zelf legt hij uit hoe hij lange tijd gedacht heeft dat hij door het gelukkige samenzijn met zijn ouders veilig was voor het destabiliserende leven als wees, als gearresteerde en als onderduikertje. Zijn vader heeft gevochten vanaf 1939 als soldaat bij de hulptroepen bij het Franse leger, samengesteld uit oud-strijders van de Spaanse burgeroorlog en immigranten uit Centraal-Europa, waardoor hij zijn vader enkele keren gezien heeft in uniform. Ook de nabijheid van zijn moeder, tot die hem bij de Assistance Publique had gebracht, had hem in zekere zin een begin van zelfvertrouwen gegeven dat hem, zo dacht hij lange tijd, de kans heeft gegeven de moeilijke tijden door te komen.

Het verhaal over zijn arrestatie en hoe hij in de synagoge werd samengedreven met anderen en uiteindelijk toch wist te ontsnappen, als zesjarige, was voor hem verlopen zoals hij het zich herinnerde. Pas de laatste jaren is hij gaan onderzoeken hoe hij werkelijk ontsnapt is en wat er allemaal mee gepaard was gegaan. De mensen die hem al dan niet geholpen hadden, de moeilijkheden om ergens onder te duiken waren voor hem het avontuur waarvan hij de uitkomst niet kon kennen, maar net dat blijkt achteraf – zo dacht hij lang – ook de puls om het allemaal door te komen.

De auteur laat in dit essay zeer duidelijk zien dat mensen zich van hun leven en de trauma’s daarin verhalen maken die ze zo rangschikken dat ze voor het zelfbewustzijn aanvaardbaar zijn en dragelijk. De werkelijkheid zou hij pas recent ontdekken omdat hij pas dan, na zijn 70ste onderkende dat het verhaal niet helemaal overtuigend was. Zoeken naar mensen, maar vaak ook toevallige ontmoetingen, of liever, mensen die veel hadden gedaan om hem te vinden, leerden hem de stukken opnieuw uit elkaar te halen en er de compositie van te onderkennen.

Vrouwen die hij dacht mooi en blond te zijn bleken wel mooi maar ravenzwart haar te hebben, zoals de ravissante verpleegster bij de synagoge. Ook de vrouw die hij dacht dat ze stervende was bij de synagoge en die in een ambulance lag, bleek gewoon gewond in een busje te liggen en te wachten op transport. De beelden in de nacht, de trappen voor de synagoge, die hij dacht eindeloos te zijn als die in de film “Pantserkruiser Potemkin” maar het was een bescheiden pui, drie treden boven de straat. Kortom, hij merkte dat zijn verbeelding in details de toets van de kritiek niet kon doorstaan.

Confrontatie met de werkelijkheid

Werd zijn verhaal daardoor waardeloos? Zijn geslaagde poging zich te onttrekken aan de aandacht van de nazi’s, zich te verstoppen door zich in boven de toiletten tussen twee muren schrap te zetten, dat alles stond hem voor ogen en klopte, maar de gang van zaken zelf vertoonde ook veel hiaten – sommige blijkbaar opvallend omdat ze belangrijk waren geweest en toch heen indruk hadden nagelaten - , die hij later met geruststellende elementen hand aangevuld. Het feit dat de schone verpleegster hem vervolgens had helpen onderduiken, op een boerderij, of in een school, de een na de andere waren voor hem tijden waarin hij nu eens wel actief en betrokken was, dan weer net buiten de wereld stond en in een mentale coma overleefde, zonder veel sensoriële activiteit.

Zwijgzame praatvaar

Men kan zich afvragen met de auteur hoe het na de oorlog dan moest gaan; want hij had geen directe familie op zijn tante en oom Jacquot na meer. Maar toch waren er die hem met zorg omringden, Madame Farges was er een van, Margot en Susanne en anderen. De wereld waarin hij kon overleven bestond uit de goede mensen en de anderen. De wereld was meteen eenvoudig maar voor hem ook bijzonder moeilijk te vatten, eenmaal de oorlog voorbij. Ook dat heeft bij de reconstructie van de kleine Boris Cyrulnik een opvallende rol gespeeld. Hij was er zich van bewust dat hij dingen niet kon zeggen, bijvoorbeeld over het verlies van zijn ouders, over zijn overleven in een stille kamer, waar hij met de buitenwereld geen contact had of de honger die hij had geleden, dat alles was voor de anderen, die ook de oorlog hadden meegemaakt een moeilijk te aanvaarden gedachte, want ook zij hadden het moeten stellen zonder boter. De band tussen zijn verlies en hun ontberen van boter maakte dat hij zich niet kon uitdrukken. Toch zou de knaap Cyrulnik een praatvaar worden net omdat dat hem toeliet het onzegbare ook achter te houden. Men begreep dan ook niet als de praatvaar plots stil kon vallen en in zichzelf gekeerd blijven.

Dat hij na de oorlog in Parijs ging wonen bij zijn tante, die ook uit Oekraïne of Polen kwam en nauwelijks had gestudeerd maar als danseres door het leven ging om zichzelf te voeden, moet voor hem wel iets eigenaardigs geweest zijn en toch kon hij het blijkbaar wel een plaats geven. Dora was de zus van zijn moeder, die wel meer gestudeerd had.

De jaren na de oorlog, tot het proces Eichmann, zo blijkt, was voor een overlevende van Shoah, of men die als duikeling had overleeft dan wel in de kampen zelf had overleefd, was in Europa na de oorlog bijzonder moeilijk, omdat men ondanks de processen van Neurenberg met de waarheid omtrent de Endlösung moeilijk of zelfs niet kon omgaan. In Frankrijk speelde mee dat men de scheiding der geesten na de oorlog tussen de mensen van Vichy en de anderen, zowel de aanhangers van de Gaulle en de communistische strijdkrachten niet leek te kunnen overbruggen. De oom van Boris, Jacques of Jacquot, zou tijdens de bezetting als verzetsstrijder door het leven gaan en af en toe bravourestukjes uithalen. Boris zou zelf, zeker kort na de oorlog de dood overwinnen door allerlei waaghalzerij, zoals het klimmen in bomen – dat gaat er mee door – maar vervolgens op een tak zo ver mogelijk kruipen tot die helemaal doorboog om zich dan los te laten en op de grond te komen. De waaghalzerij had volgens de oude Boris een heel concrete betekenis, die hij niet op een andere manier vorm kon geven: hij wilde tonen dat hij het leven de baas was.

In de eerste hoofdstukken laat hij zien dat hij nu niet huppelend en springend door het leven meer kon gaan, na de razzia, de vaker gehoorde kreet dat hij een gevaarlijk kind was, en joods bovendien. Joods zijn was natuurlijk geen aanbeveling maar toch wilden mensen, ook kloosterzusters die wel opvangen. Het probleem voor Boris en voor hen was dat hij op een lijst had gestaan en was opgepakt geworden. Zijn ontsnapping maakte dat men wist dat de Duitsers de mensen die hem hielpen onder te duiken geen overlevingskansen meer hadden.

Posttraumatische stress anders bekeken

Voor ons, die van zo een stigma geen weet hebben, die niet voor ons leven hebben moeten vrezen tegenover de overheid, die niet behandeld zijn als ongedierte omdat we zus of zo zijn, Jood of Moslim of Indiaan, voor ons zijn deze peripetieën vreemd en de verwerking ervan is zo mogelijk nog onvatbaarder. Na de bevrijding, waarbij de jonge knaap allerlei dingen beleefde die wij vandaag aan kinderen niet meteen zouden laten zien, zoals het bijwonen van een revue in Bordeaux, waar dames naakt dansten, volgde voor hem, de auteur een nog moeilijker tijd dan hij had verwacht en waarin hij blijk gaf van heel wat bravoure. Boris zou enige tijd opnieuw bij Margot en daarna bij Dora, de danseres in Parijs verblijven. Maar onenigheid tussen de dames over zijn adoptie maakte dat hij opnieuw in de weeshuizen terecht kwam en van hot naar her versleept werd. De volwassenen, monitoren waren niet bij machte hem of de anderen aan te spreken en de kleine Boris trok zich op zichzelf terug.

Het moment dat hij de omslag maakte was toen hij een stevige man zag in de flat van zijn tante. Emile was wetenschappelijk onderzoeker en rugbyspeler. Door hem, ondanks de onduidelijke relatie tussen Dora en Emile, zou Boris die qua onderwijs heel erg achter was geraakt plots een goede leerling worden, als een van de drie op 44 naar het lyceum haalden. Voor iemand die een brokkenparcours had gereden op school, was dat al een prestatie. De auteur legt hier uit dat die ontmoeting met Emile voor hem heel wat betekende en dat hij nadien ook als de band met Dora verbroken was nog contact had met hem. Toen Emilie ziek was heeft de auteur, toen arts in opleiding hem nog vaak bezocht, tot hij gestorven was.

De volgende jaren zou hij zonder veel financiële middelen toch ook de Universiteit halen en zelfs deelnemen aan het Concours Général voor het Lyceum, waarbij hij een vergelijking moest schrijven van het werk van Balzac en Dostojewski. Geen boeken in huis? Dan ga je naar de bibliotheek maar daar mocht een minderjarige net die boeken die niet geschikt werden geacht, de bibliothèque rose mocht hij niet lenen. Een vriend wiens vader leraar was, kon hem wel helpen. Het was niet het beste opstel dat hij had geschreven, maar toch kon hij ermee verder.

Veerkracht ontplooid en mensen ontmoet

Op het lyceum, genoemd naar Jacques Decour na de bevrijding – wat de school onmiddellijk met het verzet verbond - dat daar in de buurt van Montmartre was gesticht om de arme leerlingen kansen op een betere toekomst te geven, vond Boris Cyrulnik ook een aantal docenten die hem hielpen zijn levenskracht te ontwikkelen. Dat hij uiteindelijk arts zou worden, zijn jongensdroom, die men hem vroeger had willen afpraten, krijgt hier een bijzondere betekenis. De overwinning van de moeilijkheden, het bestrijden van de armoede bijvoorbeeld krijgt in dit boek een bijzondere plaats. Dora, zijn tante was met een handelaar getrouwd en deed de markten. Na enkele jaren waren ze verhuist naar een voorstad buiten Parijs en zo bleef Boris achter, als lycéen, met heel weinig middelen. Ook als arts in opleiding zou hij nog lang over slechts weinig middelen beschikken. Toch voelde hij zich niet arm, want hij had een doel, was aan de weg aan het timmeren en zou het halen, ondanks die omstandigheden.

Boris Cyrulnik heeft een leven lang met zijn persoonlijke mythologie geworsteld, al besefte hij, toen hij aan dit essay begon, dat die mythologie voor hem levensreddend was geweest. Hij legt omstandig uit, bijvoorbeeld door het debat te openen over “valse herinneringen” dat wat niet met de verifieerbare feiten strookt voor hem een grote betekenis had op een moment, bijvoorbeeld in de home, waar hij geen mensen vond die hem ondersteunden, om overeind te blijven.

De complexiteit van zijn leven verleidt hem er niet toe zijn jongste jaren tot een soort mythe om te vormen voor hemzelf of voor ons. Integendeel, de werkelijkheid die hij voordien gezien had als correct en strokend met de feiten en waarover men wel eens sprak, heeft hij hier zeer nauwkeurig onderzocht en ook de ontreddering toen bepaalde elementen anders bleken, heeft hij in kaart gebracht. Hij heet, zo lezen we verschillende keren zichzelf moeten construeren en verbeelden om niet ten onder te gaan. Ook zijn bravoure en zijn zwijgzaamheid als praatvaar, het waren strategieën die hem de weg naar anderen open lieten houden.
Bevroren woorden

Een van de problemen die hij aankaart is het proces van bevriezing en ontdooien van de woorden in de samenleving. Met de film Shoah, gemaakt door Claude Lanzmann (1985), lang na het proces Eichmann is er eindelijk een ruimte ontstaan in Frankrijk voor de slachtoffers van de Endlösung om over hun verhaal te vertellen. Want tussen 1945 en 1981 was het in Frankrijk niet goed ontvangen over de gebeurtenissen tussen zeg maar 1936 (het Volksfront) en 1958 – het aantreden van Charles de Gaulle en de Vijfde Republiek was er voor dat verhaal geen plaats, of liever die verhalen, want elk individueel verhaal heeft geen maatschappelijke, wel een persoonlijke betekenis. Op dit vlak kon men de houding in de verschillende landen best vergelijken, want de echte helden, de verzetslui alleen waren gerechtigd hun persoonlijke geschiedenis te cultiveren. De meeste burgers spraken over de boter die ze hadden moeten missen en de anderen… Over het beletselteken gaat het overigens ook in dit boek, want George Perec kan bepaalde zaken alleen maar door een beletselteken te plaatsen, aldus Boris Cyrulnik.

Aan het eind van het boek krijgen we twee sleutelverhalen, het ene over het engagement in de communistische partij en beweging, waarna al vlug voor hem de ontnuchtering volgde want toen hij mee mocht naar Boekarest ontdekte hij de werkelijkheid van het regime, de geheime diensten, het afwijzen van het persoonlijke leven. Aan de andere kant is er het proces Papon geweest, die ook na de oorlog als commis d’Etat en Civil Servant had gediend en uiteindelijk toch 10 jaar cel kreeg, maar, zoals gezegd het Europese Hof voor de Rechten van de Mens vond deze veroordeling niet kunnen.

Voor de auteur is zowel de vertoning van de film Shoah en de eerste bewijsstukken van de schuld van Maurice Papon een nieuwe houding toeliet. Het werd hem, Cyrulnik duidelijk dat hij niet langer zwijgen mocht. Nadat hij als jongen vaak getaterd had om niet te hoeven te spreken, kon hij pas toen, wanneer de samenleving zelf de blik erop richtte, erover spreken. Vandaar dat hij verrast was toen een collega die ook zo een turbulente jeugd had gekend, dat die collega in Israël lange tijd “Savon”, zeep was genoemd, tot duidelijk werd dat de Joden in Frankrijk, in Europa niet alleen maar laffe lammeren geweest waren die zich naar de slachtbank hadden laten leiden. Ook daar heeft de vervolging van oorlogsmisdadigers geholpen.

Zijn afscheid van de Franse Communisten en de vriendenclub, zorgden ervoor dat hij gedurende jaren van studie niet kon terugvallen op minstens hun steun. Het had zijn leven minder zwaar gemaakt, mocht hij bij die club gebleven zijn. Maar hij had anderen die hem nabij waren en waardoor hij door de ontberingen heen zijn weg kon maken.

Het probleem voor hem was dat de communisten de dynamiek van de mythe hadden gefnuikt door er dogma’s van te maken. Als dogma werd de mythe een wapen voor wie zich binnen de organisatie vragen stelde. Op zestien jaar stond hij, ondanks de goede ervaringen in de communistische jeugdorganisatie, waar hij door zijn oom, de vroegere verzetsstrijder was geïntroduceerd. Zijn twijfel en kritiek werden niet aanvaard en dus opnieuw, zo lezen we, zou hij moeten zwijgen. Maar er waren andere mensen, die niet alleen zijn pad kruisten, maar met wie hij ook het leven en het gesprek kon aangaan. Hoewel hij met zijn tante, Dora niet over school kon spreken noch over de boeken die hij las, had hij met haar een stevige en intieme band.

Ontdooide woorden

Het zal een mens maar overkomen, dat je telkens weer dat moet verzwijgen wat je werkelijk beroert. Maar in het ene geval, met zijn tante was dat niet onoverkomelijk. Wel leefde Boris Cyrulnik steeds weer op twee of meer sporen en zo kon hij zijn studie doen, waarbij hij zijn voorbeeld Emile volgde en toch zijn Tante bleef zien. Opvallend is dan weer dat die Emile naar uit een gesprek met Dora bleek, een aanhanger was geweest van de Action Française, rechts en katholiek en ook antisemitisch. Het moet troebel geweest zijn voor Cyrulnik en die andere kinderen die het overleefd hadden. Dat Frankrijk decennialang niet wilde spreken over de gebeurtenissen, dat de scheidslijnen, bijvoorbeeld tussen Links en rechts behoorlijk diep ingesleten waren in de geesten al evenzeer.

Moeten we dan besluiten dat Boris Cyrulnik ons de weg toont doorheen de trauma’s maar dat hij zoveel jaren beseft dat medelijden bijvoorbeeld niet alles oplost, dat het ook nog van belang is hoe men dat medeleven vorm geeft. Iemand beklagen of geen poging doen de veerkracht aan te boren zal het kind niet helpen. Slachtofferschap blijkt geen optie voor Boris Cyrulnik, in die zin dat hij aanneemt dat dit tot zelfbeklag moet leiden. Beter is het te zeggen: “Schiet op, red jezelf want het leven roept je.” Kennen we nog dat gevoel, geven we dat gevoel nog door. Vandaag wordt er heel wat gedaan om slachtoffers van onheil, natuurrampen, ongevallen, misdaden zoals pedofilie te ondersteunen. Wellicht is het van belang dat zo een kind, de man van 75 nu was toen zes, acht… niet alleen medelijden krijgt maar ondersteuning, veiligheid. Dat bleek pas in maatschappelijk mogelijk toen de woorden, die ooit vastgevroren waren geweest, plots weer ontdooiden en de verhalen van de Shoa en de reddende acties van de ene, de afzijdigheid van anderen verteld konden worden.

Het individuele en de samenleving

Vandaag zijn er die menen dat extreem-rechts het grootste gevaar is voor de democratie, maar hoewel het best zou zijn als die niet te dicht bij de macht kwamen of komen, moet men zich niet blindstaren op die ene bedreiging. Of liever, de democratie verdient ook een oproep: schiet op, het leven roept. Veiligheid is belangrijk, welvaart ook, maar de vraag is hoe we dat realiseren. De verscheurdheid van de jonge Boris Cyrulnik, ook toen hij kiezen moest ten aanzien van het communisme laat zien dat ideologieën, hoe  enthousiasmerend en emanciperend ook op een onvoorstelbare manier in hun tegendeel kunnen verkeren. De ongewisheid kan men, zo blijkt hier in het gesprek opvangen, waarin men ook wel iets uit de diepste krypten van het bewustzijn kan laten opborrelen. Maar wat men van de andere verlangd en verwacht, moet men ook zelf opbrengen wat doorheen essay klinkt de gedachte op dat de auteur er zich bewust van is geworden dat zijn zwijgen over zijn echte leven hem ook geïsoleerd moet hebben van de anderen, hoe welwillend die ook waren. Het leven brengt wat het brengt, maar ik heb de indruk dat Boris Cyrulnik ons aanspoort te beseffen dat we on ook de problemen van anderen kunnen aantrekken, niet enkel medelijden tonen (“Da manneke heeft toch wel ’t een en ’t ander meegemaakt…) maar er ook mee aan de slag gaan. Er zijn zulke mensen, maar men moet het aandurven ermee te spreken. Isolement en zelfisolement versus het onzekere? Overwogen betrokkenheid en waar nodig nog iets meer.

De vrouw van Loth, zag hij een kinderbijbel versteende tot een zuil van zout, omdat ze achterom keek naar de Sodom en Gommora, toen die vernietigd werden. Niet omkijken en wenen, dat de kleine jongen en ging vooruit, kroop overal op en in en ging verder, maar toen hij een voorbeeld zag, de man in het leven van zijn tante, wetenschapper en stevige tors van en voor het rugby vond hij zijn weg. De herinneringen en de beelden vormden hem en hij vormde naargelang de verhalen die hij te vertellen de herinneringen en beelden. Verbeelding, voor het individu essentieel om zich veilig te weten, geldt ook voor groepen. Nazisme en communisme hebben zichzelf met mythes opgeschroefd, maar toen het erop aan kwam, bleek die mythe niet sterk genoeg en er een dogma van maken, blijk nog minder zoden aan de dijk te zetten. Dat is, zo valt hier te lezen, het probleem. Men maakt geen valse herinneringen, de verbeelding werkt in de hand dat we ons verleden samenhangender maken dan het was. Beelden en verhalen schuiven in elkaar en als men dan geconfronteerd wordt met een plaats, een woord, een geluid kan die herinnering weer opduiken.

Kortom, het verhaal vertellen en vervolgens voort te gaan met het leven, maar ook niet zomaar wegkijken van het verleden. Zonder haat leven, merken we, is beter dan de haat te koesteren, maar een pardon zonder meer, dat kan ook niet. Zou het kunnen dat een pardon van hemzelf en al die andere slachtoffers, zonder dat daders zich tot hen met die bede richten ook geen zin heeft. Vergeving niet, wel begrip, begrijpen hoe men plots medemensen tot niets kon herleiden, kakkerlakken of minder nog, ontmenselijken, dat begrijpen, aldus Cyrulnik kan dergelijke excessen voorkomen. Maar ook, denk ik, aangezien de geschiedenis zich herhalen zal, moet men niet naar de vijand van gisteren kijken, maar naar wat men zelf bijdraagt aan het gebeuren.

Bart Haers


Reacties

  1. Het is een kunst, zo mooi te kunnen schrijven....
    Een talent die ik zeker niet heb Bart, maar ik geniet ervan het te mogen lezen.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Het is een kunst zo mooi te kunnen schrijven,
    een talent dat ik zeker niet heb Bart.
    Maar ik geniet ervan om het te kunnen lezen.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Populaire posts